Werknemers in havens langs de Amerikaanse oostkust en in de Golf van Mexico gaan vanaf dinsdag staken in een conflict over hoger loon. Dat heeft de vakbond voor havenarbeiders International Longshoremen’s Association gezegd. Via de havens van onder meer Boston, New York en Texas wordt ongeveer de helft van de zeevracht van de Verenigde Staten verwerkt.
De havenarbeiders willen een forse loonsverhoging om zo de inflatie te compenseren. Ook willen ze een deel van de winsten die rederijen maken door de hoge vrachttarieven. De staking hing al langere tijd in de lucht, want de vakbond had een deadline gesteld voor 1 oktober om tot een oplossing te komen, maar de gesprekken met werkgevers zijn vastgelopen.
Biden grijpt niet in
Door de staking kan bijvoorbeeld de levering van levensmiddelen, auto’s en containers via die havens plat komen te liggen. De vakbond maakt wel uitzonderingen voor militair scheepsvervoer en cruiseschepen. Het Amerikaanse bedrijfsleven vreest voor grote schade aan de economie door de staking. Rederij Maersk heeft al gewaarschuwd voor een grote impact op het zeevervoer van goederen, met verstoringen van toeleveringsketens.
De Amerikaanse regering heeft in het weekend nog gesproken met de vakbond en de werkgeversorganisatie United States Maritime Alliance om de partijen te bewegen tot een overeenkomst te komen en af te zien van de staking. President Joe Biden heeft wel gezegd niet te zullen ingrijpen als de staking daadwerkelijk doorgaat. Hij kan namelijk van een soort noodwet gebruikmaken als stakingen gevolgen kunnen hebben voor de nationale veiligheid. De president kan dan een afkoelperiode van tachtig dagen opleggen.
