Olie in smalle prijsvork
De beursgang van Saudi Aramco zet ruwe olie opnieuw in de spotlights.
De kogel is door de kerk. Saudi Aramco heeft de procedure opgestart voor de langverwachte en al een aantal keer uitgestelde beursgang van de grootste oliemaatschappij ter wereld. Dat zet ruwe olie opnieuw in de spotlights. De olieprijs zit tussen 55 tot 65 dollar voor Brent en ongeveer 5 dollar minder voor de Amerikaanse West Texas Intermediate (WTI). Die vork werd kortstondig doorbroken na de aanslagen op enkele olie-installaties in Saudi-Arabië, maar er volgde snel een terugval.
Recente stijging
De voorbije weken zit de olieprijs opnieuw in de lift als gevolg van de verwachting dat de Verenigde Staten en China binnenkort een voorlopig handelsakkoord sluiten. Dat zou aan beide kanten enkele invoerbeperkingen doen wegvallen waardoor ook een einde kan komen aan de daling van de activiteit in de verwerkende industrie van verschillende landen. Beide economieën zijn niet exclusief aan elkaar verbonden, waardoor er ook gevolgen zijn voor de groei in Europa, Australië en andere Aziatische landen als Japan en Zuid-Korea. Door die economische groeivertraging verlaagde het Internationaal Energie Agentschap (IEA) eind vorige maand opnieuw de vraagprognoses voor dit en volgend jaar met 100.000 vaten per dag. De instelling gaat voor 2020 uit van een groei van de vraag met 1,2 miljoen vaten per dag.
Onbenut potentieel
Aan de aanbodzijde maken geopolitieke factoren dat het aanbodpotentieel niet volledig wordt benut. Zo werd Iran grotendeels de toegang tot de internationale oliemarkten ontzegd en ook in Venezuela en Libië ligt de output van ruwe olie nog altijd fors onder het historische gemiddelde. De OPEC-landen en Rusland bespreken begin december hun strategie met betrekking tot de lopende productiebeperkingen. Die lopen af in maart volgend jaar. Intussen zijn er ook signalen dat de Amerikaanse olieproductie binnenkort zal pieken of misschien al gepiekt heeft. Het aantal operationele boorplatformen in de Verenigde Staten was sinds april 2017 niet meer zo laag. Maar ook andere niet-OPEC-landen als Mexico, Brazilië en Noorwegen trekken hun productie op. Dan is er ook nog de dollar. Een goedkopere dollar is in principe gunstig voor de olieprijs.
Samengevat zijn er aan de vraag- en de aanbodzijde verschillende elementen die elkaar in evenwicht houden en zowel een echte inzinking als een uitbraak van de olieprijs beletten. Daarbij zijn kortstondige overshoots in beide richtingen steeds mogelijk naargelang de focus van de markt en het sentiment.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier