Ruimtelijke ontwikkeling met een sociale blik: onderzoeksbureau Endeavour viert tiende verjaardag met jubileumboek
![](https://img.static-rmg.be/a/view/q75/w962/h503/f50.00,50.00/6992715/portret-2023-tim-3-jpg.jpg)
Tien jaar Endeavour betekent tien jaar experimenteren, agenderen en bruggen bouwen tussen sociale en ruimtelijke vraagstukken. Met steun van Vlaanderen en van het Vlaamse Architectuurinstituut bundelde het onderzoeksbureau die ervaringen in een jubileumboek.
‘Durf sociaal te ondernemen’, luidt het laatste van de tien thema’s in het boek Samen ruimte maken naar aanleiding van tien jaar Endeavour. Zonder die durf was een jubileum misschien helemaal niet aan de orde. Endeavour is ontstaan uit sociaal ondernemerschap, vertelt medeoprichter Tim Devos. “We zagen in ons vakgebied een grote potentie voor innovatie, omdat ruimte zoveel verschillende aspecten raakt. Tegelijk stelden we vast dat echt nieuwe vormen van ondernemerschap in onze sector eerder zeldzaam waren. Als bedrijf hebben we veel vrijheid – we zijn niet afhankelijk van structurele subsidies – en dat werkt voor ons heel goed.”
Oprichters Maarten Desmet, Seppe De Blust en Tim Devos deelden een achtergrond in ruimtelijk onderzoek en stadsactivisme. Ze vonden elkaar in een gemeenschappelijke ambitie: ruimtelijke ontwikkeling met een sociale blik benaderen. Het eerste wapenfeit kwam er via de buurtbewoners van Den Dam in Antwerpen. “Zij wilden betrokken worden bij de herontwikkeling van de Slachthuis-site”, vertelt Devos. “Wij hebben hen geholpen om een plek aan de tafel te claimen.”
Toen in 2016 de stad Antwerpen de politietoren Den Oudaan te koop zette, reageerde Endeavour met de Facebookgroep ‘We kopen samen Den Oudaan’, een statement tegen het per opbod verkopen van waardevol patrimonium. De actie kreeg veel media-aandacht. “Ze triggerde ook debatten over maatschappelijke thema’s die wij belangrijk vinden”, zegt Devos. “En het verplichtte ons om daar ook expertise en dienstverlening rond te ontwikkelen.”
Die manier van werken – thema’s op de agenda plaatsen en er expertise over opbouwen – is het handelsmerk van Endeavour geworden. “Veelal vloeien er ook opdrachten uit voort”, vervolgt Tim Devos. Een recent voorbeeld van die agenderingsaanpak is Endeavours pleidooi voor een sociaal rechtvaardige bouwshift.
‘We moeten opnieuw leren aan te voelen wat er leeft in een wijk en dat vergt een meer permanente aanpak’
Tim Devos, Endeavour
Maatwerk
Endeavour blinkt door die aanpak uit in veelzijdigheid. Niet alleen thematisch zoekt Endeavour nieuwe paden, ook de rol en de positie die het inneemt wisselen regelmatig. “Van onderzoeker tot ondernemer, van adviseur tot activist, van commentator tot cocreatie-expert”, klinkt het in het voorwoord van het boek. “Standaardiseren wat we doen is daardoor bijna onmogelijk”, merkt Tim Devos op. “Dat is een manier om routine te vermijden, maar het brengt ook spanning met zich. Vanuit een klassiek ondernemersmodel zou je zeggen: structureer en maak het efficiënt. Wij doen het tegenovergestelde, omdat we geloven dat maatwerk essentieel is voor onze aanpak.”
Het wisselende perspectief maakt het ook lastig om een etiket te kleven op de activiteiten van Endeavour. “We hebben zelf lang gezocht naar een passende omschrijving”, geeft Devos toe. “Doen we aan procesontwerp? Methodeontwikkeling? Consultancy? Geen van die termen dekt volledig de lading. We zijn uiteindelijk uitgekomen bij ‘sociaal-ruimtelijk onderzoeksbureau’. Onze missie is de brug slaan tussen het sociale en het ruimtelijke, op allerlei manieren. En als onderzoeksbureau koesteren we een onderzoekende houding.”
Zoeken en onderzoeken is ook de rode draad in het jubileumboek van Endeavour. “We noemen het een schetsboek, omdat het niet af is”, zegt Laura Meulemans, teamlid bij Endeavour en co-hoofdredacteur van het boek. Het is opgebouwd rond tien thema’s, geformuleerd als geboden – “Luister naar alle stemmen”, “Versterk het momentum” of “Stimuleer duurzaam gedrag” – waar Endeavour de voorbije tien jaar op gewerkt heeft. “Maar het hadden er net zo goed twaalf of vijftien kunnen zijn”, merkt Meulemans op. “Tijdens de boeklancering lieten we bijvoorbeeld al twee nieuwe stemmen aan bod komen. Het idee is een gesprek op gang te brengen, een opening om verder over na te denken.”
“Het boek is zeker geen klassieke portfolio, maar eerder een verzameling inzichten en samenwerkingen van de afgelopen tien jaar”, pikt Tim Devos in. “De projecten dienen als voorbeelden van hoe wij bepaalde thema’s aanpakken. Daarnaast hebben we bewust externe reflecties toegevoegd om ons werkveld breder te belichten. Het boek is ook een interne oefening geweest, een moment om met het team terug te blikken en samen toekomstideeën te formuleren.”
Permanente participatie
Endeavour is in 2014 ontstaan vanuit het zoeken naar een andere manier om buurtparticipatie te organiseren. Ondanks tien jaar waarin het altijd nieuwe thema’s heeft verkend, duikt participatie nog altijd vaak op in het werk van Endeavour. Maar de klassieke invulling van participatie is volgens Tim Devos “een ietwat gedateerd mechanisme”: “We noemen het zelf ook liever – zoals in het boek – ‘samen ruimte maken’. Die klassieke participatiemomenten, vaak zijn het eigenlijk infovergaderingen, hebben hun beperkingen. Ze trekken vooral mensen aan met tijd, middelen en expertise, terwijl je andere groepen er niet mee bereikt. Het is bijvoorbeeld ongelofelijk complex om jongeren erbij te betrekken.”
![](https://img.static-rmg.be/a/view/q75/w684/h1024/f50.00,50.00/6992716/portret-2023-laura-2-jpg.jpg)
Bij Endeavour gelooft men niet meer in een one-size-fits-allbenadering van participatie. “We moeten opnieuw leren aan te voelen wat er leeft in een wijk en dat vergt een meer permanente aanpak”, stelt Devos. Hij ziet een belangrijke rol voor mensen die op het terrein werken, zoals welzijnswerkers. “Zij beschikken over de sociale kennis en hebben een goed zicht op wat een buurt nodig heeft. Die kennis is er dus, maar we moeten die ook gebruiken in het participatieproces.”
Wat is het advies van Endeavour voor projectontwikkelaars die geconfronteerd worden met buurtprotest tegen hun plannen? “Omgaan met een buurtcomité is niet altijd vanzelfsprekend”, weet Tim Devos. “Maar wij geloven sterk in een open dialoog, zo vroeg mogelijk. Leg als projectontwikkelaar duidelijk het kader uit, toon je redeneringen en je belangen. Maar erken tegelijk ook de expertise van de buurt en besef dat die lokale kennis ook zinvol kan zijn voor je project.”
“Transparantie is echt essentieel”, vindt Laura Meulemans. “Laat van meet af aan zien wat mogelijk is en wat niet.” Projectontwikkelaars hebben soms moeite om eerlijk te communiceren over hun winstdoelstellingen, maar openheid daarover kan het gesprek juist bevorderen, meent Tim Devos. “Mensen begrijpen ook wel dat projectontwikkelaars in een economische context werken, dat ze rendement nastreven. Als dat binnen de grenzen van de ruimtelijke kwaliteit blijft, hoeft dat geen probleem te zijn. Het zoeken naar win-wins tussen het project en de buurt is cruciaal. De herontwikkeling van de Slachthuis-site toont dat er door dialoog zelfs in een erg beladen dossier grote aanpassingen mogelijk zijn, die beide partijen voldoening kunnen geven.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier