Regering-Jambon blijft het 5G-spel hard spelen
De nieuwe Vlaamse regering stelt zich in het telecomdossier over het supersnelle 5G-netwerk even hard op als de regering-Bourgeois. De regering-Jambon blijft van het federale niveau extra geld eisen bij de veiling van de frequenties en ziet de intrede van een mogelijke nieuwe grote concurrent voor Proximus, Telenet en Orange ook niet als een prioriteit
5G zal een enorme snelheidsboost geven aan mobiel surfen en veel minder vertraging kennen, waardoor uiteenlopende lucratieve toepassingen mogelijk worden: van online gamen zonder haperingen, tot zelfrijdende auto’s en sensoren die snel veel data uitwisselen.
De nieuwe Vlaamse regering wil daarom snel naar 5G overschakelen. Ze wil zelfs helpen een gemeenschappelijke infrastructuur te bouwen. Voor 5G zullen meer zendmasten nodig zijn. Maar de volgende passage in het regeerakkoord geeft aan dat 5G wellicht nog te lang een regeringsbelofte zal zijn door de onopgeloste centenkwestie en tegenstrijdige belangen: “Op het snijveld media-telecom bewaakt deze Vlaamse overheid actief en assertief haar bevoegdheid. Een snelle uitrol van 5G in Vlaanderen is prioritair. Over dat 5G-spectrum worden steeds grotere hoeveelheden media-data verstuurd. We onderhandelen met de federale overheid voor een merkelijk hoger aandeel in de verdeling van de eenmalige én jaarlijkse opbrengsten van de veiling van het spectrum voor mobiele breedband. Deze spectrumveiling moet losgekoppeld worden van het dossier van de vierde speler.”
Veiling geblokkeerd
Vlaanderen heeft recht op een deel van de opbrengsten uit de veiling van de radiofrequenties die voor mobiele telefonie worden gebruikt, omdat dus media (een regionale bevoegdheid) worden geconsumeerd via mobiel surfen. De organisatie van de veiling is federale materie en was dit jaar gepland. Maar de afscheidnemende Vlaamse regering was het er niet mee eens dat de verdeling zou gebeuren via de verdeelsleutel die enkele jaren geleden gold om de frequenties voor de veiling van LTE/4G-frequenties. Daarom blokkeerde ze met de andere regio’s de veiling. De extra opbrengsten zullen zowel eenmalig als jaarlijks een zeer beperkte impact hebben op de 45 miljard euro inkomsten van de Vlaamse overheid.
De federale regering kan in lopende zaken nog een akkoord vinden met de deelstaten over de verdeling van de veilingopbrengsten. Maar het regeerakkoord geeft aan dat Vlaanderen het spel hard zal blijven spelen, “actief en assertief” in haar eigen woorden, en dus dreigt extra uitstel.
Vierde operator
De oplossing die de nieuwe Vlaamse regering voorstelt, ontmijnt het dossier allerminst. Vlaanderen wil de veiling van de 5G-frequenties loskoppelen van de instap van een nieuwe grote buitenlandse mobiele operator. Dat is overigens ook het voorstel van Agoria, de federatie van de technologiebedrijven waarvan ook Proximus, Telenet en Orange lid zijn. Die drie zien uiteraard liever geen nieuwe sterke concurrent opduiken.
De telecomwaakhond BIPT, die afhangt van het federale niveau, heeft in de komende veiling net wel ruimte in het spectrum voorzien voor een extra speler naast Proximus, Telenet en Orange. Een mobiele operator met een eigen netwerk staat sterker tegenover de grote drie. De afscheidnemende federale regering voerde de voorbije regeerperiode de druk op de drie telecomspelers op. Er is te weinig concurrentie en daardoor is telecom te duur in vergelijking met de buurlanden.
Vicepremier Alexander De Croo (Open Vld), eerst nog bevoegd voor telecom, maakte het gemakkelijker te veranderen van mobiele operator. De komst van een nieuwe sterke speler moest het sluitstuk worden van het beleid om lagere prijzen voor mobiel surfen en bellen te forceren. De Croo koppelde dat aan de overstap naar 5G, want dat is het ideale moment voor een nieuwe speler om in te stappen. Er is weinig kans dat de federale regering in lopende zaken, waar de N-VA uit vertrokken is, de komst van een vierde operator wil uitstellen.
Het is opmerkelijk dat Vlaanderen de twee dossiers wil loskoppelen. Telecom neemt een steeds grotere hap uit gezinsbudget en een prijzenslag door een nieuwe grote speler kan direct een verschil maken. Het zou de koopkracht van de lagere inkomens, een prioriteit van de nieuwe Vlaamse regering, ten goede komen.
Sneller mobiel én vast internet
Het is de vraag of de regering-Jambon Proximus en Telenet niet wil bruuskeren en daarom haar handen aftrekt van een vierde operator. Ze heeft de twee operatoren niet alleen nodig om sneller mobiel internet in heel Vlaanderen te hebben, maar ook om veel meer glasvezelaansluitingen bij particulieren en bedrijven te installeren en de snelheid van vast internet een boost te geven. Dat is een veel grotere investering dan het opzetten van een mobiel netwerk omdat er nieuwe kabels tot bij modems in de huizen gelegd moet worden.
Telenet maakte eind september wel al bekend dat het in heel Vlaanderen snelheden tot 1 gigabit per seconde, vijf tot tien keer sneller dan de huidige maxima, mogelijk maakt. Aangezien Telenet meer dan 70 procent marktaandeel heeft in vast internet in Vlaanderen, zal de gemiddelde surfsnelheid dus snel verhogen. Dat supersnelle netwerk verloopt nog altijd deels via de klassieke coaxkabel van de tv-aansluiting. Glasvezel heeft nog veel meer marge om de snelheid op te drijven en de Vlaamse overheid wil haast te maken met internetconnecties die via glasvezel verlopen. Daarmee zou Vlaanderen bij de wereldwijde koplopers blijven in internetinfrastructuur.
Ook twist over goedkopere 5G voor de industrie
Heel wat grote industriële spelers willen hun infrastructuur vol hangen met sensoren die data uitwisselen. Het 5G-netwerk kan dat dataverkeer vlot laten verlopen. Maar de industrie vreest dat dat zal leiden tot enorme data-facturen. Michael Peeters van het onderzoekscentrum imec zei al in Trends dat het economisch niet haalbaar is al die industriële toepassingen te factureren alsof het om gewoon dataverkeer van particulieren gaat.
5G heeft niet alleen een veel grotere capaciteit, de frequenties zijn ook gemakkelijker op te delen. Dat maakt het mogelijk pakweg in de haven van Antwerpen een eigen draadloos netwerk te laten draaien op 5G om het containerverkeer beter op te volgen. Een eigen netwerk is veiliger en wellicht ook goedkoper.
Het is al langer duidelijk dat Vlaanderen wil inzetten op het internet der dingen. Toch verraste het nieuwe Vlaamse regeerakkoord: voor een deel van beschikbare spectrum wil de regering mee kunnen bepalen hoe het verhuurd wordt aan industriële bedrijven of evenementen zoals Tomorrowland.
In een eerste reactie zegt het kabinet van minister van Telecom Philippe De Backer (Open Vld) dat de toekenning van dat spectrum een federale materie is. Hij is er ook geen voorstander die privénetwerken ruimte te geven op de frequenties die voorzien zijn voor een mogelijke vierde speler. Hij wijst erop dat voor industriële toepassingen al voldoende en betere plaats gereserveerd is in het spectrum.
Over één punt lijkt wel een consensus te bestaan. Het Vlaamse regeerakkoord wil de verhuur van het spectrum voor de industrie niet meenemen in de veiling van de frequenties voor de telecomoperatoren. De operatoren vragen termijnen van 20 jaar, bedrijven en evenementen hebben kortere contracten nodig. Ook het kabinet-De Backer is daar voorstander van. Bedrijven zullen bovendien wellicht niet tegen elkaar moeten opbieden. Omdat de frequenties gemakkelijker lokaal op te delen zijn, is het aanbod hoe dan ook groter dan de vraag.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier