Van de Noorse kroon tot de Braziliaanse real: valuta onder de loep
Hoe is het gesteld met de Noorse kroon, de Zweedse kroon, de Turkse lira en de Braziliaanse real?
Noorse kroon
De Noorse centrale bank heeft de rente eind juni verhoogd van 0,75 naar 1,25 procent. De Norges Bank verwacht dat dit geen eindpunt is: in augustus komt er wellicht weer een kwart procent bij. De reden? De inflatie die maar blijft voortrazen. De voorzitter van de centrale bank, Ida Wolden Bache, laat haar mening beïnvloeden door Christine Lagarde, de voorzitster van de Europese Centrale Bank (ECB). Beiden willen behoedzaam te werk gaan. Lagarde gaat de rente voor het eerst sinds 2011 verhogen met ‘slechts’ 0,25 procentpunt. Het kan ook 0,5 procentpunt worden, als de inflatiedruk te hoog blijft.
Wolden Bache nuanceert de verhoging in Noorwegen door te zeggen dat de rente nog altijd op een laag niveau staat en dat het monetaire beleid nog altijd stimulerend werkt. Ze volgt dus de redenering van Jerome Powell, de voorzitter van de Amerikaanse centrale bank (Fed), niet. Die heeft op een topbijeenkomst in Portugal nog eens verkondigd dat hij liever te fors op de rem staat dan te zwak.
De Noorse kroon wordt er niet duurder door. De Noren betalen zelfs 2 procent meer voor een euro dan een jaar geleden en 10 procent meer dan vijf jaar geleden. Nochtans is de Noorse economie erg robuust dankzij de gigantische inkomsten uit olie en gas. Maar experts beginnen te twijfelen over de bocht die de overheid lijkt te nemen onder invloed van de klimaatlobby. Die wil vooral de natuur en het klimaat beschermen, de economie lijkt van ondergeschikt belang. Het doet de vraag rijzen of de Noorse kroon nog altijd een vooraanstaande plaats verdient in een obligatieportefeuille.
Zweedse kroon
Met de Zweedse kroon is het nog erger gesteld dan met de Noorse munt. De waarde verminderde in een jaar met 6 procent tegenover de euro. Het koersverloop op lange termijn is bedroevend. Nauwelijks tien jaar geleden betaalden de Zweden 8,3 kronen voor een euro. Vandaag is het al 10,7 kronen, of 10 procent meer. De economie van Zweden deed het in het eerste kwartaal van dit jaar niet goed. De inflatie van 7,5 procent knabbelt aan de koopkracht van de Zweden. Het bruto binnenlands product (bbp) daalde in het eerste kwartaal met 0,4 procent tegenover de voorgaande drie maanden.
De Riksbank, de Zweedse centrale bank, wilde de beleidsrente tot 2024 op nul houden, maar ze kan dat voornemen niet waarmaken. Door de verhoging tot 0,25 procent ligt de rente voor het eerst sinds 2014 weer boven nul. Maar de laatste dag van juni kwam er ineens weer 0,50 procent bij, waardoor de oudste centrale bank ter wereld de rente brengt tot 0,75 procent. De Zweedse minister van Financiën, Mikael Damberg, verlaagt de prognose voor dit jaar naar een economische groei met 1,9 procent. Een paar maanden geleden werd nog ongeveer het dubbele voorspeld. Het kan dus snel gaan. Zelfs voor volgend jaar stelt hij de groeivoorspelling naar beneden bij.
Die verontrustende berichten, zelfs van de eigen overheid, volstaan wat ons betreft om de aankoop van obligaties in de Zweedse munt argwanend te benaderen. Het renteverschil met leningen in euro is trouwens te beperkt om het muntrisico te lopen.
Turkse lira
De Turkse munt, de lira, staat op een historisch laag niveau. Het ene diepterecord na het andere sneuvelt. Tien jaar gelden betaalden de Turken 2,20 lira voor een euro. Vandaag is het 17 lira. Voor de Turken is dat een ramp. Hun munt wordt bijna dagelijks minder waard tegenover de euro en de dollar. Bovendien bereikt de inflatie (73,5 procent!) het hoogste niveau sinds 1998. En het is nog niet voorbij. President Erdogan blijft tegenstander van een hogere rente om de galopperende inflatie te beteugelen. De Turkse centrale bank hield vorige maand dus de rentes voor de vijfde maand op rij ongewijzigd op 14 procent. Zolang hij niet van mening verandert en de rente laat stijgen, blijft de inflatie onaanvaardbaar hoog en de Turkse lira bedroevend zwak.
Braziliaanse real
Brazilië wordt evenmin gespaard van een hoge inflatie. Die bedraagt vandaag 11,73 procent en stijgt nog verder. Banco Central do Brasil doet wat de meeste centrale banken doen, namelijk de rente verhogen. Ze beschikt over weinig andere wapens om de inflatie te bestrijden. Het is voor Brazilië al de vierde rentestijging dit jaar en dat brengt de huidige beleidsrente op 13,25 procent. De real, de Braziliaanse munt, spint garen bij de hoge rente. De munt steeg dit jaar al 14 procent tegenover de euro. Maar een obligatiebelegger moet verder kijken. De real is de voorbije vijf jaar met 43 procent in waarde gedaald tegenover de euro. Wie die munt in portefeuille heeft via obligaties, moet al serieuze coupons incasseren om het waardeverlies van de real te compenseren.
Maar een erg hoge rente die de inflatiedruk niet de baas kan, moet eerder vroeg dan laat ongelukken veroorzaken. De Braziliaanse economie is in het vierde kwartaal van 2021 wel uit een recessie geraakt. Over het hele jaar groeide de economie met 4,6 procent. Dat was een hele prestatie, omdat in 2020 nog een negatieve groei van 3,9 procent werd opgetekend. Maar de euforie zal van korte duur zijn. Voor dit jaar wordt maar een groei van 0,3 procent verwacht. Het begrotingstekort zit dicht bij 10 procent van het bbp. De overheidsschuld kan zelfs toenemen tot 90 procent van het bbp. Misschien komt er beterschap vanaf oktober 2022, als voormalig president Luiz Ináncio Lula da Silva terugkeert. Maar dat is verre van zeker, want de linkse leider van de Arbeiderspartij is zelf niet onbesproken
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier