Kopen doe je bij lage prijzen. De familie Saverys doet dat al decennia om via CMB en Euronav te surfen op de golven van de scheepvaartbusiness.

Met Euronav gaat het goed dankzij uitstekende tarieven op de tankermarkt, maar CMB gaat, net zoals de hele sector, door het diepste dal dat de markt voor droge bulktransport (ijzererts, steenkool en graan) ooit heeft gekend. Wie genoeg centen en lef heeft, krijgt nu unieke kansen om schepen of hele rederijen over te nemen.

De familie Saverys hoefde niet ver te zoeken om goedkoop scheepscapaciteit te vinden. Het eigen CMB noteert tegen 60% van de boekwaarde. De familie bezit al 50,8% van CMB en kondigde begin september een overnamebod op de overige 49,2% van de aandelen aan, tegen 16,2 EUR per stuk of 20% boven de slotkoers van 4 september. Het bod kan worden ingetrokken als de Baltic Dry-index, een belangrijke graadmeter voor de drogebulktarieven, met een kwart daalt. Kortom, via dat bod wordt het toekomstige herstel geprivatiseerd, terwijl de kleine belegger enkel aan boord mag blijven als het slecht blijft gaan.

Op korte termijn is er nog niet veel beterschap. De tarieven veerden afgelopen zomer op, om de voorbije weken opnieuw als een pudding in elkaar te zakken. Op een markt die nog kampt met een structurele overcapaciteit zijn tariefoplevingen geen lang leven beschoren. Deze keer maakten nieuwe twijfels over de Chinese economie en een dalende vraag naar ijzererts en steenkool vanuit China een einde aan de rally. Dat is logisch: China slorpt ongeveer 60% van het verscheepte ijzererts en 25% van de verscheepte steenkool op, en de Chinese importcijfers dalen snel. De omzet steeg weliswaar gevoelig in het derde kwartaal, maar de drogebulkdochter Bocimar boekte nog altijd een pittig onderliggend verlies van bijna 20 miljoen USD in het derde kwartaal, tegenover een verlies van 86 miljoen USD in de eerste jaarhelft.

De pijn wordt verzacht door de rendabele nevenactiviteiten, zodat het nettoverlies beperkt bleef tot 10,4 miljoen USD. De drogebulktarieven moeten dus duurzaam hoger om de rederijen opnieuw zonder verlies te laten varen. Het management van CMB is vrij somber: “Er is nog geen fundamentele verbetering in de vraag en vooral in het aanbod van scheepscapaciteit opgetreden. Op lange termijn kan een beter evenwicht maar tot stand komen als de aanbodzijde fundamenteel verbetert door schepen te verschroten, opleveringen uit te stellen en geen nieuw orders te plaatsen”.

Maar de meerderheidsaandeelhouder van CMB heeft er op dit moment natuurlijk weinig baat bij om optimistisch te zijn. Dit jaar groeit de vloot netto slechts met 2 à 3%, het laagste groeicijfer van de voorbije tien jaar. Orders voor nieuwe schepen werden geschrapt en oudere schepen worden sneller verschroot. Maar een sputterend China kan ervoor zorgen dat het wegwerken van de overcapaciteit nog een aantal jaren kan duren.

Conclusie

De drogebulkrederijen zullen nog enkele jaren door het stof moeten kruipen, maar daarna mag een duurzaam herstel verwacht worden. Het overnamebod op CMB houdt rekening met een langere periode van verliescijfers en vergoedt het opwaarts potentieel onvoldoende. We adviseren voorlopig af te wachten en nog niet op het bod in te gaan.

Advies: houden/afwachten

Risico: gemiddeld

Rating: 2B

Partner Content