Hans Brockmans
‘Er is een oplossing voor de onrechtvaardige concurrentie in de bouwsector’
Volgens Trends-redacteur Hans Brockmans zijn gunstregimes niet het gepaste antwoord op de concurrentie in de bouwsector.
De bouwsector vraagt dat de federale regering bij de uitwerking van de taxshift een lastenverlaging toezegt om de sterke concurrentie van de goedkopere buitenlanders te compenseren. Eerder al vroeg de Nationale Confederatie Bouw een verlaagd btw-tarief van 12 procent om de crisis in de sector op te vangen.
Gunstregimes zijn echter niet het gepaste antwoord op concurrentie. Het Belgische belasting- en RSZ-stelsel heeft al te veel uitzonderingsregels. Er is integendeel nood aan vereenvoudiging. Uitzonderingsstelsel kosten niet alleen de schatkist veel geld, maar bemoeilijken ook een noodzakelijke lastenverlaging voor alle ondernemingen. Het stoort dat deze federale regering de kans niet heeft gegrepen om de lobbyfiscaliteit ernstig in te dijken.
Dat betekent niet dat de Belgische bouwsector niet met problemen kampt. Een Belgische bouwvakker kost zijn werkgever gemiddeld 32 euro per uur. Voor een gelijk loon kost een Poolse bouwvakker op dezelfde werf slechts 23 euro per uur aan zijn Poolse baas. Die moet immers minder moet betalen aan de sociale zekerheid in Warschau. Het staat bovendien als een paal boven water dat in landen als Roemenië en Bulgarije de controle op deze betalingen ondermaats is en in de praktijk soms niet gebeuren. Bovendien wordt het Belgische minimumloon ondergraven omdat de buitenlandse ondernemingen onterecht allerlei kosten (vervoer, verblijf, maaltijden) op hun arbeiders in België verhalen.
‘Er is een oplossing voor de onrechtvaardige concurrentie in de bouwsector’
Er is een manier om een einde te maken aan deze onrechtvaardige concurrentie, die ons sociaal stelsel en de economie bedreigen: alle personen die in België werken, vallen onder de Belgische sociale zekerheid. De sociale bijdrage van buitenlanders wordt dan betaald aan de Belgische overheid, tegen het tarief dat hier geldt. De Belgische overheid kan die som dan overdragen aan de sociale administratie in het thuisland van de buitenlandse bouwvakker. Of nog beter: het bedrag dat in het thuisland van de buitenlandse zou moeten betaald worden, terwijl het saldo in België blijft.
In zo’n systeem moeten de Belgische bouwondernemingen de correcte betaling van de RSZ en het minimumloon door hun buitenlandse onderaannemers zelf controleren, wat de misbruiken tot een minimum beperkt.
Helaas is de Europese Commissie is tegen zo’n regime, want het zou in strijd zijn met de vrijheid van verkeer. Dat is nonsens, omdat buitenlandse werknemers wel degelijk – zij het onder dezelfde voorwaarden – in ons land kunnen blijven werken. Als er nood is aan externe krachten om bijvoorbeeld tijdelijke arbeidstekorten op te vullen, blijft dat mogelijk. En als de buitenlandse bouwvakkers beter zijn dan de onze, zullen ze zeker gewild blijven.
Het argument ‘Europa is tegen’ klopt ook niet. De Europese Commissie moet uitvoeren wat de lidstaten beslissen. Dus moet ons land met andere lidstaten ijveren om werk te maken van zo’n aanpassing. En ons land levert toch de Europese commissaris voor Sociale Zaken? Het wordt hoog tijd dat minister van Sociale Zaken Kris Peeters zijn gewezen Unizo-collega Marianne Thyssen contacteert.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier