Dinsdag sluiten de nationale indices in Europa af met verliezen van rond de 3 procent. Ook Wall Street gaat meteen in het rood en zakt onder de symbolische grens van 10.000 punten. Ook de koers van de euro en de olieprijs gingen mee onderuit.
Een concrete aanleiding voor het pessimisme is er dinsdag niet, maar beleggers reageren buitengewoon nerveus op elk negatief nieuwsbericht.
Analisten wijzen bijvoorbeeld op de problemen bij de Spaanse spaarkassen, die de vrees voor een uitbreiding van de Europese schuldencrisis doen toenemen, en naar de spanningen tussen Noord- en Zuid-Korea.
De Stoxx Europe 600-index zakt dinsdag tot het laagste peil sinds september 2009. De Bel20 op Euronext Brussel sluit af met een verlies van 3 procent op 2.329,79 punten, het laagste peil sinds september 2009. Op Colruyt (+0,5 procent) na was er geen enkele winnaar binnen de aandelenkorf.
In Parijs ging de CAC 2,9 procent lager, in Londen duikt de Footsie 2,5 procent in het rood, in Frankfurt verliest de Dax 2,34 procent en in Amsterdam eindigt de AEX op -2,7 procent, het laagste peil sinds begin 2010. In Athene en Milaan sluit de beursindex af met een verlies van 3,4 procent.
Ook de olieprijs zet zijn koers naar beneden voort. Dinsdag zakt de prijs met meer dan 2,5 dollar per vat tot 68,6 dollar voor Brent-olie en 67,6 dollar voor een vat van de Amerikaanse oliesoort WTI.
Het is voor het eerst sinds februari dat de olieprijs onder de 69 dollar gaat. Die prijsdaling kan gedeeltelijk worden verklaard door de duurdere dollar. De Amerikaanse munt won dinsdag verder terrein ten opzichte van de euro. De Europese eenheidsmunt schommelde rond 1,22 dollar.
