Duitsland wordt investeringswoestijn
Het Duitse regeerakkoord pakt dé zwakheid van de Duitse economie amper aan: het structurele gebrek aan investeringen, zowel publiek als privé.
Toen Duitsland in 2003 onder kanselier Gerhard Schröder door loonmatigingen een exportkampioen werd, bouwden onze oosterburen in een mum van tijd een gigantisch overschot op de handelsbalans op. Dat geld is de voorbije jaren massaal herbelegd in het buitenland. “Eerst gebeurde dat in Amerikaans subprimepapier, later ook massaal in Zuid-Europa en Ierland”, zegt Geert Janssens, hoofdeconoom van Ondernemersplatform VKW.
“Eigenlijk heeft Duitsland meer dan een decennium lang zijn eigen export gefinancierd. Die leningen verstrekte het land bovendien kritiekloos, zonder waarborgen te vragen en zonder een grondige kredietanalyse uit te voeren. Duitsland heeft daar zijn broek aan gescheurd.”
Günther Schnabl, hoogleraar economie aan de universiteit van Leipzig, berekende dat de Duitsers sinds 2001 ongeveer 1000 miljard aan vermogen in het buitenland hebben geïnvesteerd, waarvan een deel verloren is gegaan. Maar dat lijkt tussen Aken en Dresden geen verontwaardiging te wekken.
Vorige maand werd Duitsland onder meer door de Europese Commissie op de vingers getikt voor zijn handelsoverschot, dat nu al 7 procent van het bbp bedraagt. De Duitsers moeten dringend hun lonen verhogen, minder sparen en meer consumeren, klinkt het. Dat zal het handelstekort omlaag halen en de economische wanverhoudingen herstellen. Het klinkt vreemd dat een land dat een sterke exportpositie heeft en zijn goederen gemakkelijk kwijt kan op buitenlandse markten, een reprimande krijgt.
Ongezonde angst
Volgens Carsten Brzeski, Duitsland-kenner bij ING, had de Europese Commissie eigenlijk geen kritiek op de concurrerende exportsector, maar wel op het feit dat de Duitsers in eigen land niets doen met de handelsoverschotten. “De recente kritiek van de Europese Commissie op Duitsland gaat volgens mij in de richting van te weinig investeren van de overschotten in eigen land.” In 2012 daalden de uitrustingsinvesteringen van Duitse bedrijven met 4 procent, dit jaar met 2,5 procent. Daarmee brengen de ondernemingen de toekomstige groei in gevaar. Investeringen brengen productiviteitswinsten mee, waardoor de economische groei kan aantrekken.
Afschrijvingen groter dan investeringen
Economen denken dat bedrijven hun investeringen uitstellen door de onzekerheid over de impact van de Energiewende, de exit van Duitsland uit kernenergie. Ook de eurocrisis en mogelijke belastingverhogingen zouden een rol spelen. Dat laatste is niet meer aan de orde, aangezien Angela Merkel geen belastingverhogingen wil doorvoeren. Maar er is meer nodig. Economen pleiten ervoor dat de regering een klimaat creëert dat aanzet tot investeringen. “Het is een absolute must dat ook de overheid zelf meer investeert, zowel in infrastructuur als in energiebevoorrading”, vindt Janssens.
De cijfers leren dat ook de overheid er schuld aan heeft dat Duitsland een investeringswoestijn dreigt te worden. In de afgelopen tien jaar waren de afschrijvingen op publieke infrastructuur bijvoorbeeld groter dan de nieuwe investeringen. Duitsland eet zijn economische welvaart op. De publieke investeringen in Duitsland liggen ook duidelijk onder het EU-gemiddelde en dalen al een tijdje.
“Het regeerakkoord zegt inderdaad vrij weinig over toekomstige investeringen”, zegt Carsten Brzeski, “Het is vooral een akkoord met kortetermijncadeaus. Er wordt een beetje geld vrijgemaakt voor herstellingswerken aan snelwegen en schoolgebouwen, maar het grootste potentieel zit natuurlijk in investeringen in hernieuwbare energie, nieuwe infrastructuur, onderwijs en innovatie. Er is ook behoefte aan prikkels om particulier geld te mobiliseren. Dat thema pikt de coalitie niet op.”
Het volledige artikel over de Duitse economie leest u deze week in Trends.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier