Aston Martin: sportauto’s, 007 en debacles

De beroemde sportkarretjes van het Engelse automerk Aston Martin, waarmee James Bond graag rondtuft, bestaan na honderd jaar nog altijd. Dat is een verrassing, want Aston Martin is al even vaak op het nippertje aan de dood ontsnapt als 007.

Concurrentie voor Bugatti en Rolls-Royce

Autoraceliefhebber Lionel Martin richtte het iconische automerk in 1913 op. De auto werd ‘Aston Martin’ gedoopt nadat Martin de heuvelklim in het Engelse plaatsje Aston Clinton had gewonnen. Het merk moest concurreren met het Franse Bugatti en met landgenoot Rolls-Royce. De eerste auto die de fabriek van Gaydon, nabij Londen, verliet, haalde een maximumsnelheid van 115 kilometer per uur, in die tijd een heuse krachttoer.

Kampioen van de faillissementen

De geschiedenis van het merk wordt meer gekenmerkt door financiële flaters dan door sportieve en technische prestaties. Tijdens de Eerste Wereldoorlog raakte Aston Martin in grote moeilijkheden, in 1925 ging het bedrijf een eerste keer in vereffening. Een jaar later werd het gered door een Italiaanse autoracer. Aston Martin ging later nog vijf keer over de kop en wisselde veelvuldig van eigenaar.

Van Ford naar een investeringsfonds

In 1987 kwam Aston Martin in handen van Ford. Twintig jaar later noopte een jaarlijks verlies van 12,7 miljard euro de autobouwer om het merk voor 702,7 miljoen euro te verkopen aan een consortium, dat bestond uit Prodrive, het bedrijf van ex-rallycopiloot David Richards, en de Koeweitse investeerder Investment Dar. Na een kapitaalverhoging einde 2012 kocht het Italiaanse investeringsfonds Investindustrial (eigendom van de familie Bonomi, die eerder banden had met Ducati) 37,5 procent van de aandelen over. Een transactie van 190 miljoen, die Aston Martin opwaardeerde tot 940 miljoen euro.

Nieuwe modellen

Die herkapitalisatie moet Aston Martin in staat stellen om in vijf jaar tijd 625 miljoen euro te injecteren in nieuwe modellen en een technologisch programma. Een aanzienlijke som, net nu de verkoop sputtert: tussen januari en september 2012 werden er 2340 auto’s geproduceerd, 19 procent minder dan het jaar ervoor. Bovendien moet de constructeur in zijn eentje uit het slop zien te geraken, terwijl zijn concurrenten steun krijgen van grote groepen: Ferrari van Fiat, Bentley van Volkswagen, Jaguar van Tata.

Wachten op betere tijden in België

In 2007 bracht Aston Martin bij ons nog 143 auto’s aan de man. In drie jaar tijd was de verkoop toen bijna verdrievoudigd, zo blijkt uit de statistieken van de Belgische automobiel- en tweewielerfederatie Febiac. Door de crisis begon de verkoop te verminderen. Hij bereikte vorig jaar zijn laagste peil, met 37 verkochte exemplaren tegenover 92 het jaar voordien, een crash van 60 procent, vergelijkbaar met wat andere luxemerken (Ferrari, Maserati, Lamborghini) in die periode meemaakten. Het gevolg van een gebrek aan innovatie en al te gulzige motoren, zo menen specialisten.

MÉLANIE GEELKENS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content