Valentijn van Nieuwenhuijzen (ING): “Er wordt soms te vroeg alarm geslagen”
Zelfs met de stijgende begrotingstekorten, een staatsschuld van rond 90% (als % van het bbp) en inflatie van ruim boven de 2% in de VS en Duitsland is de rente op 10-jaars staatsobligaties van die landen nauwelijks anders dan begin 2009. Gedurende de afgelopen tweeënhalf jaar zijn deze rentetarieven wel bewegelijk geweest, maar in relatief lage bandbreedtes gebleven van 2,5%-4% in de VS en 2%-3,5% in Duitsland.
Valentijn van Nieuwenhuijzen (ING): “Ook opvallend is dat de op- en neerwaartse bewegingen voornamelijk het gevolg waren van de cyclische dynamiek (hogere rente bij conjuncturele kracht en vice versa) en verwachtingen over de richting van het monetair beleid (lagere rente bij monetaire verruiming en vice versa).”
Dit gedrag staat opmerkelijk genoeg lijnrecht tegenover de notie dat markten die zich voornamelijk zorgen maken over overheidsfinanciën en de inflatie. Als zij zich daarop zouden richten dan zou het vooruitzicht van hogere groei juist tot lagere rentes leiden (vanwege een lager risico van wanbetaling) en moet een ruimer monetair beleid tot hogere rente leiden (door de inflatieverwachtingen op te stuwen).
Van Nieuwenhuijzen: “Het gebleken gedrag van de obligatiemarkten laten duidelijk zien dat er ook een risico dat er te vroeg alarm wordt geslagen. Uiteraard biedt dit geen enkele garantie dat het tweekoppige monster ooit toch een bezoekje brengt aan obligatiemarkten. Wel maakt het duidelijk dat zo’n bezoek in de nabije toekomst niet noodzakelijk onvermijdelijk is.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier