‘Er moet één Europese arbeidsmarkt komen’

Alain Mouton
Alain Mouton Redacteur bij Trends

Het legioen jonge werklozen in Zuid-Europa is nog niet definitief verloren voor de arbeidsmarkt. Maar naast een muntunie heeft de eurozone nu wel een geïntegreerde arbeidsmarkt nodig, zegt Hans Leentjes, topman Noord-Europa van de humanresourcesgroep Manpower.

We ontmoeten Hans Leentjes tijdens het internationaal CIETT-congres in Brussel. CIETT is de internationale confederatie van private tewerkstellingsagentschappen en groepeert wereldwijd een vijftigtal federaties, waaronder Federgon in België. De Nederlander Leentjes kent als topman van ManpowerGroup de Europese arbeidsmarkt op zijn duimpje. Het Amerikaanse concern vormt met Randstad en Adecco de top drie van grootste uitzendbedrijven en humanresourcesdienstenverleners. Vorig jaar haalde ManpowerGroup een omzet van 20,3 miljard dollar (14,92 miljard euro), een daling van 2 procent. Maar de nettowinst verbeterde wel met 46 procent tot 288 miljoen dollar (211 miljoen euro). Vooral het laatste kwartaal van 2013 was beter. Een bewijs dat de jobmarkt de financiële crisis en de eurocrisis uitgezweet heeft? Hans Leentjes is voorzichtig. Hij volgt met grote bezorgdheid de evoluties op de arbeidsmarkt. De meest recente cijfers leren dat 25,47 miljoen Europeanen zonder werk zitten. In de eurozone zijn er dat 18,75 miljoen of 11,7 procent. In de eurozone loopt de jongerenwerkloosheid nog altijd op tot 23,5 procent.

Is de hoge werkloosheid in een aantal landen nog altijd het gevolg van de crisis van 2008?

HANS LEENTJES. “Die is verre van uitgezweet, net als de impact van de eurocrisis. De jeugdwerkloosheid blijft het grootste probleem. De situatie is zeer ernstig in Spanje en Griekenland, waar de helft van de jongeren geen werk heeft. Ook Italië en Portgugal blijven het met 35 procent slecht doen. Dat is gigantisch. België bevindt zich met 23,6 procent rond het gemiddelde. Maar vooral de kloof met andere landen valt mij op. In Duitsland en Noorwegen is de jeugdwerkloosheid lager dan 10 procent.”

Krijgen we in sommige landen een verloren generatie?

LEENTJES. “Ik ga er niet van uit. Het is nog niet te laat. In Spanje is de jeugdwerkloosheid inderdaad ongezien hoog, maar via familie en vrienden komen mensen tijdelijk aan het werk. Als de economie maar een klein beetje aantrekt dan zullen de bedrijven wel opnieuw aanwerven. En als humanresourcesspecialisten hebben wij ook een rol te spelen.”

Op welke manier?

LEENTJES. “Wij doen echt meer dan snel en goedkoop arbeidskrachten leveren voor bedrijven. We worden nog te veel gezien als cost cutters, terwijl we sterke job enablers zijn geworden in de hedendaagse wereld van werk. We hebben het imago niet mee. Tijdens de crisis werden we met de vinger gewezen als leverancier van goedkope, tijdelijke arbeidskrachten. Terwijl de harde cijfers aantonen dat de sector een motor is voor jobcreatie en inzetbaarheid. ManpowerGroup is wel degelijk het kruispunt waar we het juiste talent aan de juiste vraag koppelen, en oplossingen op maat bieden die inspelen op de veranderende arbeidsmarkt. En dat gaat veel verder dan flexibel inzetbare werkkrachten. Wij helpen mensen die hun plaats op de arbeidsmarkt nog zoeken. Uitzendbedrijven blijven het beste kanaal om mensen zonder ervaring aan een job helpen. Maar we kunnen niet alles oplossen. Natuurlijk blijft de werkloosheid algemeen zeer hoog, maar daar kunnen wij weinig aan doen. Economische groei moet gestimuleerd worden, en de overheden moeten daarvoor een goed economisch kader creëren.”

Hoe kan men de grote verschillen in werkloosheid tussen Noord- en Zuid-Europa wegwerken?

LEENTJES. “We moeten de Europese arbeidsmarkt als één markt zien. Noorwegen en Duitsland krijgen straks een nog groter tekort aan ingenieurs. Het is niet zo gemakkelijk om die uit Spanje of Griekenland te halen. Landen denken in hun arbeidsmarktbeleid zeer nationaal. De verschillende wetgevingen maken dat nog complexer. Een arbeidsmarkt moet nochtans één zijn als er één munt is. Je kan de barrières niet allemaal in een keer wegnemen, maar we moeten toch stappen in die richting kunnen doen. In sommige landen is het aanwerven van uitzendkrachten zeer streng, elders zijn er amper hinderpalen.”

Is meer arbeidsmobiliteit binnen de Europese ruimte wel mogelijk?

LEENTJES. “Landen, of meer specifiek steden, kunnen daaraan meehelpen. Zorg voor uitdagende werkomstandigheden, zorg voor voldoende huisvesting en maak de rekrutering gemakkelijker. Als je dat doet, kan je de concurrentie op de globale markt aan. Sommige steden zijn daar sterker in dan anderen. Sommige stadsbesturen willen graag een universiteit met naambekendheid. Dat trekt buitenlands talent aan dat zo’n stad goed kan gebruiken.”

Geef eens een voorbeeld van zo’n stad?

LEENTJES. “Dicht bij huis is dat Amsterdam. De burgemeester heeft gezegd dat zijn stad moet uitgroeien tot een van de belangrijkste van Europa, en dan moet je talent aantrekken. Londen blijft inzetten op financiële profielen. Die steden kijken niet enkel naar het aantrekken van bepaalde bedrijven of investeringen, maar zijn ook specifiek op zoek naar mensen.”

Worden de arbeidsmarktregels verder versoepeld onder druk van de Eu-ropese Commissie? Waardoor er één Europese arbeidsmarkt ontstaat?

LEENTJES. “Er is al veel veranderd. Maar in een aantal landen zie ik een tendens om de arbeidsmarkt minder flexibel te maken.”

Waar?

LEENTJES. “Opvallend genoeg in Duitsland. Daar blijft de vaste baan de norm. In Nederland zijn er partijen die in de richting van een stringentere arbeidsmarkt willen gaan, al zie ik dat met de huidige liberaal-socialistische regering niet direct gebeuren. Frankrijk heeft dan weer nog maar weinig maatregelen genomen om de arbeidsmarkt flexibeler te maken door tijdelijke banen te promoten en het ontslagrecht te hervormen. En dat is toch een van de grootste jobmarkten van Europa.

“Dat is voor Europa een probleem. De wereld wordt almaar kleiner. Als je wil concurreren, heb je een aantrekkelijke arbeidsmarkt nodig. Talent wordt schaars. Concurreren betekent niet dat je moet inzetten op de laagste lonen. Ik wil helemaal geen race to the bottom. Maar de hinderpalen voor een flexibele markt moeten worden weggewerkt, wat betekent dat je van een baangarantie naar werkgarantie moet. De tijd is voorbij dat je heel je carrière voor hetzelfde bedrijf werkt. Meer employability betekent dat je zal merken dat de mensen hun weg op de arbeidsmarkt zelf vinden, met de steun van bedrijven als Manpower.”

Hoe wil Manpower dat doen?

LEENTJES. “ManpowerGroup werkt in tal van landen met verschillende merken. Eén ervan is Experis dat bedrijven en bijzonder talent samenbrengt. Dat doet het met een totaalpakket van diensten: rekrutering en selectie, contracting en tijdelijke oplossingen en carrièrecoaching. We beperken ons hier wel tot toptalent in IT, finance en engineering, en dat zowel voor tijdelijke als voor vaste jobs.”

Bedrijven vragen flexibele werkkrachten. Maar zijn er ook meer mensen die zich aanbieden voor een flexibele job?

LEENTJES. “Absoluut. De nieuwe generatie vindt het leuk om meerdere banen tegelijk te hebben. Niet per se uit noodzaak. Mensen veranderen hier sneller van job, al is de situatie nog niet zoals in de VS waar afgestudeerden de eerste twee jaar op de arbeidsmarkt al twaalf banen hebben gehad. En zelfs drie of vier banen naast elkaar. Dat zijn werknemers die gaan voor een werkgarantie, al zijn die moeilijker te vinden.”

ALAIN MOUTON

“In Duitsland blijft de vaste baan opvallend genoeg de norm”

“De hinderpalen voor een flexibele markt moeten worden weggewerkt, wat betekent dat je van een baangarantie naar werkgarantie moet”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content