EducIT: de digitale kloof overbruggen

PHILIPPE VAN OPHEM EN DANIEL VEROUGSTRAETE Het programma heeft al bijna 28.000 leerlingen uitgerust en 9.000 leraren opgeleid.
Christophe Charlot redacteur Trends - Tendances

In het Franstalige onderwijs is de impact van de kleine vzw EducIT niet anekdotisch. Ze heeft zelfs de basis gelegd voor een copernicaanse revolutie in computerapparatuur voor leerlingen.

Na een succesvol ondernemersleven hebben Philippe Van Ophem en Daniel Verougstraete hun krachten gebundeld om scholen te helpen bij hun digitale transformatie. Ze stellen voor het paradigma te veranderen en, in plaats van scholen uit te rusten, elke leerling te voorzien van een apparaat en leraren te helpen digitale technologie te integreren met de steun van gespecialiseerde techpedagogen.

Het doel is gebruik te maken van het rijke palet aan onderwijspraktijken die door digitale technologie worden ondersteund, maar ook de digitale kloof bij de wortel aan te pakken door de digitale basisvaardigheden van jongeren te ontwikkelen, voorbij Instagram, Snapchat of Fortnite.

Uit de jongste barometer van de Koning Boudewijnstichting blijkt dat de digitale kloof bijna één op de twee Belgen treft. “Landen als Nederland, de Scandinavische landen en Spanje, waar leerlingen de mogelijkheid hebben regelmatig een computer in de klas te gebruiken, hebben minder last van de digitale kloof”, stellen de twee ondernemers achter EducIT. “Hoe kan een jongere, wiens ouders niet digitaal geletterd zijn, de vaardigheden ontwikkelen die hij of zij nodig heeft, als de school hem of haar die kans niet geeft? Het gaat niet alleen om hun succes in het hoger onderwijs en hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt, maar ook om hun vermogen met de overheid te communiceren: aanvragen bij de gemeente, belastingaangiften, enzovoort.”

Cofinanciering

Met zo’n doelstelling voor ogen mag de prijs van de apparatuur geen belemmering zijn. De door de vereniging bedachte aanpak, die een jaar geleden werd overgenomen door de Franse Gemeenschap, die ze voorstelt en financiert voor de Franstalige scholen, is een cofinanciering door de overheid (momenteel 75 euro per leerling) en de ouders (25 euro per trimester gedurende drie jaar). Dat mechanisme wordt aangevuld met een solidariteitsfonds dat tot 40 procent van de kosten van de apparaten dekt voor leerlingen in scholen met de laagste sociaaleconomische score.

Tot dusver heeft het digitale programma het mogelijk gemaakt bijna 28.000 leerlingen uit te rusten en ongeveer 9.000 leraren op te leiden in digitale technologie. “Vooral dankzij de samenwerking met de overheden, zal die verandering op termijn alle Franstalige middelbare scholen en de 360.000 leerlingen die ze bezoeken ten goede komen”, aldus Philippe Van Ophem en Daniel Verougstraete. Die samenwerkingen stellen de vzw ook in staat geleidelijk de teugels te vieren. “Onze ambitie was een model op te zetten en het te valideren. Nu de overheid het model overneemt en de schaal kan vergroten, stappen wij graag volledig opzij”, zeggen de ondernemers, die nu voor een vlotte overdracht kunnen zorgen. Missie (binnenkort) volbracht.

Partner Content