1 op de 6 zelfstandigen in hoofdberoep onder armoedegrens
17 procent van alle zelfstandigen in hoofdberoep verdient minder dan 833 euro per maand, terwijl de armoededrempel op 973 euro voor een alleenstaande ligt, zo blijkt uit onderzoek van NSZ.
Alleen al bij de zelfstandigen in hoofdberoep (684.126 in totaal) verdienen 116.700 ondernemers (17 procent) minder dan 833 euro per maand en dat terwijl de armoedegrens op 973 euro per maand voor een alleenstaande ligt. Om die cijfers te verbeteren, wil NSZ dat er wordt ingezet op maatregelen die vermijden dat zelfstandigen in armoede verzeilen. Wie arbeidsongeschikt wordt als zelfstandige moet volgens de organisatie vanaf dag één een uitkering krijgen in functie van het eerder verdiende inkomen. Nu krijgt een zelfstandige pas een forfaitaire uitkering van 33 tot 54 euro per dag afhankelijk van de gezinssituatie, na een volle maand ziekte. Daarnaast wil NSZ een stopzettingsvergoeding als een soort van werkloosheidvergoeding ingevoerd zien. Wanneer een ondernemer merkt dat zijn activiteit niet levensvatbaar meer is, zou hij die moeten kunnen stopzetten en een uitkering krijgen. Nu is dat niet het geval, met als gevolg dat schulden nog maandelijks oplopen, omdat er geen alternatief is dan de zaak verder te zetten. Een zelfstandige zou volgens NSZ niet alleen bij faillissement of gedwongen stopzetting van de zaak een uitkering moeten kunnen krijgen, maar ook wanneer hij zich in financiële moeilijkheden bevindt en de activiteit beter stopzet om de schulden niet groter te maken. In afwachting van een nieuwe professionele uitdaging zou de zelfstandige dan moeten kunnen genieten van een vergoeding. De hoogte van die uitkering kan afgestemd worden op de werkloosheidsuitkering voor werknemers. De toekenningsduur van de overbruggingsvergoeding zou dan afhankelijk kunnen zijn van de periode gedurende dewelke de zelfstandige ondernemer sociale bijdragen betaalde. (Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier