‘De macht en status van Xi Jinping zullen worden bevestigd op het Nationaal Volkscongres’

Xi Jinping
Jozef Vangelder
Jozef Vangelder redacteur bij Trends

Het Nationaal Volkscongres is gestart in China. Op de jaarlijkse plenaire sessie met bijna 3000 Chinese volksvertegenwoordigers wordt het nieuwe Vijfjarenplan voorgesteld. Sinoloog en consultant Pieter Verstraete, en straks ook columnist voor Trends, kijkt vooral uit naar hoe China zijn grenzen weer wat meer zal openstellen. “De invoer van een vaccinatiepaspoort, de wederzijdse erkenning van die Europees-Chinese passe-partouts en het wegvallen van verplichte hotelquarantaines hebben een grote impact op mijn leven.”

Hoe zwaar weegt dat Volkscongres? Doet het meer dan voorgekauwde beslissingen met stalinistische meerderheid goedkeuren?

PIETER VERSTRAETE (SERVAL MANAGEMENT). “Het Nationaal Volkscongres keurt inderdaad wetgeving goed waar al lang op voorhand over werd gedebatteerd en een consensus over werd bereikt in het Permanent Comité van het Politbureau (het belangrijkste beslissingsorgaan van de Chinese Communistische Partij, nvdr). In die zin heeft het Volkscongres een eerder ceremoniële functie waarbij de eenheid en het brede draagvlak van de beslissingen wordt benadrukt. Toch is het interessant om te volgen waar de prioriteiten voor het beleid liggen. Dit jaar is het vooral uitkijken naar doelstellingen voor economische groei en de economische prioriteiten in het veertiende vijfjarenplan.”

De sessie van vorig jaar leverde dan toch een ‘verrassing’ op: de aankondiging door president Xi Jinping van de nationale veiligheidswet, bedoeld om de protesten in Hongkong te onderdrukken. Verwacht u deze keer verrassingen?

VERSTRAETE. “Ik verwacht dit jaar geen grote verrassingen. De macht en de status van Xi Jinping zullen verder worden bevestigd en de controle van het centraal bestuur in Peking over Hongkong zal verder worden geconsolideerd, bijvoorbeeld door aanpassingen door te voeren in de Hongkongse kieswet. Een bijkomende reden waarom ik dit jaar de sessies met argusogen volg, is om te zien hoe het beleid plant om te gaan met het openstellen van de grenzen en het internationale reisverkeer. Beslissingen over bijvoorbeeld de invoer van een vaccinatiepaspoort, de wederzijdse erkenning van die Europees-Chinese passe-partouts en het wegvallen van de verplichte hotelquarantaines hebben een grote impact op mijn leven en zakelijke activiteiten.”

Hoe staat China er economisch voor? De groei is terug, maar wat met de schuldenberg en de vastgoedzeepbel?

VERSTRAETE. “De laatste twintig jaar wordt in het Westen gretig verteld dat de enorme Chinese economische groei enkel gestoeld is op een gigantische schuldenbubbbel die op barsten staat. De implosie van de economie, de sociale onrust en een ineenstorting van de partijstaat worden al decennia voorspeld. Toch heeft het beleid van Communistische Partij jarenlang die dans ontlopen, terwijl ze toch stevige hindernissen op haar pad kende zoals de financiële crisis en meer recent, de covid-19-pandemie. De schulden zijn zeker aangezwollen, tot ondertussen al 300 procent van het bruto binnenlands product (bbp), wat voortkomt uit een keynesiaanse stimuluspolitiek.

“Experts, waar ik mezelf zeker niet toe reken, wijzen op de volgende zaken om een schuldencrisis af te wenden. Ten eerste zijn er de lage kapitaalkosten voor de banken. Chinese banken hebben nog altijd een stabiele instroom van nieuw kapitaal door de hoge spaarquote van de Chinezen en de kapitaalrestricties. Chinezen kunnen hun renmibi’s (Chinese munteenheid, nvdr) niet vrij beleggen in het buitenland. Ten tweede is er de efficiëntie van het beleid. De stimuleringspolitiek leidt tot economische meerwaarde, geen Japanse ‘bridges to nowhere‘, de infrastructuur zoals de gigantische expansie van autowegen en hogesnelheidstreinen die leiden tot meer productiviteit. Ten derde probeert de overheid bubbels te voorkomen. Ze probeert bijvoorbeeld een vastgoedzeepbel onder controle te houden met verplichte hoge aanbetalingen: 30 procent op een eerste huis. Chinezen mogen ook minder lenen voor een tweede en een derde huis, respectievelijk maximaal 60 en 0 procent van de aankoopprijs.

“Het grootste risico voor China is dat het vast komt te zitten in een ‘middle income trap‘ waarbij ze er niet in slagen producten en diensten met een grotere toegevoegde waarde te produceren en economisch te groeien. Daarvoor is extra innovatie nodig in bijvoorbeeld halfgeleiders (computerchips, nvdr) waarvoor China nog altijd afhankelijk is van het buitenland. Het Chinese beleid verwijst naar deze technologieën als ‘versmachtende technologieën’. Het kan tot een economische en maatschappelijke crisis leiden als de Chinese industrie zulke cruciale zaken niet zelf kan ontwikkelen of licenties op kan verkrijgen.”

Hoe staat China er maatschappelijk voor vandaag? Heerst er een gevoel van superioriteit, nu China veel sneller uit de pandemie weg geraakte dan het Westen? Of is de gemiddelde Chinees daarmee niet bezig?

VERSTRAETE. “Er is een onderscheid tussen de Chinese politieke leiders en de gemiddelde Chinees. Op politiek niveau wordt het succes van China bij het indammen van het covid-19-virus aangewend om de efficiëntie van het bestuur en de daadkracht van een autoritair centraal systeem te benadrukken. Die boodschap komt éénstemmig terug in de Chinese staatsmedia. Het ‘ vrije’ dagelijkse leven in China, waar geen enkele sociale en economische activiteit is ingeperkt, wordt afgezet tegen de keiharde lockdowns in het Westen. De nationale trots is bij de gemiddelde Chinees met de economische en politieke opmars van China gedurende het laatste decennium sowieso aangesterkt. De periode van opkijken naar het Westen is definitief voorbij, maar dat slaat voorlopig niet over in superioriteitsdenken. Ze voelen zich niet beter dan westerlingen, wel fundamenteel anders.

“Publieke massademonstraties tegen lockdownmaatregelen, het weigeren van het dragen van een mondkapje vanuit een vrijheidsvoorwendsel en fuivende jongeren ten tijde van een pandemie zijn zaken waar de gemiddelde Chinees kop noch staart aan kan krijgen. Dat komt volgens mij voort uit een empathisch deficit, dat zijn oorzaak vindt in de totaal verschillende beleving van deze pandemie. Chinezen begrijpen de frustratie niet die komt na een lockdown van een jaar. Voor het overgrote deel van de Chinese bevolking (de niet-inwoners van Wuhan) was deze pandemie een vervelende periode van zes weken huisarrest, ondertussen al in het verleden, waarna ze met kleine aanpassingen verder konden met hun leven. Sociaal leven, werk, school, na twee maanden keerde alles terug naar het oude normaal. Ze kunnen zich niet voorstellen hoe een jarenlange gijzeling van het sociale leven en ee, fundamentele aanpassing van je werk en in de omgang met vrienden en familie voelt. Dat geldt niet voor Chinezen alleen, maar voor veel Aziaten die een zeer korte lockdown hebben meegemaakt.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content