Gold Fields

De kans is groot dat het dieptepunt voor Gold Fields achter ons ligt.

De goudmijnaandelen komen van erg diep. De oorzaken daarvan werden hier al tot in den treure besproken. In het geval van Gold Fields (GFI) daalde de koers begin dit jaar naar het laagste niveau sinds 2000, terwijl de goudprijs vijf keer hoger noteert dan veertien jaar geleden. Na de afsplitsing van de Zuid-Afrikaanse activiteiten (met uitzondering van South Deep) begin vorig jaar is GFI een internationale groep geworden. Na de overname van Yilgarn South van Barrick Gold eind vorig jaar komt nu zelfs 43% van de groepsproductie uit Australië. Ghana tekent voor 31% en Peru en Zuid-Afrika nemen met elk 13% het resterende deel voor hun rekening. Opmerkelijk is dat GFI voortaan niet langer rapporteert in Zuid-Afrikaanse rand (ZAR), wat de internationalisering van de groep nog meer illustreert.

Door de hogere bijdrage van de Australische mijnen en de forse productiestijging bij Damang (+39%) in Ghana steeg de productie in het vierde kwartaal met 21% op jaarbasis, tot 598.000 ounce. Over het volledige boekjaar haalden de mijnen van de groep gezamenlijk 2,02 miljoen ounce goud boven, iets meer dan verwacht. Het aandeel van Australië zal de komende jaren weer wat afnemen.

Kroonjuweel South Deep brengt echter voorlopig niet wat ervan wordt verwacht. De mijn werd in 2006 van Barrick gekocht voor 3 miljard USD en sindsdien investeerde GFI er al ongeveer 1 miljard USD in. Aanvankelijk was het de bedoeling dat South Deep in 2014 op kruissnelheid zou zijn, met een jaarproductie tussen 650.000 en 700.000 ounce. Die deadline werd opnieuw uitgesteld naar eind 2017. Vorig jaar bleef de mijn steken op 300.000 ounce. In het vierde kwartaal daalden de productiekosten naar 1436 USD per ounce, 10% lager dan in het derde kwartaal, maar tegen de huidige goudprijs nog altijd verlieslatend. Er is in elk geval nog veel werk aan de winkel om de doelstelling van 900 USD per ounce tegen 2017 te halen.

Op groepsniveau bedroeg de totale productiekostprijs in het vierde kwartaal 1095 USD per ounce, 7% minder dan een kwartaal eerder. Over het hele boekjaar was dat nog 1312 USD. GFI is dus op de goede weg. De groep moest in het vierde kwartaal wel zwaar afschrijven op de boekwaarde van verschillende activa. Door die last van 672 miljoen USD was er een nettoverlies van 491 miljoen USD. De operationele winst klom op kwartaalbasis wel 10% hoger, tot 312 miljoen USD. GFI verwacht dit jaar 2,2 miljoen ounce goud te produceren tegen een gemiddelde productiekostprijs van 1150 USD per ounce. Net als talrijke andere mijnbedrijven moest GFI de reserveschattingen aanpassen aan de lagere goudprijs. De langetermijnprijs die wordt gebruikt om de reserves te bepalen, daalde van 1500 naar 1300 USD per ounce. Daardoor daalden de reserves van 59,4 naar 52,6 miljoen ounce. Meer dan de helft daarvan is toe te schrijven aan South Deep. De nettoschuld van de groep bedraagt 1,74 miljard USD. De helft daarvan is in de vorm van een obligatie met afloopdatum in oktober 2020. Ongeveer 35% of 720 miljoen USD vervalt in november volgend jaar.

Conclusie

De kans is groot dat het dieptepunt voor Gold Fields achter ons ligt. De duurzaamheid van de klim zal vooral afhangen van de goudprijs. Het aandeel noteert nog steeds ruim onder de boekwaarde. Toch blijft voorzichtigheid geboden, vandaar dat we Gold Fields de hoogste risicorating meegeven. Beperk dus de positie.

Advies: koopwaardig

Risico: hoog

Rating: 1C

Partner Content