Vragen bij geloofwaardigheid ratingburo’s

Het overheidstekort in de VS is in de afgelopen tijd opgelopen naar 13% van het Bruto Nationaal Product. De steun aan banken en aan de automobielindustrie trekt een zware wissel op de Amerikaanse overheid, zo merkt Steentjes Vermogensbeheer op.

Steeds vaker wordt de vraag gesteld hoe solvabel de United States of America nog is. Die vraag werd de afgelopen week actueel. Het ratingburo Standard & Poor’s verlaagde namelijk de outlook voor de rating voor Groot-Brittannië van stabiel naar negatief.

Op dit moment is de rating nog altijd Triple A wat de hoogste waardering is en veel Westerse landen hebben. Wie in de afgelopen tijd de ontwikkelingen ziet in het Britse
Koninkrijk mag inderdaad vragen stellen bij de ontwikkelingen daar.

Het bankensysteem is in elkaar geploft en alleen met de steun van de regering bestaan enkele banken nog. Daarnaast lijkt het declaratiegedrag van leden van het parlement meer te horen bij een bananenrepubliek dan bij een democratische
Westerse samenleving.

Toch mogen er volgens Steentjes Vermogensbeheer vraagtekens worden gesteld bij de actie van Standard & Poor’s. Zij hebben zich net als de andere ratingsburo’s sterk vergist in de risico’s van de diverse hypotheekpakketten die door banken werden ontwikkeld.

Ze gaven aan sommige producten een hogere rating die (achteraf)
veel meer risico hadden. Men ziet dan vaak dat men volledig omslaat en nu al bij het minste of geringste de ratings snel negatief bijstellen. Dat is natuurlijk eveneens een verkeerde aanpak.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content