Europese banken oefenden nefaste invloed uit op economie
De onderlinge afwijking in efficiëntie tussen de diverse lidstaten bleek groter dan verwacht bij het opzetten van de muntzone, hetgeen volgens professor Stefan Duchateau een te dure munt veroorzaakte voor de zuiderse landen en een competitief voordeel creëerde voor Duitsland.
Hierdoor versnellen de onderlinge verschillen verder, met als enige remedie zware besparingen om de verschillen in efficiëntie in één volgehouden dramatische besparingsinspanning te herstellen.
Precies wat niet nodig is om een economisch herstel in te zetten. Enig begrip dus voor de lethargische groei in het grootste deel van de Europese unie, behoudens Duitsland, natuurlijk, waar een conjunctuurpad wordt gevolgd dat zeer analoog verloopt met het Amerikaanse.
Veel minder begrip echter voor de bancaire situatie. De Amerikaanse banken waren reeds voor de crisis veel kleiner in verhouding met het BNP van hun land dan de Europese.
Zowel de individuele banken als de totale financiële sector waren in Europa tot driemaal zo groot in verhouding tot het BNP als hun Amerikaanse soortgenoten.
Vandaar dat de belangen van banken véél meer doorwegen in de Europese besluitvorming dan in de Amerikaanse. Dit leidde tot uitstel van de nodige maatregelen waardoor de falende strategie van de Europese grootbanken veel langer de tijd kregen hun nefaste invloed uit te oefenen op de reële economie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier