De prijsdalingen van vastgoed aan de kust bedragen doorgaans minder dan 10 procent. Het aantal verkopen, dat in 2009 aanzienlijk stilgevallen was, neemt sinds maart 2010 weer toe.
Op de vastgoedmarkt veranderden in 2009 20 appartementen per werkdag van eigenaar. De prijzen doken in sommige badplaatsen op jaarbasis duidelijk in het rood; andere daarentegen gaven blijk van een blakende gezondheid. In vijf jaar tijd steeg de prijs voor de bouwgrond in De Panne bijvoorbeeld met 343 procent. In Knokke bedroeg de stijging 273 procent in hetzelfde segment.
Eengezinswoningen in Knokke daalden met 15 procent in 2009, maar kenden niettemin een stijging van 94 procent op 5 jaar.
In Bredene trokken de prijzen zich blijkbaar goed uit de slag met – volgens de statistieken van de federale overheidsdienst Economie – een prijsstijging van 15 tot 20 procent voor zowel de huizen als de appartementen.
Daartegenover staat vooral Nieuwpoort dat de jongste vijf jaar het gelag betaalde. Vorig jaar hebben de villa’s met tuin daar 22 procent van hun referentiewaarde moeten prijsgeven. Toch staat die nog altijd op 477.500 euro. Over vijf jaar bekeken bedraagt de waardevermeerdering van de villa’s nauwelijks 10 procent. Rekening houdend met de onderhoudskosten, de belastingen en de inflatie komen eigenaars er bekaaid vanaf, behalve dan als ze hun tweede verblijfplaats op een rendabele manier wisten te verhuren.
Lagere activiteitsgraad
Exclusief voor Trends heeft de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat zopas haar jongste indexen over de Belgische Kust vrijgegeven (aantal verkopen op kwartaalbasis). Het minste dat je eruit kan besluiten, is dat de zon niet overal op de kustbaksteen schijnt. Als de prijzen in Bredene een hoge vlucht nemen, dan gebeurt dat ten koste van het aantal transacties op de secundaire markt: gemiddeld waren dat er 20 procent minder dan in 2009.
Over de activiteitsgraad vallen trouwens nog andere significante vaststellingen te doen. Zo lijkt De Panne de enige kustgemeente te zijn die geen crisis gekend heeft. Aan het andere einde van de Kust had Knokke weliswaar weer een activiteitsniveau bereikt vergelijkbaar met voor de crisis, maar tijdens het eerste kwartaal ging de verkoop opnieuw naar beneden (-20 procent). Voor Zeebrugge is de toestand nog kritieker: sinds het eerste kwartaal van 2009 stagneert de activiteit er en loopt de terugval op tot bijna 45 procent in vergelijking met de verkopen die in september 2007 opgetekend werden, het tijdstip dat de referentie-index op 100 werd ingesteld.
In de andere badplaatsen is de toestand over het algemeen minder zorgwekkend. Het westelijke deel (Koksijde-Oostduinkerke, De Panne, Nieuwpoort) komt er in het algemeen beter van af en vertoonde in 2009 een stabielere activiteit dan zijn oosterburen. Meer in het algemeen kan worden gezegd dat het achterland en de provincie West-Vlaanderen sneller weer wat kleur kregen dan de kustgemeenten; De activiteitsgraad ligt daar nog altijd onder het niveau van 2007.
Philippe Coulée
Het volledige dossier leest u in Trends van donderdag 1 juli
