Gescheiden partners betalen vaak geen alimentatie: momenteel bleef maar liefst 300 miljoen euro onbetaald. DAVO wil gedupeerden helpen bij de invordering ervan.
Als ouder moet je bijdragen tot de opvoeding, de ontwikkeling en het onderhoud van je kinderen. Die verplichting geldt niet alleen tijdens het huwelijk, maar ook na een scheiding. Daarom werd de alimentatie in het leven geroepen. Deze uitkering kan ook dienen voor het levensonderhoud aan de ex-partner.
Wie alimentatie wil ontvangen, moet voldoen aan bepaalde voorwaarden. Hoelang je welk bedrag ontvangt, is afhankelijk van een aantal factoren – zoals je inkomenssituatie. Onderhoudsgeld voor kinderen moet bij een scheiding bijna altijd betaald worden, wat niet het geval is voor partneralimentatie.
Zelf niets ontvangen?
In de praktijk wordt alimentatie, zelfs na een gerechtelijke beslissing, niet altijd correct of zelfs helemaal niet uitbetaald. Volgens de Dienst voor Alimentatievorderingen (DAVO), een afdeling van de FOD Financiën, lopen de achterstallige betalingen intussen al op tot 300 miljoen euro. Sommige ex-partners kunnen niet betalen, anderen willen gewoonweg niet.
Ondervind je zelf problemen, dan kan je de hulp van DAVO inroepen. Deze dienst biedt namelijk bijstand bij het invorderen van onderhoudsgeld en schiet eventueel de kinderalimentatie voor. De aanvraag moet schriftelijk ingediend worden bij een DAVO-kantoor. Op de website (www.secal.belgium.be) vind je alle contactgegevens terug en kan je het vereiste formulier hiervoor downloaden.
Wat doet DAVO precies?
Vervolgens stelt de DAVO je ex-partner in gebreke om het achterstallig en toekomstig onderhoudsgeld te betalen. Weigert hij of zij nog steeds, dan wordt een invorderingsprocedure opgestart. Daarbij kan beslag gelegd worden op bijvoorbeeld het loon of de roerende goederen van je ex.
Zeker het proberen waard dus, maar verwacht geen wonderen: in de voorbije vijf jaar kon DAVO slechts 18 miljoen euro recupereren. Goed nieuws is wel dat sinds begin dit jaar enkel je ex-partner (als onderhoudsplichtige) en niet meer jijzelf (als onderhoudsgerechtigde) moet opdraaien voor de kosten. Die bedragen 13 procent van het onderhoudsgeld plus achterstallen.
