‘Beleggers moeten momenteel niet rekenen op meer rendement dan 4 à 5 procent’
De voorkeur van de beheerders van Banque de Luxembourg gaat uit naar Europa en Azië. ‘Beleggers moeten hun verwachtingen bijstellen.’
Banque de Luxembourg is aan een opmars bezig. In België beheert de bank meer dan 3,7 miljard euro aan activa en ze heeft twee vestigingen, een in Brussel en een in Gent. De Luxemburgse groep heeft de voorbije jaren een sterke reputatie opgebouwd met haar gemengde fondsen die worden beheerd door Guy Wagner en zijn team. De fondsen rekenen weinig lopende kosten aan (minder dan 1,5% per jaar), zetten goede prestaties neer in moeilijke periodes – onder meer tijdens de crisissen van 2008 en 2011 – en de deelbewijzen van de producten schommelen weinig in waarde.
“Er is een sterke correlatie tussen de hoge schuldenlast en de zwakke groei”, analyseert Guy Wagner de economische toestand. “De sterkte van de economische activiteit hangt af van factoren die slechts langzaam kunnen verbeteren, zoals de demografische groei en de productiviteit. Volgens meerdere economische studies zou het groeipotentieel in de Verenigde Staten op lange termijn 1,5 procent zijn.”
Aangename verrassingen
‘We staan niet aan de rand van een nieuwe recessie, maar de groei is misschien niet zo sterk als verhoopt’
“We zien dat de aangename verrassingen over de groei en de bedrijfsresultaten dit jaar vooral uit Europa komen”, merkt Wagner op. Hij stelt vast dat de vertrouwensindicatoren de goede kant uitgaan, maar dat de harde economische cijfers een gematigder beeld geven van de Europese groei. “We staan niet aan de rand van een nieuwe recessie, maar de groei is misschien niet zo sterk als verhoopt.”
De voorbije jaren zagen de meeste markten, met uitzondering van de opkomende landen, hun koersen sneller stijgen dan de winst, waardoor de waarderingen doorgaans relatief hoog zijn. Daarom denkt Wagner dat we geen beurscrash hoeven te vrezen. “Beleggers moeten alleen hun verwachtingen bijstellen voor het toekomstige rendement. Met de huidige koersniveaus moet je niet rekenen op meer dan 4 à 5 procent per jaar. Maar dat blijft nog altijd veel hoger dan wat obligaties en cash opbrengen.”
Strikt defensief
Damien Petit, die verantwoordelijk is voor het portefeuillebeheer, legt uit dat hij op basis van die macro-economische analyse minder belegt in overheidsobligaties van ontwikkelde landen, met uitzondering van Amerikaanse obligaties. “Meer en meer zijn Amerikaanse obligaties een vluchtwaarde zoals goud.” Daarnaast zitten er ook obligaties uit opkomende landen in de portefeuille. “We gaan in de obligatieportefeuille voor strikt defensief. We kopen bijvoorbeeld geen hoogrentende bedrijfsobligaties, die even volatiel kunnen zijn als aandelen.”
Aandelen maken het grootste deel van de beleggingsportefeuille uit (47% in een evenwichtige strategie). Banque de Luxembourg heeft de posities in Amerikaanse aandelen onlangs verlaagd ten voordele van Europese en Aziatische aandelen, in het bijzonder Zuid-Korea (zie kader Beleggen in Zuid-Korea). Petit: “We zoeken naar kwaliteitsbedrijven die noteren tegen redelijke prijzen, met een sterke concurrentiepositie, gezonde financiën en kasstromen die het rendement beschermen op lange termijn. Dat sluit sectoren zoals banken, telecombedrijven en elektriciteitsproducenten uit. Consumptie, technologie, gezondheidszorg en industrie krijgen het grootste gewicht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier