Bart De Wever (N-VA): ‘Inhoudelijk hebben we de verkiezingen al gewonnen’

© belga
Alain Mouton
Alain Mouton Redacteur bij Trends

N-VA-voorzitter Bart De Wever pareert de kritiek op het verkiezingsprogramma van zijn partij: een herstelbeleid van ‘snoeien om te groeien’ is wenselijk en nodig.

Te veel besparingen? Te trage sanering van de overheidsfinanciën? Politiek onhaalbaar? N-VA-voorzitter Bart De Wever pareert de kritiek op het verkiezingsprogramma van zijn partij: een herstelbeleid van “snoeien om te groeien” is wenselijk en nodig. En het liefst zonder de PS. Waarna de Franstalige socialisten vragende partij worden voor een confederale omwenteling, want “ik heb de PS nooit op veel liefde voor België betrapt”.

Dit leidt tot een sociaal bloedbad.’ ‘De N-VA wil van de staat de sloppenwijk van Vlaanderen maken.’ De reacties van de politieke tegenstanders op de sociaaleconomische plannen van de N-VA logen er niet om. Vooral uit socialistische hoek werd met scherp geschoten op de voorstellen om de overheidsfinanciën de komende legislatuur voor 70 procent via besparingen te saneren. Een operatie van meer dan 12 miljard euro.

Partijvoorzitter Bart De Wever noemt de reacties zeer voorspelbaar. “Johan Vande Lanotte (sp.a) bekritiseert elk cijfer uit ons V-plan en maakt zo een optelsom van de horror. Dat moet het beeld ondersteunen dat wij de neoliberale slachtpartij voorbereiden. Die mensen vergeten allemaal wat in de jaren tachtig werd gedaan en wat er in de jaren negentig in het Globaal Plan stond om de overheidsfinanciën uit het moeras te trekken. De eigen cijfers van Di Rupo hangen met spuug en paktouw aan elkaar, maar de regeringspartijen schieten gretig op wie uitrekent hoe we tot oplossingen kunnen komen. België blijft belastingkampioen, de staatsschuld bedraagt meer dan 100 procent en er is nog altijd een groot overheidsdeficit. Mocht Duitsland onze belastingdruk kennen, dan hebben onze oosterburen een begrotingsoverschot van 200 miljard euro. Iemand moet mij eens uitleggen hoe de begroting opnieuw op orde komt zonder de besparingen die wij voorstellen.”

Een veelgehoorde kritiek is dat u het begrotingsevenwicht pas in 2018 wil bereiken en een overschot in 2019. Terwijl de N-VA altijd gezegd heeft dat de sanering onder Di Rupo te traag verloopt.
Bart De Wever: “Volgens Open Vld zijn wij onmenselijk omdat wij tegen 2019 meer dan 12 miljard euro willen besparen. Maar de liberalen willen zelf 15 miljard euro besparen. Dan wil ik nu vernemen hoe dat ze dat op een menselijke wijze willen doen. Blijkbaar willen ze in het eerste jaar 10 miljard van die 15 miljard euro besparingen realiseren. Hoe wil voorzitster Gwendolyn Rutten dat doen? En in welke mate houdt dat verband met het beloofde strakke begrotingstraject van de regering-Di Rupo? Dat was strenger dan wat de Europese Commissie oplegde, maar werd niet gerealiseerd.

“In 2010 had België vijf jaar om een marathon te lopen. Drie jaar zijn voorbij en er is tien kilometer afgelegd. Ben ik laks omdat ik zeg dat die overige 30 kilometer niet in twee jaar kunnen worden afgelegd? Wat we doen, ligt in de lijn van het voorstel van het Internationaal Monetair Fonds (IMF): een vertraging van de sanering van de overheidsfinanciën is mogelijk. Het tweede deel van de IMF-boodschap heeft de PS niet gehoord: op voorwaarde dat je klaar en duidelijk aangeeft welke hervormingen je zult doorvoeren om tot een structureel evenwicht en overschot te komen.”

De Europese Centrale Bank zegt daarentegen: hoe meer inspanningen je in het begin doet, hoe meer de inspanningen op termijn renderen. Zijn de komende vijf jaar geen kans?
Bart De Wever: “Vergeet niet dat wij kiezen voor sanering én relance. Je kan het jezelf gemakkelijk maken door in het begin geen lastenverlaging door te voeren, wat veel partijen voorstellen. Dat doet Open Vld trouwens: een lastenverlaging aan het einde van de legislatuur, maar de partij neemt wel 2,5 miljard euro terugverdieneffecten in rekening. Dat moeten ze mij eens uitleggen. Wij krijgen kritiek op onze 2 miljard euro terugverdieneffecten, terwijl onze lastenverlaging vanaf dag één ingaat. Wij kiezen voor een lineaire loonlastenverlaging via de werkgeversbijdrage, voor de werknemers met lage lonen breiden we de werkbonus uit, en de schijf van 45 procent in de personenbelasting wordt geschrapt. Een regering die deze keuzes onmiddellijk maakt, zal het traject naar een begrotingsevenwicht moeten verlengen. Maar economisch houdt het plan steek, want de 5 procent loonhandicap wordt in twee jaar tijd weggewerkt. Ook al omdat we in 2015 een indexsprong willen doorvoeren.”

Straft zo’n indexsprong niet vooral de werkende mens? Waarom laat u de loonkosten niet dalen via lagere sociale bijdragen, zodat het nettoloon de stijgende levensduurte blijft volgen?

Bart De Wever: “Politiek zou dat verstandiger zijn geweest, maar het zou niet eerlijk zijn. De indexsprong is een powertool voor de reorganisatie van de economie ten gunste van de werkenden. Je kunt daar volgens mij niet buiten. Jean-Luc Dehaene heeft in 2012 gepleit voor een indexsprong. Meer nog: we moesten er volgens hem verschillende doorvoeren. Die man is toch geen ultraliberaal. Maar wat doet Johan Vande Lanotte? Via allerlei amechtige maatregelen zoals de lagere btw op energie een indexvertraging veroorzaken.”

Economen zeggen dat u de minderinkomsten van de indexsprong ? minder belastingen en sociale bijdragen ? niet meerekent.

Bart De Wever:“Die kritiek klopt niet. We hebben die minderinkomsten niet voor de volle 100 procent meegerekend, maar economisch is er geen eensgezindheid over hoe zwaar je die moet inschatten. Wel brengt het N-VA-programma de terugverdieneffecten zeer laat, namelijk in 2019, in rekening. Terwijl we de lastenverlaging al vanaf dag één laten ingaan.”

De Gentse econoom Gert Peersman blijft beweren dat de indexsprong ten koste gaat van de werkenden.

Bart De Wever: “Dat is gewoon niet waar. 50 procent van alle werkenden gaat er in ons model onmiddellijk op vooruit, en tegen 2019 iedereen. Dankzij de werkbonus en de hervorming van de personenbelasting.”

U pakt ook het arbeidsmarktbeleid aan. Werkloosheidsuitkeringen worden beperkt in de tijd, brugpensioen en inschakelingsuitkeringen verdwijnen. Dreigen bestrafte werklozen dan niet naar het leefloon en de arbeidsongeschiktheid te verschuiven?

Bart De Wever: “Van de langdurig werklozen die nu geschorst worden, komt slechts een derde bij het leefloon terecht. Een aantal onder hen verdwijnt uit het systeem, en dan zijn er veel die een job vinden. In bbp-termen geven wij twee keer meer uit aan arbeidsmarktbeleid dan onze buurlanden; dan heb je toch een probleem. Trouwens, de bijstand is totaal iets anders dan de werkloosheidsuitkering. Bijstand is middelengetoetst. Daarvoor rekenen we de eigen woning niet mee, maar de andere middelen komen wel in beeld. Het is vandaag perfect wettelijk om in de werkloosheid te zitten en vier appartementen te verhuren. Ik denk niet dat zo iemand na het verlies van een werkloosheidsuitkering straks bij het OCMW kan aankloppen voor een leefloon.”

U wil de uitgaven voor twee jaar bevriezen maar enkel op de zogenoemde entiteit I, de federale overheid en de sociale zekerheid. Moet dat ook niet met entiteit 2, de deelstaten en de lokale besturen, gebeuren?
Bart De Wever: “De facto zal dat ook gebeuren. Ik heb geen moeite met kritiek op het Vlaamse beleid, maar de Vlaamse begroting is wel in evenwicht en ging volgens de projecties van de Vlaamse administratie naar een overschot van 1,9 miljard in 2019. Tenminste, zonder staatshervorming. Als je de zesde staatshervorming incalculeert, wordt dat een tekort van 500 à 600 miljoen. De volgende Vlaamse regering moet dus saneren om haar begroting in evenwicht te krijgen.”

Is de bevolking klaar voor besparingsregeringen op alle niveaus?

Bart De Wever: “Goede vraag. De betere vraag is: kunnen we anders? Natuurlijk niet. Kijk naar de groeiritmes in de sociale zekerheid: 45 miljard euro uitgaven in 2000 en 75 miljard in 2010. Dat is veel sneller dan de economische groei en de vergrijzing moet nog beginnen.”

Sommige partijen zeggen dat een vermogensbelasting en een hogere fiscaliteit op kapitaalopbrengsten nodig zijn om de overheidsfinanciën te saneren. U pleit daar niet voor.
Bart De Wever: “Een vermogensbelasting begint met de stelling dat de superrijken de crisis moeten betalen, maar uiteindelijk is het altijd de middenklasse die daadwerkelijk moet dokken. Vooral onroerend goed komt dan in beeld. Het kabinet van minister van Financiën Koen Geens (CD&V) heeft een studie gemaakt over het belasten van de huuropbrengsten. Daar ben ik echt bang voor. De Vlaamse vastgoedmarkt is, in tegenstelling tot de Nederlandse, niet ineengezakt. Alleen al de aankondiging van dat soort maatregelen kan een negatief economisch effect hebben.”

Een vermogenswinstbelasting is nog iets anders.

Bart De Wever: “Kijk naar de statistieken. Voor alle types belastingen fietsen we voorop in het peloton, behalve voor belastingen op consumptie. Er zijn al vermogensbelastingen: successierechten, schenkingsrechten,… Ik geloof niet in een vermogenswinstbelasting. Dat is de eeuwige zoektocht naar een nieuwe citroen die we nog kunnen uitpersen. De PS droomt daar natuurlijk van, met de hete adem van de communisten in haar nek. Met de PS aan de onderhandelingstafel zullen ze weer op zulke thema’s kamperen. Minstens op het vermogenskadaster. In 2010 kwam de PS daar bij de onderhandelingen ook al mee op de proppen. Als je de PS wil doorgronden, moet je naar Frankrijk kijken. Dat is het referentieland. En daar is er een vermogensbelasting.”

Is het beleid daar niet aan het kantelen? Eerste minister Manuel Valls kiest voor minder uitgaven en lastenverlagingen voor de bedrijven.

Bart De Wever: “Ik kijk daar met enig ironisch amusement naar. Valls neemt maatregelen die ik niet bij de PS heb gelezen. Maar ik geef een ander voorbeeld. De PS wil dat de vakbond elke dag bij de CEO de concrete bedrijfscijfers kan komen vragen. In Frankrijk bestaat dat en dus wil de Belgische PS dat ook. In het debat met Paul Magnette heb ik op dat voorstel gewezen. De Vlaamse aanwezigen waren verbijsterd, maar de Franstaligen konden zich daar omwille van de zogenoemde transparantie van de bedrijfsvoering wel in vinden. Dan zie je toch die grote cultuurverschillen, ook economisch.”

Vindt u straks partners voor uw sociaaleconomisch plan? Ook in Wallonië?

Bart De Wever: “Het antwoord op die vraag ligt in handen van de Franstalige kiezer. Maar er is reden tot scepticisme. Als de PS 10 procent verliest, maar die stemmen gaan naar de PTB, dan vraag ik mij af wat er zal gebeuren. Al kan je de vraag ook omkeren. Als de Vlaamse coalitiepartners van de PS zeggen dat België goed bezig is, dan moeten ze vooral voortdoen. Maar dan wil ik wel weten hoe men in 2016 een begrotingsevenwicht zal bereiken met een PS die langs links wordt opgejaagd. Ik denk dat de PS het best naar de oppositie wordt verwezen.”

Is dat realistisch?

Bart De Wever: “Ik ben daar niet zo pessimistisch over. Ik denk dat er PS’ers zijn die liever vijf jaar in de oppositie zitten. Wie de huidige regering al te rechts vindt, zal niet happig zijn om in een nieuwe ploeg te stappen die sowieso zwaar zal moeten besparen.”

Toch vrezen politieke waarnemers na 25 mei voor een impasse. Wat als de financiële markten de rente omhoog jagen?

Bart De Wever: “Dat is absoluut te vermijden. Maar 2010 was anders. De N-VA had de overwinning niet verwacht en we zijn direct met Di Rupo gaan praten. Hij was volgens mij oprecht toen hij zei dat hij het signaal van de Vlaamse kiezer had begrepen, en dat er ‘beaucoup, beaucoup, beaucoup’ moest worden gedaan. Mijn vraag was dan: wat is die ‘beaucoup, beaucoup, beaucoup’? Dat bleek zeer weinig te zijn. Maar dan ben je al aan het onderhandelen en zit je in een fuik waar je niet meer uit kan. Ik heb ook de balans gemaakt: de N-VA gaat niet meer naar een kasteel om maandenlang te onderhandelen.”

U legt nu veel nadruk op het sociaaleconomische, maar hoe zit het met de communautaire eisenbundel van de N-VA? Hoe kunt u dat confederalisme realiseren?

Bart De Wever: “Een partij als de N-VA zal het communautaire nooit loslaten. We willen de sociaaleconomische problemen direct aanpakken. Maar ik wil ook niet terug naar af gaan, zoals in 1988 toen de PS koos voor de ‘retour du coeur’ na het goede beleid van rooms-blauw. Of naar de tijd van Guy Verhofstadt, die het primaire saldo opsoupeerde nadat België onder Jean-Luc Dehaene was geslaagd voor het euro-examen. De N-VA wil op korte termijn sociaaleconomisch besturen.

“En historisch gezien merk ik dat de PS zeer regionalistisch wordt en vragende partij is voor de splitsing van bevoegdheden als je ze federaal van de macht verdrijft of als haar belangen in het gedrang komen. In de jaren zestig was dat zo, en in 1991 met de wapenuitvoer. Vlaamse partijen in de federale regering wilden geen wapenexport naar Saudi-Arabië, de Franstaligen wel. Die bevoegdheid is toen in tien seconden geregionaliseerd. Ik heb de PS nooit op enige liefde voor België voor betrapt. Ik heb dat gemerkt toen het tijdens de onderhandelingen van 2010 zeer warm werd.”

Hoezo?

Bart De Wever: “Als Laurette Onkelinx begon te roepen, kwam wat haar interesseerde er zeer sec uit. In essentie kwam het erop neer dat ze de Belgische koe nog tien jaar wou melken en dat wij het karkas mochten houden. Maar Brussel en het geld was voor hen. ‘C’est le prix de la liberté’, hoor ik haar nog krijsen. De Franstalige partijen zijn zeer cynisch en wisten toen zeer goed dat de oplopende rente in Vlaanderen veel gevoeliger lag dan in Wallonië. Door te wachten, wisten ze dat ze zouden winnen. Daarom zeg ik nu: als de PS in de oppositie kan, gaan we ervoor.”

Wilt u premier worden van een regering zonder de PS?
Bart De Wever: “De beste premier is degene die het meeste van mijn programma uitvoert. Ik heb de voorbije 25 jaar meer dan eens een centrumrechtse Vlaamse politicus zien opstaan die het goed kan zeggen, de verkiezingen wint, in de Wetstraat 16 gaat zitten en dan verliest. Ik denk aan de Guy Verhofstadt van de jaren negentig met radicale sociaaleconomische en ook Vlaamse standpunten. Als ik die man nu zie, dan kan ik niet anders dan denken dat hij toen of nu een mythomaan is. Het CD&V/N-VA-kartel nam die analyse over. Ik ben nu die populaire centrumrechtse politicus. Wel, waarom zou ik op basis van het verleden zo snel mogelijk naar de 16 moeten gaan?”

Zijn er breekpunten in uw programma? En zaken die mogen sneuvelen?

Bart De Wever: “Ik heb in de politiek het woord ‘breekpunt’ nooit gebruikt. Maar Plan V is een richtingaanwijzer dat naar een besparingslogica wijst. Je moet snoeien om te groeien. Dit is geen economische nekslag. Eigenlijk heb ik de verkiezingen inhoudelijk al gewonnen. Als je de programma’s van de N-VA, CD&V en Open Vld samenneemt, dan is de richting van de volgende regering bepaald. Maar die twee partijen doen wel het omgekeerde van wat ze zeggen. Waarom? Omdat ze met de verkeerde partij in de regering zitten.”

Iets anders: wat moet er gebeuren met de Arco-coöperanten?
Bart De Wever: “Ik moet opletten met wat ik zeg, want ik woon in hetzelfde huis als een Arco-belegger. Mijn moeder is een van hen. De N-VA kan geen staatsgarantie goedkeuren omdat die kaduuk is. Bovendien ga je dan volledig voorbij aan de verantwoordelijken in het verhaal. Dexia is toch het financiële schandaal van de eeuw. Zij die de dividenden hebben opgestreken en nooit vragen hebben gesteld, zijn erin geslaagd hun eigen waarborgregeling te schrijven. De belastingbetaler kan niet zomaar voor dit wanbeleid opdraaien. De N-VA is bereid ervoor te zorgen dat de Arco-belegger wordt vergoed, want die is bedrogen, maar dat moet gebeuren door de verantwoordelijken aan te spreken. De N-VA heeft met dat standpunt nooit een bocht gemaakt.”

België wordt steevast met de eurozone vergeleken: een welvarend noorden, een weinig concurrentieel zuiden.

Bart De Wever: “Vandaag is Europa een maxi-België. In Spanje zijn de sociale uitgaven na de invoering van de euro met 67 procent gestegen. Ze hebben op de pof een welvaartsstaat uitgebouwd. Door de financiële crisis breekt de eurocrisis uit en kom je in Belgische situaties terecht. Wie aan het potverteren was, heeft plots solidariteit nodig. De Grieken gaan daar ver in, sommigen berekenen zelfs hoeveel Duitsland moet betalen voor de oorlogsschade van zeventig jaar geleden. Die solidariteit wordt niet in economische, maar in emotionele termen gevraagd. Dat ken ik ergens van: diegene die geeft, wordt ook nog eens uitgescholden. Dat maak ik als Vlaming al mijn hele leven mee.

“En de Zuid-Europese landen zouden erbovenop komen? Dat hoor ik hier ook al jaren. Maar Wallonië heeft niets ingehaald. Di Rupo zei me altijd: ik heb nog tien jaar nodig. Maar hij vertelde er niet bij wanneer die tien jaar beginnen. De toekomst van België en die van Europa lopen parallel. Het zijn allebei slecht geconstrueerde optelsommen van verschillende democratieën. Ofwel haal je constructiefouten eruit en ga je door. In Europa is dat een begrotingsunie, in België een institutionele hervorming. Ofwel springt alles.”

Staat het woord ‘confederalisme’ eigenlijk in het partijprogramma? Is dat confederalisme economisch doorgerekend?
Bart De Wever: “Dat zou een oefening in virtuele realiteit zijn. We worden morgen niet wakker in het confederalisme. Als de N-VA op 25 mei zo’n groot mandaat krijgt voor een paradigmashift, dan is het confederalisme pas in 2019 operationeel.”

Dus eerst een herstelregering en dan de institutionele omslag. Kunt u uw achterban van die strategie overtuigen?

Bart De Wever: “Ik denk dat onze achterban gelooft dat wie vandaag de partij bestuurt, het goed voor heeft met de inhoud en het project van de N-VA. Als we keuzes maken, is dat niet met oog op het bekleden van bepaalde ambten. Voor mij is de essentie van de politiek niet dat mijn doodsbrief zo lang mogelijk moet zijn met allerlei titeltjes en eretekens, met ‘minister van staat’ helemaal onderaan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content