De Netmanie

Robert Van Apeldoorn redacteur Trends-Tendances

Het telefoonnet is dood. Leve de steeds verder uitdijende alternatieve netwerken.

De GSM is het meest zichtbare symbool van de explosie in telecomdiensten. Maar een mobilofoontoestel is slechts het topje van de ijsberg. Het grootste vernuft van de nieuwe telecomtechnologieën bevindt zich op de netwerken zowel vaste als draadloze die steeds krachtiger worden. Uw telefoonlijn is een netwerk, maar ook uw dataverbindingen met hoge transmissiesnelheid op het kantoor. Bedrijven, groot en klein, willen hun lokale netwerken onderling verbinden en zo de beste resultaten bereiken. De komst van de multimedia die tekst, beeld en geluid integreren hebben die prestatiewedloop alleen maar verder gestimuleerd. Ook in België, waar alles wat met datatransmissie te maken heeft open staat voor concurrentie.

Telefoon

Wijdverspreid maar zwak

Dat is de basisuitrusting die alle particulieren goed kennen. De telecommunicatiespecialisten praten over de “commutatielijn”, omdat die lijn naar een telefooncentrale loopt en een voorlopig circuit ( commutatie) met een gesprekspartner tot stand brengt, om het even waar ter wereld. De huurlijn is een stapje verder : die vormt een permanente verbinding tussen twee vaste punten.

De telefoonlijn heeft verschillende kenmerken. Het tarief voor het gebruik van deze lijn hangt af van de duur van het gesprek en de afstand. Technologisch gezien is de telefoonlijn een zwakke schakel omdat ze analoog en dus niet digitaal is iets wat het GSM-net wel is. Het is bijgevolg ook moeilijker om de kwaliteit op een constant niveau te houden.

Bij spraaktransmissie stelt dat geen al te grote problemen, maar bij datatransmissie liggen de zaken anders. Het digitale signaal dat vanuit een computer vertrekt, moet worden omgezet ( gemoduleerd) om via de modem en telefoonlijn te worden overgebracht. Belgacom stelt zich wel borg voor spraaktransmissie, maar niet voor datatransmissie. Een normale telefoonlijn kan aan 28.800 bits per seconde werken, maar dat is dan ook het maximum. Voor een digitale centrale adviseert Belgacom 14.400 bits/seconde, voor alle andere centrales 2400. En de eerste snelheid is de minimumsnelheid om Internet te kunnen consulteren.

In de toekomst zou de telefoonlijn door een vaste of draadloze verbinding, of door een digitale verbinding ISDN kunnen worden vervangen. En de compressietechnieken zouden de telefoonlijnen kunnen opwaarderen. Belgacom heeft bijvoorbeeld een proefproject, Tectris, lopen om het verzenden van films via de ADSL-compressietechniek te testen. Hiermee kan met een snelheid van minstens 2 megabits/seconde (of 100 keer sneller dan een doorsnee-modem), worden gecommuniceerd.

Voordelen : universele beschikbaarheid, goedkope terminals.

Minpunten : beperkte prestatie voor datatransmissie, zwakke prestaties voor Internet.

Cellulaire netwerken

Het mobiele alternatief

GSM en zijn analoge voorloper (die nog altijd operatief is in België) zijn perfect geschikt voor spraaktransmissie. Met de GSM is bovendien ook datatransmissie vanop een pc, die met een ad hoc-kaart is uitgerust, mogelijk. De eerder lage snelheid bedraagt 9,6 Kbits/seconde, wat kan worden gebruikt voor e-mail en fax. RAM Mobile Data stelt daarentegen een draadloos netwerk ter beschikking dat uitsluitend voor datatransmissie zou worden gebruikt en een snelheid van 8 Kbits/seconde haalt.

ÞABLÞVoordelen : draadloos middel voor bureauticatoepassingenþNadelen : beperkte prestatieþ þ

ISDN

De toekomst van de telefoon

Het Integrated Services Digital Network ( ISDN) zet zijn opmars verder. Het is de toekomst van de telefoonlijn. Daar dit netwerk kan functioneren via de koperdraad in onze telefoonlijn, is het in principe voor iedereen toegankelijk : van de grote bedrijven tot kmo’s en particulieren. Momenteel worden niet al zijn mogelijkheden door de gebruiker benut.

Zoals zijn naam al aangeeft, brengt ISDN het digitale signaal tot bij de abonnee, die steeds twee lijnen, de zogenaamde “B-kanalen”, ontvangt. Die kanalen kunnen zowel voor spraak- als voor datatransmissie dienen. In het laatste geval wordt een snelheid van 64 Kbits/seconde gegarandeerd, dat is 4 keer meer dan de snelheid die voor analoge telefoonlijnen wordt aanbevolen.

Een derde lijn, het “D-kanaal”, dient voor de signalisatie m.a.w. voor de transmissie van informatie die noodzakelijk is om de communicatie tot stand te brengen. Wanneer we een telefoonnummer vormen, wordt het signaal via het kanaal D verstuurd en de gebruiker hoort niets van het verzenden van deze signalen. Door het gebruik van dit kanaal wordt het mogelijk om de techniek van de caller ID of oproeperidentificatie te gebruiken.

Veel gebruikers maken momenteel gebruik van het ISDN-netwerk zónder het te weten. De binnenhuistelefooncentrales van bedrijven, de zgn. PABX‘en, zijn bijna allemaal digitale centrales die door ISDN-lijnen worden gevoed. Om tot bij de telefoontoestellen te komen, wordt het signaal ofwel omgezet in een analoog signaal, ofwel behoudt het zijn digitale vorm en wordt het naar aangepaste toestellen toegestuurd.

De meeste ISDN-lijnen worden samen met nieuwe PABX-centrales verkocht door bedrijven als Alcatel, Ericsson, Siemens of Ascom Hasler, of ze worden verkocht aan gebruikers van huurlijnen die graag een reserve voor piekmomenten hebben of die een veiligheidslijn als back-up verkiezen. De afzetmarkt voor ISDN blijft groot. Met de steun van zijn strategische partner Ameritech bereidt Belgacom nu een marketingoffensief voor dat zich tot de kmo’s en vrije beroepen richt.

De schuchterheid van Belgacom, die door de andere Europese operatoren wordt gedeeld, kan meer in het bijzonder worden verklaard door de vrees om huurlijnen en het (hierna beschreven) X.25-netwerk te beconcurreren. In december ’95 telde België om en bij de 30.000 ISDN-basisaansluitingen.

De explosie van Internet kan ISDN een enorme duw in de rug geven. Dit netwerk biedt immers een communicatiecomfort dat zonder de hoge vaste kosten van een huurlijn niet met telefoonlijnen kan worden bereikt.

Voordelen : in alle opzichten een uitstekende capaciteit, spraak- en datatransmissie. Ideaal middel om Internet te raadplegen.

Nadelen : maakt nieuwe terminals noodzakelijk (telefoontoestel, ISDN-kaart voor pc,… ) of vereist op zijn minst een digitaal/analoge adapter die het mogelijk maakt om de bestaande apparatuur nog verder te kunnen gebruiken.

Huurlijnen

Vaste verbindingen en vaste kosten

Een huurlijn is een alternatief voor een traditionele commutatielijn en is trouwens ook efficiënter voor het transport van gegevens. Haar belangrijkste kenmerk is haar permanente aard : het is een open lijn tussen twee punten. Er is geen commutatie. Er wordt een maandtarief aangerekend en de huurprijs hangt af van de afstand en de prestatie van de lijn. De gebruikers hebben de keuze tussen analoge en digitale lijnen. Deze laatste zijn beschikbaar in variaties tussen 64 Kbits en 2 megabits per seconde.

Waarom een huurlijn ? Voor spraaktransmissie kan de keuze van deze lijn worden gerechtvaardigd wanneer een telefoonverbinding tussen twee vestigingen van een bedrijf of een organisatie intens wordt gebruikt. “Als een lijn tussen twee vaste punten dagelijks meer dan 3 à 4 uur wordt gebruikt dan is een huurlijn boven een commutatielijn te verkiezen”, legt Thierry Peeters, marketing director van de afdeling Corporate Customers van Belgacom uit.

Voor datatransmissie biedt de huurlijn, die trouwens stelselmatig goedkoper wordt, zeer goed aangepaste prestaties. Banken maken bijvoorbeeld massaal gebruik van huurlijnen voor de verbindingen tussen de zetels en hun agentschappen. De huurlijn is ook het transportmiddel voor de concurrenten van Belgacom (zie artikel “Onvoltooide symfonie”, blz. 58). BT of France Télécom zijn grote verhuurders van lijnen. Zij bieden hun klanten een verlaagd tarief aan voor internationale verbindingen. Dit verkeer gaat dan, via een huurlijn, van de zetel van het bedrijf naar het land van de operator.

De digitale huurlijnen die nog altijd in de minderheid zijn worden momenteel gecommercialiseerd aan een tarief dat weinig gebruikers van analoge lijnen er toe aanzet om te veranderen. Die tarieven zullen zeer binnenkort worden herzien zodat het gebruik van digitale lijnen weer aantrekkelijker wordt. Daarenboven heeft Belgacom net BINOC, een beheerssysteem voor netwerken, dat de follow-up van alarmeringen op huurlijnen verbetert, ingevoerd.

Voordelen : goedkoper bij intensief gebruik

Nadelen : Belgacom heeft tijd nodig om de huurlijnen te installeren. De digitale lijnen vallen voorlopig nog te duur uit.

X.25

Beproefd maar langzaam

Deze ietwat mysterieuze naam verwijst naar één van de oudste standaarden voor het exclusief verzenden van gegevens tussen een computer en een netwerk daterend uit 1976. Die standaard wordt toegepast op huurlijnen of op een openbaar net DCS in België, Transpac in Frankrijk. Het alom verspreide systeem verdeelt het bericht in pakketten ( packet-switching) met een variabele lengte die elk hun adres van bestemming hebben. X.25-lijnen bieden meestal een snelheid van 64 Kbits/seconde, maar kunnen tot 2 megabits/seconde gaan.

In werkelijkheid ligt de “netto”-snelheid een stukje lager omdat een deel van de transmissie wordt gebruikt voor besturings- en controlecodes. Dit systeem, dat optimaal was toen nog grote systemen met niet-intelligente terminals moesten worden verbonden, is overbodig wanneer het gaat om verbindingen tussen lokale bedrijfsnetwerken ( LAN, Local Area Networks) waarop een hele verzameling pc’s of servers is aangesloten. LAN-netwerken hebben zelf een controlesysteem voor de transmissie, zodat de X.25 hier twee keer hetzelfde werk doet.

Zolang het gaat om transactionele, herhaalde operaties met weinig gegevens geïnformatiseerd voor het opvragen van geld aan bankautomaten is de X.25 perfect. Maar voor bureauticatoepassingen, waar zeer uiteenlopende operaties mee gemoeid zijn, lijkt de standaard toch wel voorbijgestreefd.

Toch biedt dit protocol nog een enorme markt, die voor de nationale operator ongeveer 1,5 miljard frank vertegenwoordigt. Tot juni vorig jaar had Belgacom in België niets anders te bieden. Toen werd een service opengesteld die beter aangepast is aan de communicatie tussen lokale netwerken : Bilan.

Voordelen : wijd verspreid en zeer krachtig

Nadelen : zwakke prestaties, vooral voor bureauticatoepassingen, beperkt gebruik voor gegevens.

Frame Relay

Lokale netwerken verbinden

De techniek van Frame Relay (of rasterrelais) is eigenlijk een verdere perfectionering van de X.25 waarbij de besturings- en controlecodes werden weggenomen of minder omvangrijk gemaakt. Zo kan de communicatiesnelheid hier tot 45 megabits/seconde worden opgevoerd. De exploitatiesnelheid ligt eerder rond de 2 megabits/seconde. Frame Relay is uitstekend geschikt om verschillende lokale netwerken (LAN) op nationaal of internationaal vlak met elkaar te verbinden. Dit geldt zowel voor de huur- als voor de netlijnen. In België is deze techniek vooral interessant voor internationale verbindingen.

Deze dienst is in de VS sterk uitgebouwd en wordt in België met name door France Télécom en BT geleverd, die de techniek vooral in internationale verbindingen inzetten. Eind deze maand zal hij ook bij Belgacom dat draalde om deze standaard in dienst te stellen worden gecommercialiseerd. De reden van deze vertraging is het feit dat men van oordeel is dat de vraag nog altijd té zwak is. Belgacom wordt er ook van verdacht dat het Frame Relay als een overgangstechniek heeft beschouwd en eerder verkoos om een stap verder te gaan met ATM dat een snelheid heeft van 144 megabits/seconde (en meer) haalt.

Met de lancering van de Bilan-service in juni van vorig jaar, heeft Belgacom deze indruk willen uitwissen en de vlucht van zijn klanten die werden weggelokt door concurrerende operatoren die Frame Relay wél gebruiken proberen te stoppen. Momenteel gaat het aangeboden gamma tot 512 Kbits/seconde, maar met de uitrusting van Belgacom kunnen topsnelheden van 2 megabits/seconde worden gehaald. In de toekomst zal deze techniek ook voor spraaktransmissie kunnen worden gebruikt.

Voordelen : goede techniek om ver uit elkaar gelegen lokale netwerken te verbinden (LAN-to-LAN voor de specialisten), sneller dan de X.25.

Nadelen : nog maar heel recente beschikbaarheid

ATM

De multimediasnelweg

De Asynchronous Transfer Mode ( ATM) is “de Graal van de telecommunicatie”, het nec plus ultra die de echte informatiesnelwegen zal ondersteunen. Het systeem is ook geschikt als breedband-ISDN. Deze techniek is voorlopig nog maar in beperkte mate beschikbaar, weinig gestandaardiseerd maar biedt wel een interessant vooruitzicht. Zijn snelheid ligt hoger dan die van de bestaande netwerken : 155 megabits per seconde of zelfs nog meer (tot 2,4 gigabits/seconde). Hiermee is niet alleen spraak- en datatransmissie mogelijk, maar ook de verzending van bewegende of high definition-beelden. Dit is hét basisinstrument voor elk project rond video on demand (film op aanvraag).

De laatste twee beschreven standaarden gebruiken het principe van de onderverdeling van het signaal in pakketten die hier “cellen” worden genoemd. Maar de grote stap vooruit is hun vaste capaciteit : 53 bytes, waarvan 48 voor de gegevens en 5 voor het adres (de bestemming). De doorgang is dus kort en kan worden voorzien, zodat een telefoongesprek mogelijk is.

Ander verschil : de gegevens worden alnaargelang van hun aard in parallel met verschillende snelheden verstuurd. Spraak aan 64 kilobits/seconde, beelden aan meer dan 2 megabits/seconde. In elk geval wordt naargelang van de specifieke prestaties van het soort gegevens dat moet worden vervoerd, een virtueel circuit gecreëerd.

Ander pluspunt : ATM is het eerste telecommunicatieprotocol dat ook op lokale netwerken, zelfs tot op iemands bureau, kan functioneren. ATM opent ook de deur voor nieuwe toepassingen. In de medische wereld zou het bijvoorbeeld hét transportmiddel kunnen worden voor medische beeldvorming (scanner, beelden van een operatie).

“We willen met ATM meer pro-actief optreden,” benadrukt Thierry Peeters (Belgacom). In plaats van af te wachten tot er een sterke vraag is, belooft de nationale operator ditmaal om al wat meer te doen. “We gaan beginnen met de technologie zelf intern toe te passen door ze op de backbone-aansluitingen te plaatsen.” Het verkeer van Belgacom-klanten zal dus, zonder dat zij dat merken, gedeeltelijk via ATM gebeuren. Belgacom hoopt dat het systeem eind 1996 beschikbaar zal zijn. De operator werkt trouwens ook mee aan een ATM-pilootnetwerk op Europese leest. Momenteel spitst het ATM-aanbod zich vooral toe op lokale netwerken.

Voordelen : zeer grote capaciteit, identiek protocol voor alle punten.

Nadelen : problemen met standaardisatie. De migratie van ATM met alle bestaande technologieën vocale telefonie, datatransmissie lijkt moeilijker dan voorzien.

Robert van Apeldoorn

THIERRY PEETERS (BELGACOM) Onder impuls van de concurrentie haalt Belgacom zijn achterstand in datatransmissie in.

BINOC Verbetert de follow-up van huurlijnen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content