De Grote Schoonmaak

Jozef Vangelder
Jozef Vangelder redacteur bij Trends

China lijkt niet meer van plan om het even welk noodlijdend bedrijf overeind te houden met vers geld. De markt krijgt een grotere zeg in de kredietverstrekking. Volstaat dat om de schuldenzeepbel niet te doen barsten?

Opschudding begin deze maand in de financiële wereld. Chaori Solar Energy Science & Technology, een Chinese maker van zonnecellen, heeft geen geld om de coupon uit te betalen van een obligatie die het twee jaar geleden uitgaf. Een bedrijf in moeilijkheden in de zwaargeplaagde Chinese zonnepanelensector, het is niks nieuws. Dat de Chinese staat weigert om bij te springen, is wél nieuws. Twee maanden eerder waren de klanten van het beleggingsfonds China Credit Trust nog bij de gelukkigen geweest. Toen ze dreigden hun geld niet meer terug te zien, werden ze schadeloos gesteld door een niet-geïdentificeerde financier. Kort na Chaori was het de beurt aan Zhejiang Xingrun Real Estate Co. De lokale projectontwikkelaar uit het oosten van China kon een lening van 3,5 miljard yuan (408 miljoen euro) niet terugbetalen. De lokale overheid en schuldeisende banken waren begin deze week nog op zoek naar een oplossing. Maar ook hier blijkt de Chinese staat niet zomaar de morfinespuit boven te halen.

Want morfine maakt de patiënt niet beter. Het genezingsproces moet ergens beginnen. Jarenlang heeft China de groei opgepompt met artificieel goedkoop krediet. De gezamenlijke schuld van overheid, gezinnen en bedrijven is in China gezwollen tot meer dan 200 procent van het bbp. Als er niks gebeurt, wordt de schuldenberg in 2017 meer dan 270 procent van het bbp, zeggen de schattingen.

De cijfers zouden zo erg niet zijn, mocht het geld goed besteed zijn. Maar de niet-aflatende kredietstroom maakte productieve bestedingen almaar schaarser, zeggen economen. Massa’s geld gingen naar speculatief vastgoed, nutteloze infrastructuur en investeringen in de industrie, met zware overcapaciteit als gevolg. Het resultaat is een berg slechte kredieten, waarvan niemand de omvang echt kent.

Goed gekozen

Veel analisten roepen het financiële armageddon over China af. Wanbetalingen als die van Chaori en Zhejiang Xingrun dreigen een kettingreactie in gang te zetten. Ze kunnen het vertrouwen van geldschieters ondermijnen, zodat die weigeren krediet te verstrekken aan gezonde bedrijven. Dat leidt tot nog meer wanbetalingen. Als de ene partij het vertrouwen verliest van een andere, kan ze een derde in problemen brengen voor wier schulden ze garant stond.

De systeemrisico’s kunnen veel groter zijn dan de Chinese leiders denken, en opduiken in onverwachte hoeken van het financiële systeem, waarschuwen analisten. De fikse vertraging van de Chinese groei maakt het alleen maar erger. Die bestendigt de overcapaciteit en fnuikt de rendabiliteit van investeringen gebaseerd op eerdere en betere groeivooruitzichten. Het resultaat is een verdere escalatie van de wanbetalingen, en voortwoekerende kettingreacties.

Andere analisten denken dat de Chinese leiders goed weten wat ze doen. Niet toevallig viel het nieuws over Chaori en Zhejiang Xingrun zowat samen met de waarschuwing van premier Li Keqiang dat wanbetalingen onvermijdelijk worden. Het Centraal Comité van de Communistische Partij kondigde in november aan dat de staat zijn greep op de zwaar gereguleerde financiële sector zou loslaten. Dat voornemen voert de partijleiding nu planmatig en geleidelijk uit, klinkt het. Zorgvuldig uitgekozen wanbetalingen van relatief kleine spelers in hun sector, zoals Chaori en Zhejiang Xingrun, zijn een signaal voor de banken. Zij moeten leren de risico’s van een krediet juist in te schatten, net zoals dat gebeurt in een vrije markt.

Schaduwbanken

Maar wat met het schuldenprobleem? Zal de ontmijning ervan zonder accidenten verlopen? “Geen paniek”, zegt Chi Lo, econoom van de fondsbeheerder BNP Paribas Investment Partners in Hongkong. “Mocht het tot problemen komen, dan maken de kapitaalcontroles een massale geldvlucht onmogelijk. In China zal je geen instortende munt en omhoogschietende rentes zien. De overheid begint met de afbouw van haar impliciete garantstelling voor failliete bedrijven, maar houdt tegelijk de geldkraan achter de hand. Systeembedreigende faillissementen van staatsbedrijven, banken of grote privébedrijven kan ze vooralsnog niet toelaten. Daarvoor staan de economische hervormingen nog niet ver genoeg.”

Waarnemers wijzen op het gevaar van de schaduwbanken in China. De overheidsplafonds op depositorentes en de beperkingen op bankleningen dreven vele spaarders en bedrijven in de armen van een weinig gereguleerd circuit van informele geldschieters, microfinanciers, beleggingsfondsen en buitenbalansvehikels van reguliere banken. Daar krijgen spaarders een hogere rente. Bedrijven, te riskant bevonden door de klassieke banken, krijgen er krediet, vaak tegen forse tarieven.

“Volgens schattingen was schaduwbankieren vorig jaar goed voor 60 procent van het Chinese bbp”, zegt Chi Lo. “De voornaamste problemen zijn het gebrek aan transparantie en het groeitempo. Schaduwbanken kenden vooral sinds 2009 een fenomenale vlucht. Vandaag zouden ze al meer dan de helft van alle nieuwe kredieten in China verstrekken.”

De liberalisering van de reguliere banksector moet de schaduwbanken de wind uit de zeilen nemen. “Dat is maar de helft van het werk”, zegt Chi Lo. “China moet zijn schaduwbanken reguleren. In Europa of de VS zijn er net zo goed schaduwbanken, in de vorm van beleggingsfondsen, consumentenkredieten en andere diensten. Maar zij vormen geen bedreiging omdat ze onderworpen zijn aan regels.”

Financiële liberalisering zal de rentes hoger duwen, wat de groei zal afremmen. Als de jaarlijkse groei onder 7 procent zakt, is het mogelijk dat China hervalt in de oude gewoonte om met goedkoop geld de economie aan te wakkeren. Voor 2014 mikt de regering op 7,5 procent groei.

Tragere groei is niet de enige vijand van de hervormingen. “De weerstand zal vooral komen van de oude partijelite, die alle belang heeft bij het huidige systeem”, zegt Chi Lo. “Voor een structurele verandering van de economie zijn politieke hervormingen nodig, maar daarvoor heeft president Xi Jinping nog niet genoeg macht. Hij moet wachten tot 2018, als vijf van de zeven leden van China’s hoogste beslissingsorgaan, het permanent comité van het politbureau, moeten vertrekken. Als de president hen kan vervangen door hervormers, is er hoop.”

JOZEF VANGELDER

“De weerstand zal vooral komen van de oude partij-elite, die alle belang heeft bij het huidige systeem” Chi Lo, BNP Paribas Investment Partners in Hongkong

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content