Het adviesbureau Deminor vraagt zijn klanten geen bijkomende procedures in te leiden in het Fortis-dossier.
“Door verschillende vorderingen voor verschillende rechtbanken in te leiden op basis van dezelfde feiten en met dezelfde doelstelling, riskeert men vooral procedurele problemen en vertragingen van procedures te creëren”, schrijft Deminor in een vertrouwelijke e-mail aan zijn klanten.
Het Hof in Amsterdam veroordeelde Ageas deze week in beroep voor misleiding van beleggers in de periode vanaf 29 september tot en met 1 oktober 2008. Ageas liet ondertussen weten dat het in hoger beroep gaat bij de Hoge Raad, het hoogste rechtsorgaan in Nederland.
Deminor wijst erop dat de drie dagen tussen de twee staatsinterventies ook worden gedekt door de procedure die het adviesbureau voert. “Tussen eind mei 2007 en eind september 2008, de periode die niet wordt gedekt door de uitspraak van het Hof in Amsterdam, maar wel door de procedure van Deminor en haar cliënten, was de beurskoers van Fortis immers al met 80 procent gedaald”, voegt Deminor eraan toe.
Daarnaast benadrukt Deminor dat de aansprakelijkheid van Ageas dan wel is vastgesteld door het Hof in Amsterdam, maar dat de belegger nog altijd zijn schade en het verband tussen zijn schade en de fout van Ageas moet bewijzen. “Het Hof heeft de hoogte van de compensatie nog niet vastgesteld. Het Hof heeft evenmin beslist hoe deze compensatie berekend zou moeten worden en wie recht op een compensatie zou hebben (kopers, houders van aandelen, enz.)”, klinkt het.
Ten slotte raadt Deminor zijn klanten uitdrukkelijk af aansluiting te zoeken bij fortiseffect, die de procedure in beroep voor het Hof van Amsterdam heeft gevoerd. Volgens het adviesbureau maakt een bijkomende procedure de zaken onnodig ingewikkeld en kan de rechtbank daardoor procedures schorsen of doorverwijzen naar een andere rechtbank. Eerder gaf de Vlaamse Federatie van Beleggers (VFB) zijn leden de aanbeveling zich wel aan te sluiten bij de procedure van fortiseffect.
I.D.W.
