Op jacht

De onverzadigbare honger van Aziatische consumenten naar westerse merken brengt Aziatische bedrijven in de verleiding om er enkele van te kopen. Of om zelf merkproducten te ontwerpen.

Singapore, Hongkong.

Wie langs Orchard Road kuiert, Singapores belangrijkste winkelstraat, wordt door merken overspoeld : Gucci, Louis Vuitton, Gianni Versace, Calvin Klein, Rolex, Cartier, Christian Dior enzovoort. Die kakofonie van merken vormt al sinds lang een vertrouwd beeld in Japan. De vastberadenheid waarmee de ontluikende middenklasse in de regio van plan is om de juiste kleren te dragen en op de gepaste plaatsen te eten, zet zich ook door in andere Aziatische landen dan de traditionele winkelparadijzen als Singapore en Hongkong.

Azië is de snelst groeiende markt voor de meeste westerse topmerken geworden. In de luxegoederen- en modewereld wordt aangenomen dat ongeveer een derde van de verkoop naar Azië gaat (Japan inbegrepen). Sommige kleinhandelaars voorspellen dat Azië binnen tien jaar de helft van de wereldmarkt in luxegoederen voor zijn rekening zal nemen.

Tegen die tijd zijn vele Aziaten misschien al eigenaar van de merken die ze nu begeren. De klein- en groothandelaars in de regio worden machtige internationale groepen, die de westerse merken die ze vertegenwoordigen in de hele regio willen verkopen. Vele handelaars willen ook eigen producten ontwerpen voor de door hen verdeelde merken. Daardoor hebben sommige Aziatische groepen belangen in buitenlandse merken verworven, of hebben ze die gewoon helemaal overgenomen.

Neem het voorbeeld van Ong Beng Seng, een publiciteitsschuwe Singaporees die aan het hoofd staat van Hotel Properties, een grote vermogensgroep. Samen met zijn vrouw Christina is Ong bezig met de samenstelling van een ontzagwekkende portefeuille kledings- en voedingsmerken. Ze vertegenwoordigen meer dan veertig van de grootste Amerikaanse en Europese merken niet alleen in Azië, maar ook in Australië en Groot-Brittannië. Zo hebben de Ongs vorig jaar een joint venture gevormd met DKNY, een modemerk dat is opgericht door de New Yorkse Donna Karan (de Ongs zouden een meerderheid van het kapitaal van DKNY hebben). Het samenwerkingsverband zal een reeks boetieks oprichten in Japan en andere delen van Azië.

Ong bezit ook 10 % in de keten Planet Hollywood-restaurants en 50 % in de voornaamste franchisehouder van de keten in de regio Azië-Stille Oceaan, het Midden-Oosten en Zuid-Afrika. Ong is in Singapore en Hongkong ook partner in het Hard Rock Café en in Häagen-Dazs-roomijs.

Ook andere Singaporezen zijn op merkenjacht. The Hour Glass, een kleinhandelaar in horloges die op de effectenbeurs van Singapore genoteerd staat, heeft onlangs meerderheidsparticipaties in twee van Zwitserlands meest exclusieve horlogemakers gekocht, Daniel Roth en Gerald Genta. Die twee bedrijven produceren horloges waarvan de prijs van 3000 tot 2 miljoen dollar varieert.

Ook in Hongkong vind je heel wat merkenmagnaten terug. Joyce Ma, die Joyce Boutiques heeft opgericht, is één van ‘s werelds grootste inkopers van haute-couturekledij. Haar bedrijf opent overal in Zuidoost-Azië winkels en restaurants.

In januari kocht YGM Trading, een kleinhandelaar uit Hongkong die buitenlandse merken als Valentino, Daniel Hechter en Pierre Cardin vertegenwoordigt, Hang Ten op, een Amerikaans merk vrijetijdskleding.

Dickson Poon, stichter van Dickson Concepts, een groot- en kleinhandel uit Hongkong die is overgestapt op de overname van warenhuizen, kocht in juni de Seibu-warenhuizen in Hongkong en Szenzhen (China) van hun Japanse eigenaars. Vijf jaar geleden kocht hij Harvey Nichols, een modieus Brits warenhuis. Nu heeft hij zijn oog laten vallen op Barney’s, het New Yorkse equivalent van Harvey Nichols.

EIGEN ONTWERPEN.

Het Signaporese F.J. Benjamin Holdings wil nu ook de rechten verwerven om eigen producten te ontwerpen en die te verdelen onder de merknamen die het vertegenwoordigt. Bijvoorbeeld lederen goederen voor Guess ? en Bill Blass, twee Amerikaanse designer-labels. De groep wil ook twee eigen modemerken ontwerpen, Rachel B en Benelli.

Ook in Hongkong proberen de kleinhandelaars plaatselijke modemerken te ontwikkelen, vaak voor de middenklasse en met westers klinkende namen. Het in Hongkong gevestigde Giordano bezit een succesrijke keten winkels die het eigen merk goedkope vrijetijdskleding over heel Azië verkoopt.

Kan Azië zijn eigen grote modemerken ontwikkelen ? De Japanners zijn erin geslaagd merken te ontwikkelen voor allerlei technologische producten. Een aantal Japanse modemerken genieten wereldwijde bekendheid : Kenzo is er één van, maar dat werd in 1993 overgenomen door LVMH, een Franse luxegoederen-groep.

Vele Aziatische bedrijven kunnen streven naar technische perfectie in een combinatie met lage kosten. Maar hoe kunnen ze het magische elixir toevoegen dat van een goed product een wereldwijd bekend merk maakt ? Misschien slaagt David Tang erin. Hij behoort tot de beau-monde van Hongkong en probeert een Chinees merk voor de betere inkomensklasse te ontwikkelen. Twee jaar geleden is hij in Hongkong de Shanghai Tang-winkel begonnen, waar hij traditionele Chinese kleren en accessoires verkoopt. Velen moeten lachen om zijn plannen winkels te openen in Londen, Parijs en New York, maar anderen zijn minder sceptisch : de Zuid-Afrikaanse Rembrandt-groep, die al eigenaar is van merken als Cartier, Dunhill en Mont Blanc, heeft vorig jaar aardig wat belangen in Shanghai Tang verworven.

T.E.

VUITTON IN HONGKONG Azië neemt al een derde van verkoop van luxegoederen voor zich.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content