Wie energie opwekt, kan die verkopen of schenken: hoe we elkaar kunnen helpen met de hoge facturen
Wie zonnepanelen of een windmolen én een digitale meter heeft, kan sinds 1 juli energie verkopen of gratis weggeven aan om het even wie, als die ook een digitale meter heeft. Lost dat veel op in tijden van torenhoge facturen en dreigende tekorten? Voor een individu wel, voor de maatschappij niet.
Stel dat op uw dak zonnepanelen liggen die meer energie opwekken dan u bij momenten nodig heeft. Dan kunt u dat overschot verkopen op de markt. Volgens de vergelijkingswebsite mijnenergie.be varieerden de zogenoemde injectietarieven in september van 7,22 cent per kilowattuur bij TotalEnergies tot 43,12 cent per bij Luminus Comfy-Comfy+. Bij de meeste leveranciers moet u ook energie afnemen om te kunnen injecteren. Enkel Engie laat niet-klanten toe om energie te injecteren, na betaling van een vaste vergoeding.
U kunt die overtollige energie sinds 1 juli ook gratis schenken aan familie, vrienden of kennissen die geen zonnepanelen hebben, of die verkopen aan mensen die bereid zijn de prijs te betalen die u ervoor wilt krijgen. Voorlopig moeten beide partijen nog klant zijn van dezelfde energieleverancier. Vanaf 1 januari 2023 zou het ook moeten kunnen tussen particulieren met verschillende leveranciers.
U kunt ook energie delen met uzelf, als u meerdere gebouwen bezit. Stel dat u een weekend in uw tweede verblijf aan zee doorbrengt: dan kunt u de energie die u zelf opwekt in het binnenland gebruiken aan de kust. Stel dat uw kinderen op kot zitten, dan kunt u de energie van de zonnepanelen thuis gebruiken om bij hen het licht aan te houden.
Enkel binnen Vlaanderen
Voor zo’n verkoop van energie moeten de betrokken partijen tot een afspraak komen en die registreren op Mijn Fluvius. Vanaf 2023 zullen ook energiegemeenschappen mogelijk zijn waarin burgers, lokale overheden en ondernemingen energie kunnen delen. Zo’n energiegemeenschap moet een overeenkomst afsluiten met zijn leden en zich melden bij de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG). “Fluvius is de netbeheerder en de databeheerder”, legt woordvoerder Björn Verdoodt uit. “Wij houden bij hoeveel energie er op een bepaald adres op het net geïnjecteerd wordt en wanneer. Dat volume kan op een ander adres in het Vlaams Gewest worden ingezet en wordt dan niet op de elektriciteitsfactuur aangerekend.” Volgens Verdoodt is er veel interesse. “Er komen elke week projecten bij. De teller staat nu ongeveer op 300.”
Energiedelen en persoon-aan-persoonverkoop is puur een boekhoudkundige oefening’
Pieterjan Verhaeghen, Bolt
Voorlopig kan dat alleen in Vlaanderen, dat een Europese richtlijn heeft omgezet in een Vlaams decreet. Het is niet duidelijk of energie delen in de toekomst ook mogelijk wordt met adressen in het Brussels of het Waals Gewest of in andere lidstaten van de Europese Unie. Dat zou meer mogelijkheden creëren.
Niet automatisch
Het verkopen, schenken of delen van energie gebeurt per kwartier. Alle deelnemers moeten toestemming geven aan Fluvius voor ‘meetregime 3’, dat het mogelijk maakt kwartierwaarden uit de digitale meter uit te lezen en door te sturen naar de leverancier. Daarvoor betaalt u 1,19 euro per jaar aan Fluvius. Per kwartier wordt gemeten hoeveel stroom er over was op het ene adres en hoeveel gebruikt werd op het andere. Het is dus niet zo dat de ontvanger automatisch een bericht krijgt als er te veel stroom is bij de opwekker. Voor een deel berust de uitwisseling van stroom daardoor op toeval. Waarnemers verwachten wel dat er apps voor op de markt zullen komen, zodra energie verkopen, schenken en delen populairder wordt.
De elektriciteit die op geen van beide adressen binnen het kwartier gebruikt is, wordt alsnog op het net geïnjecteerd. Voor dat stukje stroom krijgt de stroomopwekker dan het injectietarief van zijn energieleverancier.
Voordeel is beperkt
De coöperatieve vennootschap Ecopower doet op haar eigen manier aan energiedelen. “Wij vormen nu al een hernieuwbare-energiegemeenschap, met natuurlijke personen als leden. Als mensen overschotten hebben, kopen we die met veel plezier op. Wij stoppen alle geproduceerde en geleverde groene stroom in één pakket, in plaats van tal van individuele transacties te faciliteren. De dienstverlening aan onze coöperanten gebeurt tegen kostprijs, zonder overmatige winsten. We zien op dit moment geen reden om onze manier van werken aan te passen aan de werkwijze zoals die in het Vlaamse decreet staat. Dat is een boekhoudkundige regeling, die geen financieel voordeel oplevert”, stelt Tom Willems van Ecopower.
Bij een energiegemeenschap staat het maken van winst niet centraal, wel de dienstverlening’
Tom Willems, Ecopower
Ook het energieplatform Bolt biedt zijn klanten een lokale energiegemeenschap aan in de feiten, al is het geen energiegemeenschap zoals Vlaanderen die vanaf 2023 definieert. Pieterjan Verhaeghen, medeoprichter en CEO van Bolt, vindt de nieuwe regelgeving enigszins “teleurstellend”. “Stel dat je via het net stroom ‘stuurt’ naar je dochter of zoon die in Leuven op kot zit, vanuit een andere stad in Vlaanderen. Dat is puur een boekhoudkundige oefening. Wij krijgen als energieleverancier de meetgegevens van Fluvius. We trekken een elektriciteitsvolume af van de ene factuur en tellen het op bij de andere. Dat heeft nul meerwaarde voor de balancering van de injecties en de afnames, of voor de congestie van het elektriciteitsnet.”
Hoe meer stroom heen en weer wordt gestuurd, hoe dikker de kabels moeten zijn om de energie continu te kunnen verplaatsen. Volgens Pieterjan Verhaeghen wordt er ook onvoldoende rekening gehouden met netverliezen en de capaciteit van het net. “Als je stroom zou delen met je buurman, dan heb je het net niet eens nodig. Toch is er geen enkele financiële stimulans om die stroom lokaal te delen. Zodra je een perceelgrens oversteekt, moet je de volle pot aan netkosten betalen.” In Brussel lopen testprojecten met kortingen op de netkosten als de stroom van zonnepanelen heel lokaal wordt gedeeld. Brussel heeft een minder sterk elektriciteitsnet dan Vlaanderen. Het is daar dus van moetens.
Logge procedure
Europa rekent er ook duidelijk op dat particulieren meer hun verantwoordelijkheid zullen opnemen. Vroeger moesten de consumenten de elektriciteitsprijzen ondergaan. Vandaag kan de consument mee aan het stuur zitten, zowel voor de productie als de consumptie. Door de hoge energieprijzen gaan mensen ook veel meer op zoek naar manieren om efficiënter met energie om te gaan. “Er zijn nu 1,9 miljoen digitale meters geplaatst in Vlaanderen. Met zo’n digitale meter kun je je verbruik van minuut tot minuut opvolgen. Vorig jaar bekeken minder dan 100.000 gezinnen regelmatig die data. Nu zijn dat er al 220.000. Dat zijn gezinnen die daarmee aan de slag willen gaan”, weet Björn Verdoodt.
Vanaf 1 januari mogen ondernemingen in een energiegemeenschap stappen, maar ze mogen er niks aan verdienen.
“Zo kan een klant een mandaat geven aan een energieleverancier om te kijken wat de mogelijkheden zijn”, vervolgt Verdoodt. “Voordat er effectief iets gebeurt, moet er wel een expliciet akkoord gegeven worden. Zo kunnen slimme energiebeheersystemen worden opgezet, die meer elektriciteit verbruiken op momenten dat zonnepanelen veel stroom opgewekken.”
Volgens Pieterjan Verhaeghen is de procedure voor het mandaat een grote hindernis. “Het proces is te log en blokkeert daardoor de toegang tot de gebruikersdata voor leveranciers. Het is jammer dat zo weinig klanten zich door dat proces worstelen. We zouden daar graag extra dienstverlening rond bouwen en een actievere rol in spelen. Energieleveranciers kunnen helpen om de klanten op te voeden, zodat ze minder elektriciteit verbruiken op momenten van krapte en meer op momenten van overschot.”
Appartementen
Tom Willems merkt op dat energie delen of de persoon-aan-persoonverkoop ook voor de energieleveranciers een vrij ingewikkeld administratief proces is. Hij vindt het niet duidelijk wat de voordelen voor de maatschappij zijn. Pieterjan Verhaeghen: “Wij moeten de balans op het elektriciteitsnet bewaken en dat lukt zolang alle injecties en afnames in ons gezichtsveld zitten. Maar zodra energie delen ook kan tussen particulieren die klant zijn bij verschillende energieleveranciers, wordt dat lastiger”, legt Pieterjan Verhaeghen uit.
Hij vindt dat het wettelijk kader om energie te delen in eenzelfde gebouw nog het meeste steek houdt. Dat kan al sinds 1 januari 2022. “De vereniging van mede-eigenaars kan bijvoorbeeld collectief investeren in zonnepanelen en afspraken maken voor de verdeling van de zonne-energie op basis van hoeveel iedereen heeft bijgedragen aan de installatie.”
Winst maken mag niet
De gebruikers van Bolt krijgen de garantie dat de stroom lokaal wordt opgewekt en gebruikt. “Wij kopen stroom lokaal op en kopen de groenestroomcertificaten van ondernemingen”, legt Pieterjan Verhaeghen uit. “Er komen soms particulieren of ondernemingen bij ons aankloppen die hopen dat wij een korting op de nettarieven kunnen geven, maar die moeten we teleurstellen. Als mensen netkosten kunnen uitsparen door lokaal energie uit te wisselen, zou dat een krachtig vliegwiel zijn om hen te motiveren hun dak vol zonnepanelen te leggen in plaats van maar de helft, omdat ze toch niet genoeg verbruiken.”
“Winst maken mag niet het hoofddoel van een energiegemeenschap zijn”, zegt Björn Verdoodt. “Het is niet de bedoeling dat de deelnemende bedrijven er een nieuw businessmodel mee creëren. Enkel bij de persoon-aan-persoonverkoop mag er een financiële transactie plaatsvinden tussen twee particulieren.” Vanaf 1 januari mogen ondernemingen wel in een energiegemeenschap stappen, maar ze mogen er niks aan verdienen.
“Een energiegemeenschap heeft hoe dan ook een businessmodel”, vindt Tom Willems. “Alleen staat het maken van winst niet centraal, wel de dienstverlening naar de leden. Als energiegemeenschappen kunnen bijdragen aan de ontlasting van het distributienet, dan zouden ze daar van Fluvius ook een vergoeding voor moeten krijgen. Dat gebeurt momenteel niet, waardoor de aanleg van zonnepanelen op appartementsgebouwen niet van de grond komt. Het is aan Fluvius om iets uit te werken en de tarieven voor gebruikers van collectieve installaties op een appartementsgebouw aan te passen. Het gaat tenslotte om stroom die uitgewisseld wordt tussen buren, die het gebouw niet verlaat en die het net van Fluvius dus niet belast.”
Ecopower hoopt weer nieuwe coöperanten te kunnen toelaten
Ecopower is een coöperatieve producent en leverancier van lokale, hernieuwbare energie. Burgers kunnen aandelen kopen van Ecopower om collectief projecten te financieren. Ze worden dan mede-eigenaar van de projecten en kunnen ook elektriciteit afnemen. Begin dit jaar moest Ecopower een tijdelijke stop inlassen, die al een paar keer verlengd werd en nog zeker tot eind 2022 duurt. In januari kreeg Ecopower – na het faillissement van de Vlaamse Energieleverancier – een plotse instroom van meer dan 3.000 aanvragen van mensen die coöperant en klant wilden worden.
“In de context van hoge energieprijzen en een energiemarkt die niet meer goed werkt, ontdekken meer en meer mensen ons model. Wij maken geen woekerwinsten, maar leveren de energie die Ecopower produceert tegen de kostprijs aan onze coöperanten”, zegt Tom Willems, specialist beleid en vergunningen bij de burgercoöperatie. De vergunningen lieten lang op zich wachten, maar de komende twee jaar gaat Ecopower acht windmolens bouwen en dan is er hopelijk weer ruimte voor nieuwe coöperanten.
De klanten-coöperanten van Ecopower ontsnappen niet volledig aan de forse stijging van de energiefactuur. “We halen ongeveer 70 procent van de energie die wij leveren uit projecten met wind- en zonne-energie gefinancierd met burgerkapitaal. De rest moeten wij kopen op de markt, net zoals iedereen.” In de eindprijs voor de klant-coöperant wegen de marktprijzen ongeveer voor de helft, meent Tom Willems.
Ook bij Bolt betaalt u de marktprijs
Bolt koopt elektriciteit van lokale energieopwekkers tegen de prijs van de dag. De klanten kiezen zelf van welke producent ze stroom willen afnemen. Dat gaat van windmolens in Wallonië, water-krachtcentrales op de Maas tot een biogasinstallatie in Bree. Daarnaast kunnen ook mini-opwekkers zoals gezinnen met zonnepanelen aansluiten op het platform. De klanten van Bolt betalen niet meer of minder naargelang de kostprijs van de opgewekte energie. Ze betalen de marktprijs, met alle ups en downs.
“De prijzen op de elektriciteitsbeurs Belpex zijn onze referentie”, legt CEO Pieterjan Verhaeghen uit. “Je moet het vergelijken met de korte keten. Zelfs wanneer je rechtstreeks bij een hoevewinkel streekproducten koopt, betaal je nog altijd een prijs die vergelijkbaar is met die op de groothandelsmarkt. Boven op de variabele Belpex-prijzen rekenen wij nog vaste platformkosten voor de werking van Bolt aan.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier