Japanse crisissen leidden telkens tot een recessie

De crisisissen in respectievelijk 1992 en 2008 leidde volgens Dexia tot een recessie ingevolge de forse daling van de private en overheidsbestedingen, alsook de investeringen, voor al door de ineenstorting van de bouwactiviteit.

De invoer kromp en de uitvoer leed ook fors terreinverlies gezien de terugloop van de binnenlandse vraag. De recessie kwam hard aan en was zowel voor Japan als de eurozone de scherpste sinds wereldoorlog II.

Het bruto sparen van de private sector steeg. De werkloosheid nam versneld toe. De inflatie daalde en werd zelfs negatief.

Het overschot op de lopende rekening daalde of trappelde ter plaatse omwille van de negatieve inbreng van de uitvoer die de hogere spaarneiging min of meer neutraliseerde.

Het begrotingstekort steeg onmiddellijk in de eurozone en pas enkele jaren later in Japan.

De staatsschuld explodeerde onmiddellijk. De korte-termijnrentevoeten daalden spectaculair ingevolge de drastische versoepeling van de monetaire politiek. De langetermijnrentevoeten volgden de dalende trend ook omwille van de recessie en de deflatie.

Uit deze vergelijking blijkt inderdaad een opvallend parallellisme tussen de ontwikkelingen in Japan en in de eurozone. Juist voor en juist na het uitbreken van de crisis in resp. 1992 en 2008. Wel zijn de niveaus soms sterk verschillend.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content