DE INSTELLINGEN. ZEVEN MACHTEN. Institutionele frenesie

In het pamflet “Onze eeuw in zicht” stellen de CVP-jongeren voor het demokratisch schema van drie gescheiden machten uit te breiden tot niet minder dan zeven. Naast de bestaande machten (regering, wetgevers en gerecht) zouden er vier nieuwe komen : de media, de ondernemingswereld, de drukkingsgroepen (het zogenaamde middenveld) en de kiezer zelf. Deze zeven grondwettelijke machten moeten dan institutioneel betrokken worden bij de besluitvorming.

Vooraleer het te hebben over de vier nieuwe machten, wil ik toch eerst een kanttekening plaatsen bij de drie bestaande. Het heeft mij altijd verwonderd dat deze drie groepen van instellingen, gescheiden en onderscheiden in de grondwet en met een eigen naam, toch samen aangeduid worden als “machten”. Zoals men weet, is macht een veel algemener verschijnsel in de menselijke samenleving : het strekt zich uit tot ver buiten deze instellingen en zelfs buiten de politiek, bijvoorbeeld over ekonomie en kultuur. De drie bestaande machten springen met macht om of manipuleren macht (althans hun deel daarvan), maar men weet of wist tenminste ongeveer waaraan zich te houden.

MEDIA.

De kracht van de “gevestigde” machten komt uit hun langdurig feitelijk bestaan, waarover nieuwe instellingen per definitie niet beschikken. Dit geldt bijvoorbeeld voor de op te richten orde van journalisten, waarmee de minister van Justitie onlangs voor de dag is gekomen. De orde van advokaten, de orde van geneesheren en nog een paar andere hebben hun nut bewezen maar kan een orde van journalisten enige orde brengen in een domein dat zo verward en omstreden is als de media ?

Op het lijstje van de zeven machten, voorgesteld door de CVP-jongeren, komen de media op de vierde plaats : onmiddellijk na de drie gevestigde machten. Niemand betwijfelt dat door of via de media macht wordt uitgeoefend, en de politici zullen de laatsten zijn om dat te weerleggen. Columnist J.A.A. Van Doorn schreef onlangs in De Haagse Post/De Tijd : “Er is een verschuiving van maatschappelijke macht van de politiek naar de media. ” Zijn stelling dat “politici en journalisten elkaars gevangenen zijn geworden” stemt tot nadenken, zoals overigens ook de bloemlezing (met een dertigtal medewerkers) die Le Monde Diplomatique onlangs aan de media heeft gewijd.

Hoe deze inderdaad reële vierde macht geïnstitutionalizeerd moet worden, dat zullen de CVP-jongeren daar evenmin als elders kunnen lezen. Het idee om een medium dat reeds in handen van de politieke overheid is (de BRTN) te depolitizeren en doelmatiger te maken door het in handen te geven van een “manager” is wel opgekomen bij een CVP-minister, maar verplaatst het feitelijk machtsaandeel van dit medium niet en camoufleert het niet eens.

GRENS.

Nummer vijf op het lijstje van de CVP-jongeren is de ondernemingswereld. Het gebruik van de term “wereld” is globalizerend, maar misschien toch niet breed genoeg voor een eenvoudige gelijkstelling met het begrip ekonomie. Op het ekonomisch terrein zijn immers behalve de eigenlijke ondernemingen ook staatsbedrijven werkzaam, die buiten de verbonden van ondernemingen staan. De verhouding van de politiek (de staat) tot de ekonomie is allicht het meest bestendige onderwerp van het politieke debat, en de regeling of institutionalizering van deze verhouding geeft een ongelooflijke diversiteit te zien.

Op het lijstje van de zeven machten kon de ondernemingswereld niet ontbreken, maar vooraleer te beginnen (of te herbeginnen) met institutionalizeren is de afbakening zelf van dit gebied reeds onbegonnen werk. Waar loopt inderdaad de grens tussen de ondernemingswereld en de zesde macht, de drukkingsgroepen of het middenveld ? Het op hun plaats houden van de drukkingsgroepen is een oud en zelfs afgezaagd tema van politieke hervormers allerhande.

Zoals hun naam zegt, oefenen drukkingsgroepen in dienst van afzonderlijke belangen druk uit op de staat, die in dienst zou moeten staan van het algemeen belang. De term “middenveld” heeft een meer positieve klank maar alles is middenveld en alles is drukkingsgroep ; dit behoort nu eenmaal tot de politiek zelf. Iedereen oefent volop druk uit op iedereen, met inbegrip van de drie eerbiedwaardige gevestigde machten en de vierde, vijfde en zesde macht die nog geïnstitutionalizeerd moeten worden.

CHAOS.

De zevende macht is de kiezer of de burger. Hij heeft eigenlijk voorrang op al de andere : de drie traditionele machten waren een schepping van de demokratie om hem, vooral dan als kiezer, het laatste woord te laten. De drie volgende machten (media, ondernemingswereld en drukkingsgroepen) moesten de bewegingsvrijheid van de burger dienen. Men zal het er wel over eens zijn dat “de macht”, de welbekende, het in deze tijd en in dit land gehaald heeft op alle geïnstitutionalizeerde machten en het ook zal halen op de nieuwe.

Men vraagt zich af wat voor deze zevende macht voorgesteld zal worden als bekroning van een denkwerk dat echter op zichzelf reeds revelerend is. Enkele tientallen jaren lang heeft in België een institutionele frenesie gewoed, die wel meestal aan het communautaire werd toegeschreven maar geenszins daartoe beperkt bleef. Nu zou men verwachten dat dit een einde heeft genomen, zoals overigens ook werd aangekondigd door de “machthebbers” (vooral met het oog op het communautaire).

Dit is echter niet het uitgangspunt van de CVP-jongeren : die komen voor de dag met een grootscheepse institutionalizering van de machten, zeven in getal. Dan moet men gaan scheiden en onderscheiden om orde in de chaos te brengen en de toenemende verstrengeling tegen te gaan. Er wordt steeds meer macht uitgeoefend, maar steeds slechter. De enige consensus is dat de macht van de macht toeneemt. Deze paradoks, hoe juist ook, levert evenwel geen politiek of institutioneel programma.

LODE CLAES

Lode Claes is voorzitter van de redaktie-adviesraad.

ESSAY

Lode Claes over de zeven grondwettelijke machten die de CVP-jongeren voorstellen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content