Bedrijfje dek je

Ondernemingen hebben meer nodig dan alleen een brandverzekering.

Slechts weinig bedrijfsleiders dekken tegelijkertijd hun verantwoordelijkheid èn de eventuele bedrijfsschade. Een zware vergissing.

Een onderneming gaat heel wat verzekeringen aan. De meest gekende hebben uiteraard betrekking op alles wat van ver of nabij te maken heeft met de bescherming van het patrimonium. Dat is bijvoorbeeld zo voor de brandverzekering die het gebouw, het meubilair en het materieel dekt tegen brand en gelijkaardige risico’s (waterschade, glasbreuk, storm en hagel, diefstal…). Dat is eveneens zo voor de verzekering tegen schade aan bedrijfsmachines. Die polis dekt de schade aan de machines van een bedrijf (mechanische problemen, menselijke fout, storingen in de stroomtoevoer…).

Buitenkontraktuele aansprakelijkheid.

Maar er bestaan ook verzekeringen die de bedrijfsaktiviteiten zelf beschermen. De belangrijkste zijn de Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid (BA) Uitbating, de BA Na Levering, de BA voor de Schade aan de Toevertrouwde Voorwerpen en de Bedrijfsschadeverzekering. Laten we deze verzekeringen eens van naderbij bekijken.

Via de BA Uitbating stelt de verzekeraar derden schadeloos voor elke schade die hen is aangebracht tijdens de aktiviteiten van de verzekerde onderneming. Het kontrakt is van toepassing indien het slachtoffer bewijst dat er een fout werd begaan, dat er schade werd geleden en dat er tussen deze twee elementen een oorzakelijk verband is. De BA Uitbating is van toepassing op de burgerrechtelijke aansprakelijkheid buiten overeenkomst (buitenkontraktueel) en staat buiten elk kontraktueel verband tussen de verzekerde en de derde, die slachtoffer is van de geleden schade.

Het toepassingsgebied van het kontrakt is een belangrijk geval van uitsluiting voor dekking. Toch bestaan er gevallen waarin de BA Uitbating van toepassing is, zelfs in het kader van een kontraktueel verband. We geven een voorbeeld om dit te verduidelijken.

Stel : een onderneming reinigt de gevel van een gebouw met drie verdiepingen. De twee eerste verdiepingen worden bewoond door huurders en de derde verdieping door de eigenaar zelf. Het is op zijn vraag dat de werken worden uitgevoerd. Hier bestaat dus wel degelijk een kontraktueel verband tussen de eigenaar en onderneming die de werken moet uitvoeren. Hetgeen niet het geval is voor de huurders.

Ten gevolge van een nalatigheid door de onderneming wordt er schade berokkend aan het gebouw. In principe zouden enkel de huurders moeten worden schadeloos gesteld door de BA Uitbating van het bedrijf. De eigenaar zelf moet in principe worden uitgesloten van schadeloosstelling : er werd immers een kontrakt getekend tussen de eigenaar en de onderneming. Maar hij zal niettemin onder de dekking vallen, aangezien de geleden schade identiek is aan deze van de huurders. De gewaarborgde aansprakelijkheid was immers te wijten aan een feit dat leidde tot een aansprakelijkheid buiten overeenkomst.

Toevertrouwde voorwerpen uitgesloten.

Er bestaat nog een ander belangrijk geval van uitsluiting bij BA Uitbating : schade veroorzaakt aan goederen waarvan de verzekerde houder is, wordt niet gedekt. Het gaat om een goed dat toebehoort aan een derde en dat aan de verzekerde is toevertrouwd omdat hij aan dat goed moet werken of omdat het in zijn handen moet komen of door hem gebruikt wordt als werktuig.

Maar ook hier bevestigen de uitzonderingen de regel. Zo zal de schade die werd veroorzaakt aan dat goed toch worden vergoed indien er aan het goed niet rechtstreeks werd gewerkt op het ogenblik dat de schade tot stand kwam. Dat geldt ook voor schade veroorzaakt aan gedemonteerde delen van een goed, waar ook niet rechtstreeks aan werd gewerkt.

Een voorbeeld. Om uw toilet te kunnen herstellen, haalt de loodgieter een kastje uit mekaar. Door een nalatigheid laat hij zijn sleutel op het kastje vallen en beschadigt het. Het kastje zal gedekt zijn door de BA van het loodgietersbedrijf, al werd er niet rechtstreeks aan het kastje gewerkt.

De BA Uitbating vergoedt lichamelijke, materiële en… niet-materiële schade. Niet-materiële schade is schade die niet het onmiddellijke gevolg is van een ramp. Een voorbeeld : een zeer zware vrachtwagen heeft net voor de toegangspoort van een bedrijf pech, zodat niemand nog kan binnengaan of het bedrijf verlaten. Een dergelijk voorval met zware financiële gevolgen voor een onderneming, wordt gedekt door de BA Uitbating.

U zal het onderhand al begrepen hebben : de BA Uitbating is verbonden aan de bedrijfsaktiviteiten en vereist een fout van de verzekerde. Een fout die schade berokkent aan een derde. Indien een bedrijfsleider zijn wagen beneden aan het gebouw parkeert en een bediende, die op een hogergelegen verdieping werkt, een bloempot laat vallen op het voertuig, dan zal de baas niet worden vergoed voor de geleden schade. Hij wordt volgens het kontrakt BA Uitbating namelijk niet aangezien als een derde.

De verzekerde bedragen per schadegeval hebben een plafond op 5 miljoen frank voor materiële schade en op 50 miljoen frank voor lichamelijke schade. Het zijn niet-geïndexeerde bedragen die hoger uitvallen in funktie van het verzekerde risico.

Toch dekt de BA Uitbating niet alle risico’s. Schade als gevolg van het gebruik van springstoffen of van financiële verrichtingen (enkel de aktiviteiten van de onderneming zijn dus gewaarborgd) en schade veroorzaakt aan toevertrouwde voorwerpen worden uitgesloten van waarborg.

De premie die men moet betalen voor een BA Uitbating wordt berekend op basis van de bezoldigingen, toegekend aan de personen die in de onderneming zijn tewerkgesteld. Het in aanmerking genomen percentage varieert in funktie van de verzekerde aktiviteit.

De levering dekken.

Een tweede type van verzekering is de Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Na Levering. Deze dekt de onderneming voor schade veroorzaakt aan derden door produkten na hun levering of werken na hun uitvoering. In dit kader kan een onderneming haar verantwoordelijkheden opnemen voor schade veroorzaakt aan een derde. Zo is onder meer de schade verzekerd die voortvloeit uit een gebrek aan de produkten of werken te wijten aan een vergissing, een verzuim of nalatigheid in het ontwerpen, vervaardigen, verwerken, bereiden of verpakken, in het plaatsen of monteren, enzovoort.

De waarborg is van toepassing op schadegevallen die zich over de hele wereld voordoen, voor zover ze te wijten zijn aan de aktiviteit van in België gelegen bedrijfszetels van de verzekeringnemer. Axa komt niet tussen voor produkten die geleverd worden of werken die uitgevoerd worden in de VS of Canada. Logisch, de ijver van de advokaten om een proces aan te spannen in die contreien, is alomgekend. AG eist dat de verzekeringnemer een aangifte indient wanneer produkten of werken worden geleverd of uitgevoerd buiten Europa. De dekking wordt pas toegekend na schriftelijke aanvaarding van AG. Royale Belge sluit in principe elke dekking buiten Europa uit.

De verzekeraar sluit elke waarborg uit indien de verzekerde de produkten of werken niet of niet voldoende heeft onderworpen aan tests en kontroles voorafgaand aan de levering of uitvoering. Toch blijft de waarborg aan de verzekeringnemer verleend indien de aansprakelijke heeft gehandeld in de hoedanigheid van uitvoerend aangestelde en niet als leidinggevende. Er geldt dan wel een franchise ten belope van 10 % van het schadebedrag. De verzekeringsmaatschappij behoudt een verhaalrecht tegen de aansprakelijke aangestelde.

Axa legt de basiswaarborg vast op 20 miljoen frank voor materiële, niet-materiële en lichamelijke schade. De te betalen premie is in funktie van de omzet. Het in aanmerking genomen percentage hangt af van de te waarborgen aktiviteiten.

Tot slot hebben we het over de BA voor de schade aan de toevertrouwde voorwerpen. Deze verzekering vergoedt de schade die wordt veroorzaakt aan een goed waarvan de verzekerde houder is en dat het voorwerp uitmaakt of nog moet uitmaken van een werk, van een dienstverlening of van een advies. Bijvoorbeeld een wagen die werd beschadigd wanneer de garagehouder zijn sleutel op de motorkap liet vallen. De BA van de garagehouder waarborgt dit soort schade. Bij Axa werd de waarborg vastgelegd op 500.000 frank. Bij Royale Belge loopt die op tot 250.000 frank.

De inaktiviteit verzekeren.

Nog een ander type van waarborg kan erg nuttig zijn voor een onderneming, namelijk de verzekering tegen bedrijfsschade na brand. Buiten de schade veroorzaakt aan het gebouw, kan een brand ook desastreuse gevolgen hebben op financieel vlak en voor het vlotte verloop van de bedrijfsaktiviteiten. Het gebouw moet opnieuw worden opgetrokken en het produktiematerieel weer samengesteld, en toch moeten intussen een reeks lasten gehonoreerd worden zoals de lonen en de financiële kosten.

De verzekering tegen bedrijfsschade is, in tegenstelling tot de drie vorige types verzekeringen, geen aansprakelijkheidsverzekering. Ze maakt het een onderneming mogelijk haar bedrijfsresultaat te hernemen alsof de brand nooit had plaatsgevonden. De verzekering financiert in zekere zin de vaste kosten die betaald moeten worden ondanks het feit dat er geen omzet is. De schadevergoeding die de verzekeraar betaalt, maakt het dan mogelijk het bedrijfsresultaat opnieuw op peil te krijgen.

Voor de grotere risico’s (instellingen, kantoorgebouwen…), moet de bedrijfsschade veroorzaakt zijn door een brand, een blikseminslag, een explosie of het neerstorten van een vliegtuig. Voor meer beperkte risico’s (handelspanden, winkels, stapelhuizen, horeca-sektor…) kan men de verzekering uitbreiden tot andere oorzaken zoals bij voorbeeld waterschade of aanslagen. Royale Belge stelt drie formules voor in haar plan Saffier.

In de eerste plaats de formule Bedrijfsschade ‘Plus’. Die voorziet in een schadevergoeding naar evenredigheid van de omzetdaling, inclusief de extra kosten om de omzet in stand te houden. De verzekering geldt als de schade veroorzaakt werd door brand (de andere waarborgen zijn in optie).

De formule Forfaitaire Bedrijfsschade voorziet daarnaast in de storting van een forfaitaire dagvergoeding zolang het bedrijfsresultaat niet opnieuw op peil is. Deze formule wordt aangeraden aan kleine ondernemingen. Het schadegeval kan veroorzaakt zijn door brand en gelijkaardige risico’s (storm en hagel, waterschade…).

De formule Bedrijfsschade ‘Extra Kosten’ maakt het de onderneming dan weer mogelijk ongewone kosten op te vangen (huur van bijkomende lokalen…) om zo gauw mogelijk opnieuw aan de slag te kunnen. Deze laatste formule komt zelfs tussenbeide wanneer de omzet van de onderneming niet is aangetast door de gevolgen van een totaal- of deelschade. De verzekerde schadegevallen zijn brand en gelijkaardige risico’s. Deze formule komt tegemoet aan dienstverlenende vennootschappen en vrije beroepen.

Algemeen wordt de verzekering tegen bedrijfsschade enkel verkocht in het kader van een brandverzekering en niet als afzonderlijke verzekering. De verzekeringsmaatschappij voorziet trouwens een uitsluiting van waarborg indien de aangeduide goederen niet of onvoldoende verzekerd zijn. Indien de verzekerde geen brandverzekering heeft afgesloten, dan zal het ‘direkte’ financiële verlies, te wijten aan het feit dat men niet verzekerd was, niet gedekt worden door de verzekering tegen bedrijfsschade. Deze laatste verzekering dekt enkel het ‘indirekt’ financieel verlies dat er het gevolg van is, veroorzaakt door het schadegeval.

De te betalen premie wordt berekend op basis van de omzet van de onderneming of van het kapitaal dat men wenst te verzekeren. Deze houdt de vaste kosten in (lonen, huur, verwarmingskosten, verzekeringen…), vermeerderd met het bedrijfsresultaat. Dit is gelijk aan de verwachte netto-opbrengst met uitsluiting van inkomens en voordelen die niet voortvloeien uit de eigenlijke exploitatie (financiële inkomsten…).

De uitkeringstermijn of vergoedingsperiode bedraagt meestal één jaar. Maar ze kan ook langer of korter zijn. Alles zal afhangen van de tijd die men nodig heeft om het gebouw weer op te trekken, om het produktie-apparaat te vernieuwen, om opnieuw zijn plaats op de markt te veroveren. Indien de onderneming na het schadegeval de aktiviteiten stopzet, dan is geen enkele schadevergoeding verschuldigd. Behalve indien de stopzetting te wijten is aan een geval van overmacht.

LAURENT FEINER

DE BA UITBATING BESCHERMT BEDRIJFSAKTIVITEITEN Het kontrakt is van toepassing als het slachtoffer bewijst dat er een fout werd begaan, dat er schade werd geleden en dat er tussen deze twee elementen een oorzakelijk verband is.

BEDRIJFSSCHADEDEKKING Men gaat zelden een verzekering tegen bedrijfsschade aan. Ten onrechte ! Een brand komt wanneer u hem het minst verwacht…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content