Sibanye Gold
Goedkoopste reserves uit de industrie
3,5 USD – 2C OPBOUWEN
Men zou Sibanye Gold een beetje oneerbiedig kunnen omschrijven als ‘oude wijn in nieuwe zakken’. Het gaat immers om de Zuid-Afrikaanse activa die eerder dit jaar van Gold Fields (GFI) werden afgesplitst en ondergebracht in een nieuw bedrijf. Toch is er wel degelijk een verschil met vroeger. Voorheen werden de kasstromen afkomstig van de mijnen in het thuisland gebruikt om de internationale uitbreiding van de groep te financieren. Dit was mogelijk omdat het om mijnen gaat die vaak al decennia operationeel zijn en waarvan de behoefte aan nieuwe kapitaaluitgaven bijgevolg erg laag is. Nu de mijnen buiten Zuid-Afrika tot het ‘nieuwe’ Gold Fields behoren, kunnen die kasstromen worden gebruikt om dividenden uit te keren. Dit is ook de voornaamste doelstelling van de groep, die in tegenstelling tot de meeste sectorgenoten geen hoge productiegroei nastreeft. Dit is met de huidige activa trouwens ook niet mogelijk. Concreet beschikt Sibanye over 3 activa met gezamenlijke bewezen reserves van 13,5 miljoen troy ounce goud. Het gaat om Kloof (5,8 miljoen troy ounce), Driefontein (4,4 miljoen troy ounce) en Beatrix (3,4 miljoen troy ounce). De Surface joint-venture met Gold One geeft Sibanye uitzicht op bijkomend 7 miljoen troy ounce goudreserves en 105 miljoen pond uraniumreserves. Naast de omvangrijke reserves kan de groep ook uitpakken met een hoge vrije kasstroom van 2,5 miljard Zuid-Afrikaanse rand (ZAR). Dit is mogelijk omdat aan de bestaande activa enkel onderhoudsinvesteringen nodig zijn. De achilleshiel van de groep is de hoge kostenstructuur, al is er de voorbije jaarhelft al heel wat vooruitgang geboekt op dit vlak. Beatrix droeg in de eerste jaarhelft de hoogste kostenstructuur, met een totale productiekost van 1458 USD/troy ounce tegenover 1566 USD/ounce een jaar eerder. Bij Kloof en Driefontein bedraagt de totale productiekost respectievelijk 1212 en 1215 USD, waardoor die in tegenstelling tot Beatrix (nipt) winstgevend zijn. In april maakte topman Froneman zich nog sterk dat Sibanye winstgevend zou blijven bij een goudprijs boven 420.000 ZAR per kilogram. Op dat moment noteerde de goudprijs daar nog comfortabel boven, maar dat is intussen niet meer het geval. Sinds half juni is goud onder het break-evenniveau van de groep teruggevallen. De goedkopere ZAR, de munt waarin de lonen worden uitbetaald, is wel een zegen voor de groep. De ZAR verloor het voorbije jaar 17% tegenover de dollar (USD). Sibanye heeft al maatregelen aangekondigd om de kosten te verlagen. Begin dit jaar wou Sibanye 499 miljoen ZAR besparen, maar deze doelstelling werd intussen al met 305 miljoen ZAR opgetrokken. De groep produceerde in het tweede kwartaal 356.900 troy ounce goud, een toename met 19% op jaarbasis. Over de eerste jaarhelft kwam de output uit op 656.300 troy ounce, wat 5% minder was dan een jaar eerder. De productieprognose voor het volledige jaar bedraagt 1,29 miljoen ounce. Er werd voorlopig nog geen beslissing genomen over het dividend.
Het prille beursparcours van Sibanye Gold is vooralsnog geen succes. Het aandeel sloot de eerste handelsdag (11 februari) af op 6,25 USD om enkele dagen later een voorlopige recordkoers van 8,31 USD te bereiken. Daarna ging het echter alleen maar bergaf en vorige maand noteerde Sibanye bijna 60% onder de introductiekoers. Het aandeel presteert daarmee ook slechter dan het voormalige moederbedrijf Gold Fields. Naast de lagere goudprijs, die intussen is teruggevallen tot onder de productiekost, heeft de groep ook af te rekenen met het politieke en sociale risico nu de nieuwe loononderhandelingen voor de deur staan. Het management wil de lonen niet met meer dan het inflatiepercentage laten toenemen, maar de vakbonden willen meer, veel meer. Sibanye maakt werk van een lichtere kostenstructuur en de ondernemingswaarde in verhouding tot de beschikbare reserves is veruit de laagste in de sector. Opbouwen, maar beperk de positie (rating 2C).
Aandelen VS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier