Alain Mouton

Ambtenarenpensioenen zijn niet langer uitgesteld loon

Het is niet meer dan normaal dat de ambtenarenpensioenen die van de privésector benaderen.

De onderhandelaars voor een ‘Zweedse’ coalitie zijn van plan in te grijpen in de ambtenarenpensioenen. Hun pensioen zou niet langer berekend worden op het loon van de laatste tien jaar – zoals nu het geval is – maar op basis van de laatste 15 tot 20 jaar. De bedoeling daarvan is het ambtenarenpensioen meer en meer in lijn te brengen met dat van de werknemers uit de privésector.

Dat is een logische beleidskeuze. Het principe van het hoge ambtenarenpensioen staat steeds meer onder druk. Jarenlang gold dat wie voor de overheid werkte, genoegen moest nemen met een lager loon maar daarna kon genieten van een hoger overheidspensioen. Dat kwam dan eigenlijk neer op een ‘uitgesteld loon’. Maar vandaag kunnen we niet meer spreken van uitgesteld loon. Daar zijn verschillende redenen voor.

Ten eerste is het verschil tussen het hoge privéloon en het lagere ambtenarenloon zo goed als verdwenen. Ten tweede is de intrinsieke waarde van het ambtenarenpensioen aanzienlijk toegenomen door de hogere levensverwachting. Ambtenaren genieten dus veel langer van hun ‘uitgesteld loon’. Ten slotte heeft het ambtenarenstatuut in een steeds flexibeler wordende economie een intrinsieke bonus: een vaste job zorgt voor extra werkzekerheid.

Het is niet meer dan normaal dat de ambtenarenpensioenen die van de privésector benaderen.

Het is dus niet meer dan normaal dat de ambtenarenpensioenen die van de privésector benaderen. Waarom moet de berekening van het ambtenarenpensioen gebeuren op basis van de laatste tien jaar en die van de privésector op basis van de hele loopbaan? Waarom moeten de studiejaren van de ambtenaren worden meegeteld bij de pensioenberekening?

Er is zelfs meer nodig dan een geleidelijk gelijkschakeling van de pensioenberekeningen voor ambtenaren en privéwerknemers op basis van het aantal gewerkte jaren. Zo moet de perequatie op de schop. De perequatie bepaalt dat de ambtenarenpensioenen de loonstijgingen volgen, ook de reële stijgingen, dus boven de inflatie. Er is geen enkele reden om dat systeem te handhaven.

Hetzelfde geldt voor de zogenaamde loopbaanbreuken bij de berekening van het ambtenarenpensioen. Die maken dat iemand in de overheidssector sneller aan een volledige loopbaan komt dan in de privésector. Er is niets dat rechtvaardigt dat een ambtenaar sneller dan een privéwerknemer voldoet aan de loopbaanvoorwaarden voor een maximumpensioen. Ook daar moeten de zogenaamde ‘Zweedse onderhandelaars’ aan werken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content