Geen diesels meer voor Brusselse ambtenaren

Wie voor het Brusselse Gewest of voor een lokaal bestuur in het Brusselse werkt en voor de uitoefening van zijn job recht heeft op een dienstwagen, zal vanaf 1 augustus 2014 een minder vervuilend exemplaar toegewezen krijgen. De aankoopvoorwaarden worden immers strenger. Voor de dienstvoertuigen van de Brusselse ministers wordt wel een uitzondering gemaakt.

De Brusselse overheid wil het goede voorbeeld geven om de uitstoot van haar voertuigenpark te beperken. Daarom mogen door de Brusselse openbare besturen vanaf 1 augustus 2014 geen dieselvoertuigen meer worden gekocht. En voor de andere voertuigen worden strengere normen opgelegd. Zo moeten personenwagens die in 2014 nog worden aangekocht een ecoscore halen van minstens 70. Voor de kleine voertuigen maakt dat geen verschil met de huidige situatie, zij stonden al op 70. Voor de familiewagens betekent dit wel een verstrenging. Zij dienden tot nog toe slechts een score van 66 te halen. Voor voertuigen voor dubbel gebruik bedraagt de norm op 63. De hogere ecoscores gelden evenwel niet voor voertuigen van de ministers van het Brusselse Gewest. Zij moeten niet voldoen aan de ecoscore van minstens 70. Gezien hun specifieke functie, namelijk die van vertegenwoordiging, volstaat 68. Onder meer Rudi Vervoort, Guy Vanhengel en Pascal Smet mogen dus rondrijden met een auto die meer vervuilt. Voor bestelwagens of vrachtwagens geldt dan weer dat ze minstens minstens moeten voldoen aan de geldende Euronorm. (Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content