Ignace Van Doorselaere (Van de Velde), genomineerd voor Manager van het Jaar: ‘Je leert altijd van je littekens’

Ignace Van Doorselaere weet hoe je kunt groeien in een dalende markt. De CEO van Van de Velde gaat wereldwijd op zoek naar vrouwen die meer willen betalen voor een perfecte pasvorm en een sensuele modebeleving. Dat paskamerverhaal slaat weer aan. 2014 wordt een grand-crujaar voor de beursgenoteerde lingeriegroep.

Ignace Van Doorselaere (55) is sinds maart 2004 gedelegeerd bestuurder van het beursgenoteerde lingeriebedrijf Van de Velde. Hij leidt de familiale groep samen met co-CEO Herman Van de Velde (60). De kleinzoon van de stichters die in 1919 een korsettenatelier oprichtten in Schellebelle, gaat eind dit jaar met pensioen. Ignace Van Doorselaere krijgt dan de touwtjes alleen in handen. “Al doe je nooit iets alleen natuurlijk”, onderstreept hij. Van Doorselaere is voor de vierde keer genomineerd voor de Manager van het Jaar. “Deze nominatie doet me plezier. Meestal werden Herman Van de Velde en ik samen genomineerd, deze keer niet, maar Herman kan daar perfect mee leven.”

Trio, duo, solo

Van de Velde werd sinds de jaren tachtig geleid door een trio: Herman Van de Velde, zijn broer Karel en hun neef Lucas Laureys. “Die hadden het werk goed verdeeld, ook omdat ze elkaar zeer goed aanvoelden. Karel was de ondernemer, de man met de ideeën, de verkoper-ontwerper, de ongeduldige die zei ‘komaan, vooruit’. Herman is de organisator, hij maakte alles efficiënt, volgde de supply chain op, goot alles in processen. Luc Laureys – vandaag voorzitter – was meer strategisch en commercieel actief. Ik zat in de raad van bestuur”, vertelt Ignace Van Doorselaere.

De slagerszoon met MBA-diploma was in 2002 weggegaan als directielid bij de bierbrouwer Interbrew (nu AB InBev) om zijn eigen bedrijf op te richten, 4F. Van Doorselaere wilde naar eigen zeggen nooit meer voor een baas werken. Hij zou als businessangel investeren in jonge ondernemingen, lesgeven en schrijven. “Herman sprak mij aan na een lezing, het klikte en ik dacht: waarom niet? Het ging om vier vergaderingen per jaar en ik had ervaring met groeien in dalende markten. Daarna stopten Luc en Karel, en Herman Van de Velde vroeg me samen met hem het bedrijf te leiden. De productie en de supply chain bleven zijn kerndomeinen. Ik focuste op groei, strategie, sales & marketing en financiën. Ik had nooit vermoed dat dit avontuur zo lang zou duren. Ik doe het al meer dan tien jaar en ik ben van plan nog even voort te doen.”

Eind dit jaar staat Van Doorselaere er alleen voor. “Het directieteam blijft voorts ongewijzigd. We zijn deze zomer met de overdracht begonnen. We hebben alle afdelingen systematisch doorlopen. Nu werk ik me verder in. Straks ga ik de productie verkennen in Tunesië, onze Chinese productiepartner Top Form ken ik iets beter.” Van de Velde telt 1455 medewerkers, van wie er 512 in Tunesië werken. In België heeft het lingeriebedrijf ook zo’n 500 personeelsleden.

Focus op de paskamer

De trend op de wereldmarkt is dat vrouwen goedkopere beha’s kopen in verticaal geïntegreerde winkelketens zoals Victoria’s Secret en Hunkemöller. Van de Velde countert die stroming door een slimme positionering van de complementaire merkenportefeuille in verschillende distributiekanalen. De rode draad in de marktbenadering is de focus op de paskamer, waar de klant ondersteund wordt met technische knowhow en professioneel stylingadvies. Het belangrijkste merk is PrimaDonna, Marie Jo is het bekendste merk in Vlaanderen, Andres Sarda benadert meer de Latijnse vrouw.

2014 wordt volgens Van Doorselaere een zeer goed jaar. De geconsolideerde omzet steeg in de eerste jaarhelft met 10,3 procent, van 97 naar 107 miljoen euro. De groothandelsomzet – Van de Velde levert aan zo’n 5000 zelfstandige winkels – nam met 13,8 procent toe. De sterke groei is onder meer te danken aan de succesvolle lancering van de PrimaDonna-zwemcollectie. Ook de tweede jaarhelft belooft te boomen. Volgens Van Doorselaere tonen ook de voororders voor dit najaar een stijging tegenover vorig jaar. “Op basis van wat we vandaag weten, ziet ook 2015 er niet slecht uit. We hebben het elan te pakken”, bevestigt de CEO.

Winkels en franchises

Behalve aan de groothandelsactiviteit bouwt Van Doorselaere voort aan een retailkanaal met eigen winkels en franchisezaken. In Nederland rolt de groep het Lincherie-concept verder uit bij de voormalige Donker-winkels. Die lingerieketen realiseerde in de eerste helft van dit jaar een omzet van 2,4 miljoen euro (+13,7 %). Ook de Britse keten Rigby & Peller, overgenomen in 2011, doet het goed. De retailomzet bij de negen Rigby & Peller-winkels steeg in het eerste semester met 9,1 procent. Van de Velde lanceerde het concept ook in Duitsland door de vroegere Oreia-winkels om te bouwen. In continentaal Europa steeg de retailomzet met 12,6 procent, in Duitsland zelfs met 18,9 procent. Het zwaartepunt in de retailactiviteit van Van de Velde verschuift overigens naar het noorden. Er komen winkels bij in Denemarken, er is franchising in Nederland, terwijl in Frankrijk en Spanje winkels gesloten worden.

Alleen in de Verenigde Staten, waar Van de Velde zestien Intimacy-winkels runt, lijkt het tij niet te keren. De retailomzet daalde er in de eerste zes maanden van dit jaar met 22,7 procent. De doelstellingen werden niet gehaald en dat leidde tot boekhoudkundige waardeverminderingen. “Intimacy draait niet”, geeft Van Doorselaere toe. “Een voetbalcoach heeft me ooit eens gezegd ‘het veld liegt niet’. Wat je ziet, is waar. Ik steek redelijk wat tijd in dit verhaal, maar vooralsnog krijgen we het niet goed. We doen nochtans overal dezelfde dingen, en die slaan wel aan in Engeland, Duitsland, Nederland en Hongkong. Het ligt dus niet aan de strategie, maar aan de implementatie ervan. Waarom zou ons retailconcept in de Verenigde Staten niet werken, terwijl we daar 200 zelfstandige klanten hebben die het wel goed doen? We doen het dus niet goed genoeg. We moeten in de spiegel kijken. Er zijn geen excuses, dat is onze cultuur niet.”

Volgens Van Doorselaere worden verschillende acties opgezet om de cijfers op te krikken. “Maar voorlopig slaat de motor niet aan. Het is een moeilijke case. Je leert altijd van je littekens, van de extremen in het leven.”

Kurt De Cat