Van de Velde
Niet te lang leergeld betalen
De lingeriegroep Van de Velde heeft vorig jaar ongeveer evenveel verkocht als in 2012. Maar de aandeelhouders zijn een omzetgroei van amper 0,3% niet gewend, en het is ook afwachten hoeveel het bedrijf in het vrij moeilijke 2013 aan winstgevendheid heeft ingeboet. De recurrente winst (rebit) heeft mogelijk een tik van 5 tot 10% gekregen. Uitsluitsel daarover krijgen we bij de bekendmaking van de jaarcijfers op 24 februari. De tweede helft van vorig jaar bracht beterschap op verscheidene, maar nog niet op alle fronten. Heel positief is de aantrekkende verkoop van de eigen merken aan andere boetieks en ketens. Die groothandelsactiviteit zorgt voor het gros van de omzet en de winst, en boekte de voorbije zes maanden een omzetgroei van 2%, tegenover een omzetverlies van 2% in de eerste helft van 2013. De aantrekkende verkoop moet ook in de eerste helft van dit jaar doorzetten, met dank aan de lancering van de badpakkencollectie van het topmerk Prima Donna en een herwonnen elan bij Marie Jo. Ook de orders voor Andres Sarda nemen toe, dankzij de doorgevoerde prijsverlagingen.
In de lingeriewinkels die Van de Velde zelf uitbaat, is het succes wisselend. De omzet bij Rigby & Peller, dat vooral actief is in het Verenigd Koninkrijk en in Continentaal-Europa, stoomt door onder impuls van de sterke verkopen in Duitsland, met een vergelijkbare omzetgroei van 6,5% en nieuwe winkelopeningen in onder meer Keulen en München. In het Verenigd Koninkrijk bleef de omzet haperen rond het status-quo, wat door de verzwakking van het pond in een omzetdaling van 4% in euro resulteerde.
Het grote zorgenkind blijft de eigen retailketen Intimacy in de Verenigde Staten, waar de omzet op jaarbasis met 12% daalde in dollar. Het bloeden is verminderd, maar de vergelijkbare omzet bleef ook over de voorbije zes maanden achteruitgaan met 5%. Van de Velde probeert het tij te keren door winkels te clusteren en te focussen op een beperkte geografische zone, zodat in de toekomst één marketingcampagne en één trainingscentrum volstaan. Dat leidde al tot de sluiting van twee winkels en de opening van een nieuwe winkel in Manhattan.
Van de Velde blijft echter resoluut mikken op een verdere groei in de eigen retailactiviteit, omdat de groothandelsactiviteit volgens topman Ignace Van Doorselaere een eindige groeihorizon heeft. In Vlaanderen en Nederland is de groei van die activiteit nog gezond, maar elders verliezen de boetieks, die ook door Van de Velde worden beleverd, aan marktaandeel. Het aanleveren aan de grotere modeketens is geen alternatief, omdat de merken van Van de Velde op die schaal onvoldoende belangrijk zijn. Daar valt dus geen geld te verdienen. “Die ketens kleden je uit waar je bijstaat. Je kunt eventueel mikken op volume, maar dan bouw je een groot bedrijf op dun ijs. Dat willen we niet. We willen niet toegeven op de brutomarge”, zegt Van Doorselaere. Wel beseft het bedrijf dat het niet te lang leergeld kan betalen in de eigen retailactiviteit. Rigby & Peller moet daarbij het belangrijkste merk worden, maar Van de Velde wil ook meer franchisenemers aantrekken.
Conclusie
Van de Velde moet in 2014 opnieuw kunnen aanknopen met een licht stijgende omzet en bedrijfswinst. De waardering van het aandeel is de voorbije jaren wat afgebrokkeld, maar toch houdt de koers al rekening met een licht herstel van Van de Velde.
Advies: houden
Risico: laag
Rating: 3B
Aandelen België
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier