Opletten voor owngoals

Stijn Fockedey
Stijn Fockedey Hoofdredacteur a.i.

Zenders en operatoren blijven recordbedragen neertellen voor uitzendrechten van voetbal en andere populaire sporten. De keuze voor de hoogste bieder is evenwel niet altijd de beste optie.

Binnenkort gaat in de Verenigde Staten de NFL, de belangrijkste American Football-competitie weer van start. Met een deal van zowat 1,5 miljard euro per seizoen is het de grootste slokop van uitzendrechten in de VS. “Toch valt dat mee. In de VS wordt de prijs van de individuele deals gedrukt omdat er veel populaire sporten zijn”, zegt Tom Evens, onderzoeker aan Universiteit Gent. Samen met twee buitenlandse collega’s brengt Evens deze week het boek The Political Economy of Television Sports Rights uit, dat de uitzendrechten voor sportmanifestaties in kaart brengt. “In grote delen van de wereld is er geen enkele sporttak die tegen voetbal op kan. Daarom worden voor voetbalcompetities, en zeker voor exclusieve rechten, erg hoge bedragen neergeteld.”

De Britse eersteklasseclubs krijgen de komende drie seizoenen 3,5 miljard euro. Twintig jaar geleden was dat nog 100 miljoen. De grote verantwoordelijke voor die explosie is Rupert Murdoch. “Sport is de beste stormram om betaaltelevisie in de markt te zetten.” Murdoch is de eigenaar van BSkyB, een telecomoperator en aanbieder van betaalkanalen, en was daarom zo gebrand op exclusieve uitzendrechten.

“De opkomst van nieuwe platformen is de motor achter de hausse”, zegt Evens. “De contracten zijn fors gestegen na de doorbraak van commerciële zenders en bij de overgang naar digitale televisie. Het is evenwel niet zeker of die hausse een vervolg krijgt door de opkomst van mobiel tv-kijken. Daardoor blijven de bedragen daarvoor vooralsnog erg bescheiden.”

Aan die dure exclusiviteitscontracten hangen ook gevaren. De vraag is of zenders en operatoren hun investeringen nog voldoende kunnen recupereren. De investeringen in content en zeker de sportrechten hebben de telecomfactuur bijvoorbeeld in de VS al gevoelig de hoogte in gejaagd. Daardoor zegt een groeiend aantal gezinnen er zijn tv-abonnement op. En daar worden de kosten voor sport dan nog deels gedragen door adverteerders. “Dankzij de grotere markt speelt er een pak meer schaalvoordelen”, vertelt Evens. “Bovendien hebben de populaire Amerikaanse sporten, in tegenstelling tot voetbal, erg veel onderbrekingen. Die zijn eigenlijk gemaakt om reclame uit te zenden. Daardoor zit liveverslaggeving er minder op betaalkanalen. In Europa is voetbal juist erg afhankelijk van betaaltelevisie. De Europese markt is erg versnipperd. Er moet meer geld rechtstreeks van de kijkers komen.”

De eigenaars van betaalzenders overschatten vaak de inkomsten en gaan soms zelfs failliet omdat ze hun verplichtingen niet kunnen nakomen, zoals in Duitsland in 2002. Een ander risico is het verminderde bereik van de sport. Het Britse rugby kreeg in de jaren negentig een ferme knauw. Na een riant bod verhuisde de verslaggeving naar een betaalkanaal, maar daar zakten de kijkcijfers ineen. Het contract werd fors verlaagd. Bovendien was de algemene populariteit van de sport ook gedaald. “Bij exclusieve contracten is er altijd een gevaar dat door het verminderde bereik andere inkomsten zoals bijvoorbeeld sponsoring of ticketverkoop worden aangetast.”

STIJN FOCKEDEY

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content