België heeft nog altijd meer dan genoeg voeding

aanschuiven in de supermarkt in coronatijden © belga
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

Er werd de voorbije week massaal gehamsterd in België. Dat was alweer van 1956 geleden, na de inval in Hongarije door de Sovjet-troepen en de crisis in het Suezkanaal. Wat zijn kritieke punten voor de voedselvoorziening in het land? Trends vroeg het aan enkele specialisten van de voedselproductie.

Vlees

“Er is weinig kans dat er geen vlees meer zal zijn”, oordeelt Michael Gore, de gedelegeerd bestuurder van de vleesproducentenfederatie Febev. “De productie in eigen land kan meer dan voldoende voldoen aan de nationale vraag. Op dit ogenblik is er door het hamstergedrag een grotere vraag naar vlees, maar onze bedrijven kunnen de vraag nog aan”.

Groenten en fruit

“De voorbije dagen hebben we veel grotere volumes geleverd aan de supermarkten”, zegt Dennis Duinslaeger, verantwoordelijk voor de investeerdersrelaties bij Greenyard, de grootste verdeler van fruit en groenten in België, en deels ook producent. “Dat is begrijpelijk gezien het hamsteren, maar ook door de verschuiving van consumptie buitenshuis naar consumptie thuis. We verwachten dat dit de komende tijd zal doorzetten. Maar er mag geen twijfel over bestaan dat er voedsel genoeg is.”

Zuivel

“Er is ook meer dan genoeg zuivel in België”, zegt Renaat Debergh, gedelegeerd bestuurder van de Belgische vereniging van zuivelproducenten. “60 procent van onze zuivel wordt geëxporteerd. De bevoorrading is dus geen enkel probleem. We produceren volop, maar de producten moeten uiteraard ook ter plaatse geraken. Dat verklaart de lege rekken in de grootwarenhuizen. Wij zijn overigens niet blij met de hoge vraag. Uiteraard verkopen we meer via de supermarkten en de winkels, maar hamsteren is onnodig. Tegelijk valt een heel belangrijke markt weg, die van de horeca en de catering. Sommige van onze melkproducenten zijn daarin gespecialiseerd. Bovendien zijn belangrijke exportmarkten weggevallen door de fors gedaalde olieprijs. Het Midden-Oosten, Algerije en Nigeria zijn voor ons belangrijke afzetmarkten. Het effect van de verhoogde vraag in de winkels is kleiner dan die van het wegvallen van die twee andere grote segmenten.”

Landbouw

“We zien een stijgende verkoop in de bakkerijen en de winkelketens”, zegt Jules Noten, CEO van Vandemoortele, een belangrijke Europese speler in diepgevroren bakkerijproducten, margarines en vetten. “Maar de horeca en catering is weggevallen. Dat hamstergedrag is een tijdelijk fenomeen. We vragen aan onze werknemers geen overuren. Hun familiale evenwicht mag niet verstoord worden. Bovendien willen we hamstergedrag niet aansporen.”

Arvesta, verbonden met de Boerenbond, is bij de particulier vooral bekend door de Aveve-winkels. Daarnaast is er een sterke tak voor de professionele markt, met onder meer veevoeding, zaden, horticultuur. “Door de coronacrisis zullen we wellicht allemaal inzien hoe belangrijk zelfvoorziening is in onze voedselketen en hoe goed onze lokale producten zijn”, zegt CEO Eric Lauwers. “De Belgische land- en tuinbouwers volgen de meest strikte normen voor voedselveiligheid en gezondheid. Dat is niet altijd het geval met geïmporteerd voedsel. Voor veevoeders zijn er op dit moment weinig of geen bevoorradingsproblemen. Arvesta heeft veertien productiesites in eigen land en de buurlanden. Voor de aanvoer van granen zoals tarwe, gerst en maïs is er evenmin een probleem. Ook daarin is België zelfvoorzienend. En voor grondstoffen uit het buitenland loopt de aanvoer nog altijd normaal. Voor zaaigranen hebben we in Landen, in Vlaams-Brabant, een heel moderne site. Daardoor zijn we niet of weinig afhankelijk van derden of het buitenland. Er is voldoende zaaigoed voor zomergranen en maïszaden. Het pootgoed voor aardappelen wordt momenteel volop geleverd. Alle bestelde volumes kunnen we nakomen. Ook meststoffen hebben we voldoende, zeker voor het teeltseizoen van 2020.”

Bakproducten

In de winkels van Aveve ziet Eric Lauwers “een sterk gestegen vraag naar alles wat voeding is. Bloem- en bakproducten zijn zeer gewild, maar ook diepvriesproducten zoals brood en gebak. Of groenten, fruit, zuivel en verse soep van de lokale boer. Daarnaast is er een grote vraag naar dierenvoeding, zowel voor huisdieren als voor boerderijdieren en paarden. Eigenlijk is nu het ideale moment om aan je moestuin te beginnen. Zo kun je voor een eigen voorraad groenten en fruit zorgen. Jammer genoeg kunnen we door de overheidsmaatregelen geen plant- en zaadgoed verkopen.”

De knelpunten

Michael Gore van de vleesproducenten benadrukt dat de werknemers gemotiveerd moeten blijven. “Mensen die thuis kunnen werken krijgen extra voordelen, zoals vrijstelling van de betaling van energiefacturen. Mensen die moeten blijven werken, zeker in onze sector, moeten we blijven motiveren. Een gelijkschakeling zou beter zijn, zodat we onze mensen ook aan het werk kunnen houden. We hebben een tekort aan mondmaskers voor de bescherming van onze werknemers. Productie blijft dus nog altijd mogelijk, al kunnen niet alle productieapparaten een afstand tussen personen van anderhalve meter garanderen.”

Ook bij Greenyard is het moeilijk werken. “De verhoogde vraag betekent een enorme inspanning van al onze collega’s, ploegen, telers en klanten zodat de groenten en fruit zo goed, veilig en snel mogelijk wordt geleverd bij onze klanten”, zegt Dennis Duinslaeger. “Onze betrachting blijft volledige bevoorrading. Maar indien nodig zullen we voorrang geven aan producten die een hoge rotatie hebben ten opzichte van minder snel verkopende producten. Ook de logistieke problemen krijgen we opgelost. Enkele voorbeelden? Het veilig ontladen van een vrachtwagen uit risicogebieden, regio’s in Italië of Spanje. Daarnaast moet de doorstroming van onze goederen aan de grenzen verzekerd blijven, of de beschikbaarheid van voldoende vrachtwagenchauffeurs. We zijn heel dankbaar voor de steun van de Europese Commissie. Die geeft voorrang aan medisch en voedseltransport. Op langere termijn wordt veel ziek personeel misschien een uitdaging. Onze telers en leveranciers, onze transporteurs en wijzelf moeten voldoende mensen aan het werk kunnen houden. We zijn zeer dankbaar dat al die mensen in deze onzekere tijden extra inspanningen leveren en elke dag aan het werk gaan. Zij begrijpen dat zij een belangrijke schakel zijn in de voedselvoorziening.”

Volgens Renaat Debergh van de zuivelproducenten is melk als grondstof geen probleem. “Maar het is heel belangrijk dat de Europese grenzen openblijven, want verpakkingen en bepaalde ingrediënten komen uit het buitenland. Bovendien is het in onze fabrieken nu alle hens aan dek. Er is al uitval, door corona, bij arbeiders en bedienden. Als die toestand verergert, kunnen bepaalde kritische functies onbemand geraken. In een aantal bedrijven worden leden van het middenmanagement al omgevormd tot operators. Want het productieapparaat is grotendeels geautomatiseerd. Het sturen van die machines kan je niet zomaar snel leren. Sommige fabrieken verwerken tot één miljard liter. Als daar te veel personeel uitvalt, kan dat schokgolven geven.”

Arvesta heeft continuïteitsplannen, indien een productiesite te veel zieke personeelsleden zou tellen. “De productie moet gegarandeerd blijven”, stelt CEO Eric Lauwers. “In ons logistiek centrum hadden we op een bepaald moment tot een vijfde zieken. Ook veel van onze toeleveranciers, zoals transporteurs, zijn vandaag onderbemand, onder meer door het vertrek van hun buitenlandse medewerkers. Dit alles maakt het een hele uitdaging om onze boeren, tuinders en winkels te blijven bevoorraden. We trainen vandaag experts uit andere afdelingen, zodat die bij massale uitval kunnen invallen op onze productiesites en logistiek”.

Buitenlandse fabriek

“Zowel in Italië als in Frankrijk hebben we vastgesteld dat tekorten kunnen optreden, al verschilt dat per regio”, merkt Michael Gore van de vleesproducenten. “In bepaalde departementen in Frankrijk lag er geen vlees meer in de rekken. Ook bij ons kan de bevoorrading een probleem worden, als steeds meer mensen ziek worden. Dan zullen we heel creatief uit de hoek moeten komen.”

Italië is een netto-invoerder van melk. Toch is er ook daar geen melktekort voor de consument. “Het ophalen van de melk bij de boer gaat door”, zegt Renaat Debergh. “Geen enkele fabriek in Italië is uitgevallen omdat er te veel zieken waren. Wél heeft Italië fabrieken die specifiek voor de horeca en catering werken. Die hebben nu te weinig werk, want die markt is weggevallen. En je kan dat productieapparaat niet snel omschakelen naar melk voor consumenten”.

Vandemoortele is ook actief in Frankrijk en Italië. Vandemoortele kocht begin 2015 de Italiaanse marktleider in diepvriesbrood. “In Italië hebben we twee fabrieken”, zegt CEO Jules Noten. “Het absenteïsme bedraagt er vandaag 9 procent, terwijl dat normaal 6,5 procent is. Er is nog geen enkele werknemer in het ziekenhuis opgenomen met corona. Ook al onze fabrieken in Frankrijk werken. In Reims hadden drie werknemers symptomen van het virus. We hebben de fabriek stilgelegd en gedesinfecteerd. De fabriek is weer opgestart. Ook onze Belgische fabrieken draaien allemaal. Het absenteïsme in België bedraagt weliswaar 15 procent. Ik ben onder de indruk van onze mensen in Frankrijk en Italië. Zij beseffen hun verantwoordelijkheid: de voedselketen moet blijven draaien. Wie in België ziektesymptomen heeft, moet uiteraard thuisblijven. Maar wie die niet heeft, moet uit burgerzin komen werken.”

Partner Content