Vastgoed op losse schroeven

Laurenz Verledens vastgoedexpert bij Trends

De Nederlandse tentenspecialist Neptunus herdefinieert het begrip vastgoed. Met zijn hoogwaardige semipermanente gebouwen wil het scoren op de Olympische Spelen in Londen. In ons land zijn de gebouwen van Neptunus misschien een oplossing voor het scholentekort.

Op 28 december 2009 vernielde een zware brand het shoppingcenter van Stein, een grensgemeente in Nederlands Limburg. Veertig winkels, goed voor ongeveer 9000 m2 winkelruimte, gingen in de vlammen op. Acht maanden later is het groot feest in de kleine gemeente. Reden voor de feestelijkheden: de opening van het nieuwe winkelcentrum. Met 31 winkels en 7600 m2 is het volgens de lokale pers het grootste tijdelijke winkelcentrum van Europa. Tijdelijk, want het is de bedoeling dat op de oude locatie een nieuw volwaardig shoppingcenter verrijst.

Voor dit huzarenstukje – het tijdelijke winkelcentrum oogt mooier dan heel wat Belgische permanente winkelcentra – tekende de Nederlandse firma Neptunus. In ons land is Neptunus vooral bekend als leverancier van tenten en accommodaties voor evenementen. “We concentreren ons op de topevenementen”, zegt Dorrie Eilers. Geen goedkope braderijtenten dus. Wel vip-lounges, cateringpaviljoens en promodorpen voor het F1-circus in Francorchamps, Antwerpen Proeft, Foire de Libramont of het paardensport- en society-event Waregem Koerse. Veldeman en het van oorsprong ook Nederlandse De Boer zijn de belangrijkste concurrenten van Neptunus op de Belgische markt.

Scoren in Londen

In het olympisch jaar 2012 wil Neptunus ook in Londen scoren. Het heeft contracten binnengehaald voor de bouw van tijdelijke sporthallen, restaurants en hospitalitypaviljoenen. “Voor de Olympische Spelen hebben we heel bewust gekozen voor semipermanentie constructies”, licht Dorrie Eilers toe. “De markt van tenten en accommodatie voor evenementen geraakt stilaan verzadigd. Met die semipermanente constructies kunnen we ons veel meer onderscheiden.”

Op de Nederlandse thuismarkt startte Neptunus al in 2003 met demontabel bouwen. Op het palmares staan tijdelijke supermarkten, magazijnen, conferentiezalen, showrooms, sporthallen en zelfs een crematorium. “Bij het semipermanent bouwen gebruiken we net iets andere materialen dan voor de evenementenconstructies”, duidt Eilers het verschil. “Bij een evenement moeten de wanden bijvoorbeeld wat makkelijker op te bouwen en af te breken zijn. Voor evenementen gebruiken we ook zeildoeken daken, terwijl we op een gebouw dat een jaar blijft staan een gewone vaste dakbeplating plaatsen.”

Een jaar is volgens Dorrie Eilers zowat de minimumtermijn voor een semipermanent bouwwerk. Sommige Neptunus-constructies zijn maar moeilijk te onderscheiden van normale gebouwen. Zouden ze dienst kunnen doen als permanent gebouw? “Eigenlijk wel”, antwoordt Dorrie Eilers. “Onze semipermanente gebouwen voldoen in Nederland aan alle eisen van het Bouwbesluit, de regelgeving waar permanente bouw moet aan voldoen.” Maar concurreren met de klassieke bouw- en vastgoedsector heeft pas zin als de bouwheer op zoek is naar een snelle en vooral flexibele oplossing, geeft Eilers toe. Voor de hand liggende voorbeelden zijn vervanggebouwen bij renovaties, brand of in afwachting van nieuwbouw, of extra ruimte om tijdelijke noden op te vangen. “Flexibiliteit houdt ook in dat je kan inspelen op wijzigende marktomstandigheden”, vult Eilers aan. “En welke ondernemer kan nog tien jaar vooruitkijken? In die zin zijn we soms toch wel concurrenten van de klassieke bouwbedrijven.”

De semipermanente bouw maakt Neptunus minder conjunctuurgevoelig. In de evenementenbusiness voelt het de crisis. “Niet dat we veel klanten zijn verloren”, zegt Eilers. “We werken meestal met langetermijncontracten zodat we voor een deel ingedekt zijn tegen economische schommelingen. Maar alle evenementorganisatoren zijn afhankelijk van sponsors. En dan merk je dat het in crisisjaren toch allemaal wat zuiniger moet: een kleinere tent, minder luxe…” Een ander voordeel van het nieuwe segment is dat het om recurrente inkomsten gaat. “We bouwen zo’n hal een keer op en dan blijft die jaren staan. Daarna hebben we er doorgaans weinig omkijken naar: we moeten uiteraard factureren en op het einde staan we in voor de afbouw. De evenementensector is veel arbeidsintensiever.”

In 2011 realiseerde Neptunus een omzet van 32 miljoen euro. Thuismarkt Nederland is goed voor een derde van dat bedrag. Tot op heden zorgt de evenementenactiviteit met een aandeel van 70 procent nog altijd voor het gros van de inkomsten. “Over vijf jaar, en ervan uitgaande dat evenemententak ook nog een lichte groei zal kennen, willen we de verhouding tussen de twee activiteiten op 50/50 brengen”, aldus Eilers.

Belgisch potentieel

De omzet voor Frankrijk en België klom van 5,4 miljoen in 2009 naar 7,1 miljoen in 2011. De Belgische vestiging, die vanuit Zonhoven al vijftien jaar wordt geleid door Dominic Scholart, heeft zeven mensen in dienst. In ons land realiseerde Neptunus nog maar enkele semipermanente constructies, onder meer voor een grote supermarktgroep. Maar met de investeringen en nieuwe concepten voor de Olympische Spelen voelt Neptunus zich sterk genoeg om ook buiten de thuismarkt het segment van demontabel bouwen aan te boren. En dan staat de Belgische markt bovenaan op de prioriteitenlijst. “Ik stel wel vast dat Belgische bedrijfsleiders hun bedrijfspand liever kopen dan huren”, zegt Dorrie Eilers. “Dat is een hindernis. In Nederland wordt zowat 90 procent van onze semipermanente gebouwen gehuurd.” Maar kopen kan ook, verzekert Dorrie Eilers. Voor bedrijven die een gebouw voor een middellangetermijn willen inzetten, is het wellicht zelfs financieel interessanter om te kopen. “Het omslagpunt ligt rond de vijf jaar.”

Een andere drempel bij de lancering van de semipermanente bouw is de onbekendheid met het concept. “Dat klopt”, geeft Eilers toe. “Dat was in Nederland ook de grootse hindernis. Maar als we potentiële klanten zover krijgen om een realisatie te bezichtigen, dan krijgen we negen op de tien keer een ‘wow’ te horen.” Helemaal onbekend is het concept in België niet, want de concurrenten in de tentenbranche Veldeman en De Boer bieden in ons land ook oplossingen aan in semipermanente bouw, weliswaar met andere producten. Net zoals Jan Snel, een Nederlandse specialist in flexibel bouwen. En ook de unitbouwers Algeco en De Meeuw richten hun pijlen op de markt van de tijdelijke huisvesting.

Specifiek voor de Belgische en ook de Franse markt, ziet Dorrie Eilers veel mogelijkheden voor tijdelijke schoolgebouwen. “We experimenten op onze terreinen met een proefopstelling om typen wanden te testen, want voor klaslokalen moeten die geluidsdicht zijn.” Met een grote stock aan verouderde kantoren in Brussel en Antwerpen zijn tijdelijke kantoorgebouwen ook een mogelijkheid die Neptunus wil bestuderen. Eilers: “We kunnen kantoren opleveren met alles erop en eraan: klimaatbeheersing, sanitair, keukentjes…. Het enige wat de klant moet hebben, is een terrein. In een stad als Brussel is dat niet vanzelfsprekend.”

Met drie van de derde generatie

Dit jaar viert Neptunus zijn 75-jarige jubileum. Anton Eilers vond in 1937 op het strand een aangespoelde kist met een tent erin. Die werd later verhuurd voor tuinfeesten en Anton Eilers vernoemde zijn bedrijfje naar de drietand van Neptunus die op het deksel van de kist stond. In 1970 nam zoon Hans het bedrijf over. In 1979 opende Neptunus het kantoor in Zonhoven, de eerste buitenlandse vestiging. Vandaag is het bedrijf actief in zeven landen en heeft het ook een productievestiging in Polen. Er werken 200 mensen voor Neptunus.

Sinds 2000 heeft de derde generatie het roer overgenomen. Dorrie Eilers is verantwoordelijk voor het commerciële beleid. Broer Antoine leidt de O&O-afdeling en zus Betty heeft de logistiek en personeelszaken onder haar hoede. Met zijn drieën leiden ze het bedrijf. Over de boutade dat de derde generatie het opbouwwerk van de eerste twee generaties verknoeit, maakt Dorrie Eilers zich geen zorgen. “We komen uit hetzelfde nest en delen dezelfde waarden. Daardoor zitten we meestal op dezelfde lijn. De volgende generatie zal het moeilijker hebben, want dat zijn neven en nichten. Er werkt nu nog niemand van onze kinderen in het bedrijf – de oudste is nog maar dertien – maar het leek ons toch nuttig om nu al een charter voor de intrede van de volgende generatie te regelen. Nu kijken we er nog allemaal heel neutraal tegenaan.”

LAURENZ VERLEDENS

“We kunnen kantoren opleveren met alles erop en eraan: klimaatbeheersing, sanitair, keukentjes… Het enige wat de klant moet hebben, is een terrein”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content