Carlo Henriksen (Bank J. Van Breda & Co): gezonde groei boven alles

Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

35 jaar werkt Carlo Henriksen al voor Bank J. Van Breda & Co, waarvan bijna een kwarteeuw als CEO. In die periode zette de bank een gemiddelde jaarlijkse groei van 11 procent neer.

Trends bekroont op woensdag 8 januari 2014 voor de 29ste keer de Manager van het Jaar, de meest prestigieuze individuele onderscheiding voor een bedrijfsleider in ons land. We stellen iedere week twee genomineerden aan u voor.

De nominatie van Carlo Henriksen komt als een verrassing, geeft hij toe. “Maar ik vind het moedig”, zegt de CEO van Bank J. Van Breda & Co. “Sinds 2008 worden bankiers gebrandmerkt als slechteriken. De media scheren iedereen over dezelfde kam. Terwijl Bank Van Breda een aparte bank is. We zijn steeds een toonbeeld van voorzichtig beheer en risicoaversie geweest, en hadden schuld noch deel aan de financiële crisis.”

Henriksen is een volbloed Antwerpenaar, geboren in 1953. Zijn Scandinavische naam verwijst naar zijn Deense grootvader die in de maritieme sector actief was en zo in Antwerpen terechtkwam. Het maritieme bloed zit in de familie. Henriksens vader was eigenaar van een scheepsagentuur, en zijn dochter werkt voor de rederij Maersk. Tijdens zijn studies TEW koos Henriksen voor de specialisatie transporteconomie en voor zijn diploma handelsingenieur maakt hij een thesis over de sterkte van kaaimuren. En toen hij in 1978 zijn carrière bij Bank J. Van Breda & Co begon, was dat op de afdeling documentaire kredieten en internationaal betalingsverkeer.

Henriksen: “Bank Van Breda was op dat moment een sterk in de Antwerpse regio verankerde spaarbank. We boden hoogrentende spaarboekjes en waren actief in autofinanciering, leasing en consumentenkredieten. De bank vormde een geheel met twee verzekeringsmakelaars, en werd gecontroleerd door de families Leysen en Van Antwerpen (die nu nog de eigenaar van de verzekeringsmakelaar Vanbreda Risk & Benefits zijn, nvdr). Bank van Breda onderscheidde zich toen al door zijn sterk commerciële insteek. In alles wat we deden stond de klant centraal, en er werd actief geprospecteerd.”

Eén doelgroep

In de jaren tachtig vonden met het oog op de Europese eenheidsmarkt de eerste grote bankfusies plaats. Voor Bank Van Breda was dat de aanleiding om de strategie tegen het licht te houden. “Ik kreeg toen de kans een oefening te maken hoe Bank Van Breda zich kon differentiëren en haar autonomie behouden. Beslist werd ons te concentreren op één doelgroep: ondernemers en vrije beroepen.”

Omdat hij mee aan de basis van die strategische heroriëntatie lag, benoemden de aandeelhouders Henriksen in 1989 tot algemeen directeur. Zijn opdracht: de doelgroepenstrategie uitrollen. En dat heeft bijna tien jaar in beslag genomen, vertelt Henriksen: “Ons cliënteel bestond eind de jaren tachtig voor vier vijfde uit particulieren. Om dan te beslissen: we concentreren ons op het andere vijfde van ondernemers en vrije beroepen, dat is niet vanzelfsprekend. Heel de interne organisatie moest worden aangepast. Pas in 1997 waren we er klaar voor.”

Een doelgroep bedienen betekent dat de hele aanpak van de bank wijzigt: “In essentie bestaat ons cliënteel uit mensen die aan het einde van hun carrière een gering pensioen wacht. Dus moeten ze een stuk van hun vermogen opzijzetten voor later. Daarbij adviseren wij hen zowel in hun private als in hun professionele activiteiten. Wij zijn geen productverkopers. We luisteren naar de behoeftes, we kennen de leefwereld van onze klanten, en we gaan een langetermijnrelatie aan. Daarin onderscheiden we ons van andere banken.”

Niet mee in de ratrace

In de jaren negentig wilde Bank Van Breda een overeenkomst met Bank Delen sluiten voor de begeleiding van zijn vermogende klanten. Dat resulteerde uiteindelijk in de verkoop van de bank aan de investeringsmaatschappij Ackermans & van Haaren en de familie Delen (via de tussenholding Finaxis). Henriksen: “De intrede van Ackermans & van Haaren zorgde voor een professionalisering van het beleid en de rapportering. Als directie werd je meer uitgedaagd, strategisch maar ook op het vlak van rendabiliteit en groei.”

Toch ging Bank Van Breda zich, zoals zovele andere banken, in de jaren 2000 niet het pad van de risico-investeringen en de megawinsten op. “Wij hebben altijd weerstand geboden aan de ogenschijnlijke opportuniteiten op gemakkelijk geldgewin”, aldus Henriksen.

Al was de druk bij momenten groot om mee in de ratrace te stappen, geeft de CEO toe: “Alle banken trokken hun doelstellingen op. Ons grote geluk was dat we niet rechtstreeks beursgenoteerd waren. Anders was ik wellicht vervangen. Analisten hadden in die periode bergen kritiek op een conservatieve aanpak als de onze. Gelukkig hebben onze aandeelhouders een langetermijnvisie en waren zij bereid te luisteren. Wij hebben ons niet aan complexe producten gewaagd.”

Maar eigenlijk liggen deze keuzes in de logica van Bank J. Van Breda & Co, beklemtoont Henriksen: “Wij hebben altijd onze inkomsten uit onze commerciële franchise en dus uit onze klantenaanpak gehaald. Wij hebben geen marktenzaal, we speculeren niet, we zijn niet afhankelijk van financiële inkomsten. Daarom ben ik zeer gelukkig met deze nominatie. Ik zie het als een erkenning voor ons bedrijf, maar eigenlijk ook voor alle kmo’s en ondernemingen die bewust op de lange termijn werken en niet meegaan in de waan van de dag.”

Volgend jaar wordt Henriksen 61. Hij geeft de fakkel bij Bank Van Breda door aan Dirk Wouters. “Ik wilde stoppen op het juiste moment. Voor het bedrijf is het goed dat er vernieuwing toegelaten wordt. En zelf kijk ik uit naar meer vrije tijd. Ik heb altijd graag gesport. Vroeger was dat paardrijden en fietsen, samen met mijn echtgenote. Sinds een zestal jaar golfen we geregeld in het weekend, en dat gaan we vanaf volgend jaar wat meer doen.”

Henriksen, die een zoon en een dochter heeft, ontkent niet dat de geboorte van drie kleinkinderen zijn beslissing om er een punt achter te zetten versneld heeft: “Ik wil hun ontwikkeling van dichtbij volgen, misschien beter dan ik heb kunnen doen bij mijn eigen kinderen. De voorbije jaren, sinds het uitbreken van de financiële crisis in 2008, zijn toch in de kleren gekropen. Bank Van Breda mag het dan goed gedaan hebben, het bleef een stresserende, vermoeiende en veeleisende periode.”

Partner Content