België investeert te weinig

© istock
Alain Mouton

De Belgische overheid investeert te weinig. Nochtans heeft onze economie daar nood aan. De vraag is of daar geld voor is, gezien de hoge staatsschuld en het strikte Europese begrotingspad. Volgens Belfius-hoofdeconoom Geert Gielens wel, op voorwaarde dat het om productieve investeringen gaat, zoals in transport en O&O.

Het gewicht van investeringen in de Belgische overheidsuitgaven neemt al jaren af. Momenteel bedragen ze iets meer dan 4 procent van de overheidsuitgaven, terwijl dat rond de eeuwwisseling nog 5,5 procent was. In vergelijking met de buurlanden scoort België niet al te best. Zelfs Duitsland, dat vaak kritiek krijgt voor de beperkte overheidsinvesteringen, legt een beter rapport voor. Het is trouwens opvallend dat het gewicht van overheidsinvesteringen in Duitsland al enkele jaren een licht stijgt, terwijl in België het tegengestelde gebeurt.

De Belgische situatie is deels te verklaren door de stringente Europese begrotingsnormen _ een begrotingstekort van maximaal 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp) en een staatsschuld van maximaal 60 procent van het bbp. Die maken dat investeringsprojecten geschrapt worden wanneer zich een nieuwe besparingsronde aandient. De Europese Commissie kijkt bij de beoordeling van de begroting niet naar de samenstelling van de overheidsuitgaven, laat staan naar de publieke investeringsmix.

Positief voor economische groei

“Dat is jammer, want in tegenstelling tot zuivere consumptie-uitgaven, kunnen gerichte investeringen een blijvend en stimulerend effect hebben op onze economie”, zegt Geert Gielens, hoofdeconoom van Belfius, die net een research-paper klaar heeft waarin hij dieper ingaat op de Belgische situatie. Gielens wijst op het belang van voldoende overheidsinvesteringen. Ze kunnen de economie op twee manieren stimuleren. Eerst en vooral zijn investeringen uitgaven. Die vergroten de vraag en hebben zo een rechtstreekse impact op het bbp. Na de recessie van 2009 en de financiële crisis hebben tal van landen voor zo’n beleid gekozen. Het stimuleren van de vraag sluit aan bij de kortetermijnaanpak.

Op langere termijn hebben investeringen een effect op de aanbodkant van de economie. Overheidsinvesteringen doen de totale productiviteit van de economie stijgen. “Ze werken als multiplicator en dragen bij tot een structurele groei.” Een onderzoek van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) leert dat een toename van de overheidsinvesteringen met 1 procent van het bbp na één jaar zorgt voor een stijging van het bbp met 0,4 procent. Na vier jaar loopt die impact op tot 1,5 procent.

Gielens waarschuwt wel dat niet alle investeringen dezelfde positieve effecten hebben. De beste stimulans voor groei zijn investeringen in infrastructuur en in onderzoek en ontwikkeling. Daarom pleit de Belfius-hoofdeconoom ook voor een spending shift ofwel een verschuiving in de uitgaven: meer productieve investeringen in ruil voor minder andere uitgaven, die veeleer consumptiegericht zijn. Op de lange termijn kan dat toch voor een hogere groei en productiviteit zorgen.

“In het verleden zijn productieve investeringen te veel het kind van de rekening geweest.” En dat is ook nu nog het geval. De Vlaamse regering noemt zich een investeringsregering. Volgens de cijfers klopt dat. Er is dit jaar in 275 miljoen euro extra aan investeringskredieten voorzien, maar dat geld gaat vooral naar onderwijs en welzijn en minder naar klassieke infrastructuurdomeinen, zo leert een analyse van de werkgeversorganisatie Voka. “Daar kan die verschuiving van consumptieve uitgave naar productieve en duurzame investering in bepaalde domeinen misschien ook gemaakt worden”, meent Gielens. “We zijn op een punt gekomen dat we niet alles wat we graag zouden hebben, ook kunnen betalen. Dan moet je keuzes maken en prioriteiten stellen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content