Geeft de meerwaardebelasting bovenop de Reynderstaks de doodsteek aan obligatiefondsen?

Koning Filip en Bart De Wever © Belga
Ilse De Witte
Ilse De Witte Redacteur bij Trends

De regering-De Wever heeft een akkoord bereikt over de solidariteitsbijdrage – lees meerwaardebelasting op financiële activa. Volgens VRT NWS blijft de zogenoemde Reynderstaks van 30 procent op obligatiefondsen behouden en komt de meerwaardebelasting van 10 procent er bovenop.

Wanneer mensen tijdens de looptijd hun staatsbon of andere obligaties willen verkopen, kan de verkoopprijs hoger (of lager) liggen dan de aankoopprijs van de lening. Als de rente stijgt, dan dalen lopende obligaties in waarde. Als de rente zakt dan stijgen de obligatiekoersen. Vandaag is die meerwaarde of het verschil tussen aan- en verkoopprijs van obligaties nog belastingvrij, maar binnenkort dus niet meer.

Bij de aan- en verkoop van obligaties moet er vaak nog taks op beursverrichtingen verrekend worden: 0,12 procent op de waarde van de transactie. Bij transacties in obligaties rekenen beursmakelaars doorgaans ook hogere kosten aan dan bij transacties in aandelen of ETF’s. De meerwaarde bij obligaties ligt veel lager dan bij aandelen, omdat ook het risico op verlies kleiner is. Op de coupons of de rentebetalingen betalen beleggers 30 procent belastingen. Het wordt met andere woorden moeilijk om nog geld te verdienen aan beleggingen in obligaties.

Er zou wel een algemene vrijstelling komen voor meerwaarden tot 10.000 euro en als mensen hun beleggingen lang genoeg bijhouden, zou dat plafond vijf jaar op rij met 1.000 euro stijgen. Het is verder nog wachten op het wetsontwerp voor alle details en op de goedkeuring van de wet door het parlement uiteraard.

Hoe zit het met de meerwaarde van obligaties op de vervaldag?

U kunt soms ook obligaties op de secundaire markt kopen voor minder geld dan u op de vervaldag terugkrijgt. De jongste jaren waren er vooral zaakjes te doen met zogenoemde nulcoupons of obligaties die uitgegeven waren met een coupon van 0 procent. Het volledige rendement van nulcoupons bestaat uit het verschil tussen aan- en verkoopprijs. In plaats van 3 procent meerwaarde bijvoorbeeld zou u met een meerwaardebelasting van 10 procent nog 2,7 procent rendement overhouden. Volgens fiscalisten kan er enkel sprake zijn van een gerealiseerde meerwaarde bij een verkoop (zie kader hieronder).

Wat is meerwaarde? Herwig Joosten, fiscalist en voormalig voorzitter Hoge Raad van Financiën, heeft de redactie van Trends de definitie uit het Wetboek van de Inkomstenbelasting (WIB) via mail bezorgd. “De verwezenlijkte meerwaarde is gelijk aan het positieve verschil tussen eensdeels de ontvangen vergoeding of de verkoopwaarde bij de vervreemding van het goed verminderd met de kosten van vervreemding.” Volgens deze definitie kan er enkel een meerwaardebelasting van toepassing zijn op obligaties als beleggers deze verkopen voor de vervaldag en dus niet op obligaties die tot de vervaldag worden bijgehouden.

Via obligatiefondsen betaalt u voortaan twee keer meerwaardebelasting

Het ziet ernaar uit dat de beleggers in obligatiefondsen – of gemengde beleggingsfondsen met meer dan 10 procent obligaties in de portefeuille – niet buiten de scoop vallen. Zij betalen bij de verkoop van hun deelbewijzen vandaag al 30 procent roerende voorheffing op de intresten én de meerwaarde uit het vastrentende gedeelte van het fonds. Die zogenoemde Reynderstaks is in 2006 ingevoerd en stelselmatig uitgebreid en verhoogd, samen met het algemene tarief van de roerende voorheffing. Er zijn dus beleggers die in 2005 nietsvermoedend voor de lange termijn in bepaalde fondsen zijn gestapt en twintig jaar later met een fikse belastingfactuur zullen geconfronteerd worden. Eind 2024 zat er 52,8 miljard euro in zuivere obligatiefondsen en 7,8 miljard euro in geldmarktfondsen met kortlopende obligaties.

Er zit vooral veel geld in gemengde fondsen, die zowel in aandelen als obligaties investeren. De teller stond op 141,5 miljard euro eind vorig jaar. Daarin zitten ook de pensioenspaarfondsen. De regeringsonderhandelaars beloven dat mensen die individueel of collectief aan pensioensparen doen (via groepsverzekeringen of via pensioenfondsen) geen meerwaardebelasting zullen betalen. Minister Vincent Van Peteghem (cd&v) heeft tegen VRT NWS ook gezegd dat ouders die voor hun kinderen sparen een verhoogde vrijstelling kunnen krijgen, maar het is niet helemaal duidelijk wat hij daarmee bedoelt.

Bovendien betalen beleggers bij de verkoop van hun deelbewijzen op dat specifieke type fondsen ook nog eens 1,32 procent taks op beursverrichtingen. Als er boven op de 30 procent roerende voorheffing en de 1,32 procent TOB voor die fondsen nog eens een meerwaardebelasting van 10 procent zou komen, vragen we ons stilaan af waarom beleggers überhaupt nog in obligatiefondsen zouden beleggen. Nochtans zijn beleggingen in fondsen voor beginnende beleggers een goed idee, want de risico’s worden gespreid en er is een professionele belegger dagelijks met uw centen bezig, zodat u dat zelf niet hoeft te doen.

Lees ook:

Partner Content