Het nieuwe luxevastgoed is stedelijk: ‘Tijd is luxe’

Vergeet de villa in de groene rand, het nieuwe luxevastgoed is stedelijk. “Tijd is in deze drukke tijden de grootste luxe”, klinkt het bij de projectontwikkelaar Matexi.

Tot 2016 was de Antwerp Tower een behoorlijk gevulde en aantrekkelijke kantoortoren. Aantrekkelijk voor de kantoorgebruikers, want die genoten in het 86 meter hoge gebouw van een panoramisch zicht over Antwerpen.

Maar de jarenzeventiglook van het gebouw was ook een doorn in het oog van veel Antwerpenaren, die de toren meermaals verkozen tot lelijkste gebouw van ‘t Stad.

Vandaag is het gebouw tot op zijn betonnen karkas gestript. De nieuwe eigenaar, de projectontwikkelaar Matexi, geeft de toren een andere hoofdfunctie en een nieuw voorkomen. Twintig van de zesentwintig verdiepingen worden ingevuld met appartementen en het ontwerp van de Nederlandse toparchitect Wiel Arets toont een sprankelend wit gebouw.

Buurt in transitie

De prijslijst is nog niet klaar, maar projectontwikkelaar Philip Rubbens wil wel al kwijt dat Matexi de appartementen in het hogere prijssegment zal positioneren.

“De grootste luxe van dit project is zijn centrale locatie in de stad”, zegt Rubbens. “Het is geen toeval dat de metamorfose van de toren samenvalt met de transitie die de buurt rond de Opera doormaakt. De Keyserlei is al heraangelegd, alleen het stukje voor onze toren wordt later aangepakt. De werken aan het nieuwe Operaplein zijn volop bezig. Belangrijk is dat het autoverkeer en de bijbehorende hinder onder de grond verdwijnen. Door die tunnel komt er ook een autovrije as vanaf het Station Antwerpen-Centraal over De Keyserlei, de Leysstraat en de Meir tot aan de Groenplaats. Dat versterkt ook het winkellint op die as. Er ontstaat dus een nieuwe dynamiek. Wij spelen daarop in door op die centrale plek weer de woonfunctie in de stad te brengen. Dat zal die dynamiek nog versterken.”

Philip Rubbens geeft wel toe dat de nabijgelegen stationsbuurt nog altijd niet de beste reputatie geniet. “Maar”, zegt hij, “je merkt er toch al wel een upgrade. Onlangs heeft de befaamde Amerikaanse hamburgerketen Five Guys een vestiging op De Keyserlei geopend. En met Van Opstal-Van Boxel is er ook een mooie bakkerij bij gekomen.

De neerwaartse spiraal, die begonnen is na het verdwijnen van de cinema’s, is doorbroken. De opening van de vernieuwde Elisabethzaal speelt daarin een belangrijke rol en het effect zal nog groter worden als Antwerpen weer op de kaart staart als congresstad.”

Zien zonder gezien te worden

Matexi en Wiel Arets nemen de Antwerp Tower stevig onder handen. Alleen de structuur blijft overeind. De oude sokkel is al verdwenen. “Die werkte niet”, zegt Rubbens. “Ja, de winkeltjes langs de Keyserlei hadden wel hun cliënteel, maar de winkelgalerij was een fiasco omdat ze doodliep op het operagebouw. En ook de bovenliggende kantoorruimte stond leeg. De plateaus waren te diep en te laag, waardoor er onvoldoende lichtinval was.”

In het nieuwe ontwerp krijgen de sokkelverdiepingen een hoogte van vier meter. Op de gelijkvloerse en de eerste verdieping komen winkels. De tweede en de derde verdieping krijgen een kantoorfunctie.

De toekomstige bewoners kunnen hun wagen parkeren in de ondergrondse parking met 190 parkeerplaatsen. De fietsparking met plaats voor 500 fietsen zal zowel per lift als via een helling bereikbaar zijn. Boven de sokkel komen een restaurant en een techniekenniveau dat als ook buffer fungeert voor het hoger gelegen residentiële gedeelte.

In totaal komen in de toren 240 appartementen van 60 tot 240 vierkante meter. De toren wordt opgehoogd tot 100 meter. Voor de bewoners van de bovenste vijf verdiepingen is in een aparte lift voorzien en de appartementen zijn er hoger (2,75 tot 3,20 meter, tegenover 2,60 meter op de andere niveaus).

“Ook op die hoogste verdiepingen voorzien we enkele kleinere units, voor wie in de stad een luxueuze pied à terre wil”, vertelt Philip Rubbens.

“Uiteraard hanteren we in de prijszetting het principe ‘hoe hoger, hoe duurder’. Locatie bepaalt in grote mate de prijs van vastgoed. Locatie heeft hier een extra dimensie: de hoogte. Het uitzicht over de stad is fenomenaal. De horizon kunnen zien, geeft ook rust. Dat heb je ook bij wonen langs het water of met zicht op zee. Overigens zie je boven in de toren ook de rede van de Schelde. Een ander luxefacet van wonen in een toren is dat je geen inkijk hebt: jij ziet de hele stad, maar niemand ziet jou. En dat voordeel heb je ook al op de laagste woonverdiepingen van de Antwerp Tower. Die liggen op dezelfde hoogte als de hoogste gebouwen op de Leien. Het residentiële aanbod start dus eigenlijk op het niveau van de penthouses op de Leien.”

Rubbens merkt nog op dat Antwerp Tower altijd de hoogste woontoren in het stadscentrum zal blijven.

“Dat heeft te maken met de vluchtroutes van de luchthaven van Deurne. Gebouwen in het stadscentrum mogen daardoor niet hoger zijn dan 56 meter. De Antwerp Tower is een uitzondering omdat het gebouw er al stond.”

Alle appartementen krijgen ruime, inpandige terrassen. Die liggen evenwel niet voor maar langs de leefkamer. “Een heel bewuste en slimme keuze van architect Wiel Arets”, zegt Philip Rubbens. “Om maximaal van het zicht te kunnen genieten, krijgen de leefruimtes ramen tot aan de vloer. Een terras ervoor zou dat zicht inperken.”

Tijd is luxe

Rubbens komt nog eens terug op de centrale locatie van de Antwerp Tower, die pal op de kruising ligt van De Keyserlei en de Leien, de belangrijkste twee assen in de Antwerpse stadskern. “Tijd is misschien wel de grootste luxe in deze drukke tijden”, zegt hij.

“Wonen midden in de stad is dan een geweldige troef. Hier liggen letterlijk alle faciliteiten en voorzieningen aan je voeten. Daardoor win je veel tijd. In Vlaanderen beginnen we dat stilaan te beseffen, maar in het buitenland zie je dat al veel langer. Het is niet voor niets dat in topsteden de centrumlocaties het duurst zijn.”

Rubbens voegt eraan toe dat de bereikbaarheid van de buurt ongeëvenaard is in Antwerpen. “Het Centraal Station ligt op een paar minuutjes wandelen en via de Diaboloverbinding sta je dan in minder dan een half uur in Zaventem. En er is de hst naar Parijs en Amsterdam. Dit is een echte hub.”