Wallonië biedt geld en grond aan

Serge Kubla, de Waalse minister van Economie, houdt opendeurdag. ‘Esprit d’entreprise’, het Waalse actieplan voor ondernemers dat vandaag, 25 april, wordt voorgesteld, is voor alle Belgen, ook voor Vlaamse ondernemers. Wallonië wil hen zelfs laten meegenieten van zijn nieuwe financieringsmiddelen.

De Waalse minister van Economie Serge Kubla ( PRL) startte vorige week zijn roadshow in de Warande in Brussel, waar hij de economische heropleving van Wallonië predikte. Maar voor Kubla geen Waalse heropleving zonder Vlaamse ondernemers. Vorig jaar staken al een zestigtal Vlamingen de taalgrens over om hun eigen zaak op te richten of uit te breiden. Het textielbedrijf Sioen heeft onlangs in de streek van Moeskroen geïnvesteerd. Ook de vleeswarengroep Ter Beke is daar actief. Idem voor de familie Vanden Avenne die met vezelplaatproducent Spanolux een vestiging in Wallonië heeft. Zij zijn het trouwens die Kubla naar de Warande hebben uitgenodigd.

Kubla kon toen met interessante cijfers uitpakken (zie kader: Wallonië in cijfers). Een studie van Awex (de tegenhanger van Export Vlaanderen) bijvoorbeeld wijst uit dat de Waalse exportcijfers hoger liggen dan het Belgische gemiddelde. En de causerie bood Kubla ook de gelegenheid om een aantal hardnekkige vooroordelen de wereld uit te helpen De minister gaat een beroep doen op de Vlaamse ondernemers die al in Wallonië actief zijn en schakelt hen in als go-between tussen de Waalse regering en hun collega-ondernemers in spe.

SERGE KUBLA (WAALS MINISTER ECONOMIE). “Ik durf het bijna niet te zeggen, maar mijn kabinetsmedewerkers beklemtonen dat ons plan veel beter gestoffeerd is dan dat van Gabriëls. Moeilijk is dat niet, want in Wallonië is er nog veel meer werk aan de winkel dan in Vlaanderen. Het actieplan heeft drie doelstellingen. Wij willen dat er in Wallonië jaarlijks 15% nieuwe bedrijven ontstaan. Daarnaast moet de groei van de bestaande bedrijven worden gestimuleerd door bijvoorbeeld extra aandacht aan export en onderzoek te schenken. Beide maatregelen kunnen we natuurlijk niet realiseren als we het respect voor ondernemerschap niet opkrikken.”

Maar om dat te realiseren lonkt u ook naar Vlaanderen?

KUBLA. “Ik trap een open deur in wanneer ik zeg dat Vlaanderen een bevoorrechte partner is. Waarom zou ik mij niet richten tot de Vlaamse ondernemers? Telkens ik er één ontmoet, hoor ik klaagzangen over het gebrek aan ruimte voor industrieterreinen in Vlaanderen. Wel, in Wallonië wordt er 1700 hectare vrijgemaakt voor de uitbouw van nieuwe industriezones, 51 zones in totaal.

“Daarnaast benadruk ik ook altijd dat het voor een Vlaamse bedrijfsleider interessanter is om op 100 kilometer van zijn hoofdzetel nieuwe vestigingen te openen dan op 1000 kilometer. En als we het dan toch over onze troeven hebben, dan moet ik nog onze steeds verbeterende infrastructuur vermelden, het waterwegennetwerk en het feit dat de hst-lijn naar Luik zijn voltooiing nadert.”

Zijn alle gebieden wel even geschikt om nieuwe bedrijven aan te trekken? Waals-Brabant en West-Henegouwen zijn toch veel meer ontwikkeld dan pakweg Charleroi.

KUBLA. “Dat klopt, en aan die succesvolle subregio’s kan je gerust ook het Duitse taalgebied en het zuiden van de provincie Luxemburg toevoegen. Natuurlijk is het Waals Gewest niet homogeen. Net zoals dat met andere regio’s het geval is. En ik geef toe dat het negatieve beeld dringend moet worden verbeterd. We moeten de oude industrieterreinen nog opruimen en dat kost tijd. De littekens van het industriële verleden zijn nog niet volledig weggewerkt. Dat kan ook niet op een-twee-drie gebeuren.

“Ik weet ook dat veel Vlaamse ondernemers een negatief beeld hebben van de Waalse syndicaten. Nochtans stellen ook zij zich flexibeler op dan vroeger. Kijk naar de metaalnijverheid. Sinds ik hier minister van Economie ben, zijn er 2500 arbeidsplaatsen verdwenen en werd er maar één dag gestaakt.”

Nieuwe ondernemingen hebben wel geld nodig. U hebt een nieuwe financieringsvorm bedacht?

KUBLA. “Zelfs Europa feliciteert ons met de constructie die we hebben uitgevonden. In plaats van her en der financieringsmiddelen aan te bieden, kunnen KMO’s bij wijze van spreken bij één loket terecht: een koepel voor KMO-financiering. Die koepel is al operationeel en beschikt over 735 miljoen euro. Daarin zitten de trekkingsrechten voor garantie van 400 miljoen, en het onmiddellijk investeerbare bedrag in de vorm van durfkapitaal of achtergestelde leningen bedraagt 300 miljoen. Momenteel voorziet het vehikel in traditionele diensten zoals bijkomende leningen op de bestaande bankkredieten en waarborgsystemen. Op termijn komen daar meer gesofisticeerde producten bij, zoals microkredieten voor starters en middelen om bedrijven in het buitenland over te nemen. En op termijn denken we ook aan het Amerikaanse systeem van de small business investment companies. Via dit systeem wordt door een overheidswaarborg extra geld gegenereerd voor durfkapitaalfondsen, die dan weer in starters kunnen investeren. We weten dat we niet zoals in Amerika het kapitaal van de fondsen kunnen verdrievoudigen. Wij zijn al tevreden met een leverage van twee. Dat is beter dan kleine fiscale voordelen van het type Cooreman-De Clercq. Ik geef de voorkeur aan groeistimulering boven fiscale voordelen. Ik ben trouwens een felle tegenstander van subsidies aan ondernemingen. Dat komt eigenlijk vooral de aandeelhouders ten goede. Of bedrijven daar zelf voordeel uithalen, is zeer de vraag.”

En staat die koepel ook open voor Vlaamse bedrijven?

KUBLA. “Natuurlijk. Wat telt, is de plaats waar een bedrijf beslist om te investeren, niet het land of de regio waaruit de ondernemer afkomstig is. Vorige week zijn zelfs de Nederlanders hun interesse komen betonen.”

Werkloosheid blijft in Wallonië een heikel punt. Tracht u dit op te lossen door grote bedrijven met veel werkgelegenheid aan te trekken of zijn het de KMO’s die het verschil moeten maken?

KUBLA. “Wat voor mij prioritair is, is dat we steeds meer op de sterkte van de KMO’s steunen. Het is niet onze bedoeling een speler als Caterpillar binnen te halen die dan voor 4000 jobs moet zorgen naar analogie met de grote auto-assemblagebedrijven in Vlaanderen. Ik denk vooral aan KMO’s die voortkomen uit entrepreneurship of het resultaat zijn van doorgedreven onderzoek en ontwikkeling.”

Uit de eerste Waalse editie van de studie Global Entrepreneurship Monitoring blijkt dat Walen positiever staan ten opzichte van hun toekomstige financiële situatie dan de Belgen in het algemeen. Verwacht u dat zij persoonlijk zullen bijdragen tot de heropleving van de Waalse economie door bijvoorbeeld als business angel of venture capitalist op te treden?

KUBLA. “Durfkapitalisten komen slechts tegemoet aan 1% of 2% van de financiële nood van de ondernemingen. Bedrijven gebruiken nog steeds de klassieke kredieten om hun groei te financieren. Ik ben een voorstander van risicokapitalisten en business angels, want er is nood aan en het oogt sexy en vernieuwend. Maar het is geen fundament voor de ontwikkeling van KMO’s.

“Ik ben vooral bezorgd over de kapitaalstructuur van Belgische KMO’s. Als ik hun Amerikaanse tegenhangers bekijk, merk ik een groot verschil in de financiële structuren. Wij hebben hier ondernemingen die voor 15% over eigen middelen beschikken, de rest is geleend. In de VS is dat eerste cijfer 35%. Hier hebben bedrijven dus een hoge schuldgraad.

“Maar om uw vraag te beantwoorden: ik ben ervan overtuigd dat de Walen op een positieve manier willen meebouwen aan een economische herstructurering. Uit de GEM-studie blijkt immers dat zij als enige Belgen een optimistische toekomstvisie hebben op de evolutie van de economie in hun regio.”

In Vlaanderen zijn er een hoop knelpuntberoepen. Hoe kunt u Vlaamse ondernemers ervan overtuigen dat zij in Wallonië wel gekwalificeerd personeel vinden?

KUBLA. “Wallonië kampt met een hoge werkloosheidsgraad en de Vlaamse ondernemers moeten weten dat een groot deel van die werklozen onmiddellijk beschikbaar is om de arbeidsmarkt te betreden. Maar ook wij kennen knelpuntberoepen. Dat hebben we gemerkt bij de opgang van de regionale luchthavens, die niet voldoende technici konden aantrekken. Vorming is een probleem. Te veel jongeren kiezen voor de ‘verkeerde’ richting. We hebben nog te weinig studenten economie of exacte wetenschappen. Maar daarvoor beschik ik vanuit het Waals Gewest niet over alle middelen. Wat onderwijs betreft, moet ik constant overleg plegen met de Franse Gemeenschap. Niet echt makkelijk.”

Hoe denkt u met het actieplan van Gabriëls te concurreren? Hij pakt uit met een aantal fiscale maatregelen die de Vlaamse ondernemers zeker niet onberoerd laten.

KUBLA. “Ik sta terughoudend tegenover fiscale maatregelen. Neem het voorbeeld van het kijk- en luistergeld. Ik lig er niet wakker van dat Vlaanderen deze belasting heeft afgeschaft en wij niet. Gelooft u echt dat er meer Walen hun regio gaan verlaten omdat ze vinden dat ze te veel voor hun tv moeten betalen? Ik ben dus niet van plan om gunstige fiscale maatregelen uit te werken. Naar mijn mening is fiscaliteit voor een groot deel een federale materie en dat moet zo blijven.”

An Goovaerts, Alain Mouton

agoovaerts@trends.be

“Wallonië kampt met een hoge werkloosheidsgraad. De Vlaamse ondernemers moeten weten dat een groot deel van die werklozen meteen beschikbaar is.”

“Ik durf het bijna niet te zeggen, maar het Waalse actieplan voor ondernemers is veel beter gestoffeerd dan dat van Gabriëls.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content