Olieprijzen stijgen ondanks zwakke vraag

De vraag naar olie is in de Verenigde Staten op het laagste punt sinds het uitbreken van de globale economische recessie beland. Het economisch herstel verloopt met horten en stoten, terwijl anderzijds het consumentenvertrouwen nog steeds uiterst wankel is.

Daardoor is de vraag naar petroleumproducten op zijn zachtst gezegd eerder flauw. Meteen rijst de vraag waarom de olieprijzen dan toch zo goed standhouden. Aangezien er op de markt geen tekort is aan ruwe olie, moeten het emotionele factoren zijn die de olieprijzen opstuwen.

Op de eerste plaats zijn het natuurlijk de speculanten die een rol spelen in de stijging van de olieprijs. Die prijs was relatief stabiel gebleven, zodat het een koud kunstje was om via gerichte aankopen de prijs naar hogere regionen te duwen. Zoals bekend houden speculanten niet van stabiele prijzen.

Daarnaast zijn er ook een aantal raffinaderijen gesloten geweest in Californië en de midwest, waardoor de vraag naar ruwe olie tijdelijk op een lager pitje kwam te staan.

Zodra die vraag weer aantrok, is de olieprijs opnieuw gaan stijgen tot gisteren meer dan 96,50 dollar per vat. De vraag is echter of er in de huidige omstandigheden wel veel ruimte is voor een verdere stijging.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content