Christophe Goineau, creatief directeur mannenzijde bij Hermès, : ‘Een goed ontwerp begint vaak met een toevallig gesprek’

© Fernando Marroquin

Christophe Goineau werkt al drie decennia bij Hermès en is nog altijd helemaal verliefd op het vak. Wat hem zo blijft fascineren? De obsessie voor kwaliteit. Een inkijk in het hoofd en het hart van de ontwerper achter de luxueuze mannenzijde van Hermès.

In een modewereld die steeds sneller draait en waarin de creatief directeuren jobhoppen in een rotvaart, blijft Hermès het huis van stabiliteit. Zo is Véronique Nichanian, de creatief directeur van het mannenuniversum, de langst dienende creatief directeur in een luxe modehuis. Dat straalt af op haar team. Ook Christophe Goineau, de creatief directeur van Men’s Silk, begon als 21-jarige bij Hermès en is er nooit meer weggegaan. “Toen ik 38 jaar geleden bij Hermès begon, voelde dat voor mij als het startpunt van mijn carrière: ik ontdekte dat je baan echt je passie kan worden”, vertelt Goineau. Hij zit naast me, gekleed in een donkerblauwe cardigan en een speelse polkadotdas. “Wat echt interessant is bij Hermès is het product. De mensen hier zijn geobsedeerd door kwaliteit en details. Eigenlijk zijn de waarden die ik toen ontdekte vandaag nog altijd mijn leidraad. Het bedrijf is door de jaren veranderd en gegroeid, maar de aandacht voor kwaliteit is dezelfde gebleven.”

“Die obsessie met het product verbaasde me als jonge twintiger. Ik dacht: oké, je wéét toch hoe je iets moet doen? Een oudere werknemer in het bedrijf zei me toen: ‘Kwaliteit is iets waar je elke dag aan moet werken. Je kunt niet stoppen. Als je stopt, verandert er iets kleins, en daarna nog iets, en op een gegeven moment weet je niet waarom, maar je product zal minder goed zijn als voorheen.’ Ik begreep toen niet helemaal wat hij bedoelde. Intussen heb ik begrepen dat het een dagelijkse inzet is om het kwaliteitsniveau te behouden dat centraal staat in onze producten en onze waarden.”

De externe illustratoren waarmee Christophe Goineau samenwerkt, die zoekt en vindt hij overal: via kunstbeurzen en -scholen, maar even goed online of via-via.

De hang naar relevantie

“Parallel aan de eis naar kwaliteit is mijn vraag aan het begin van het seizoen altijd: wat is vandaag relevant? Waar zijn mannen tegenwoordig naar op zoek? Een ontwerp moet een dialoog zijn tussen het product en de klant. Ik heb vier elementen om mee te spelen: het materiaal, de tekening, de kleur en de vorm. Alleen al door één van die vier licht te veranderen, krijg je iets totaal nieuws. Alles bestaat al, maar als je het anders samenbrengt, krijg je weer iets nieuws. Voor mij zijn innovatie en traditie onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ik haal zelf geregeld inspiratie uit ons eigen archief. Ik ben vaak verrast door de gedurfde producten die we in het verleden hebben gemaakt. De modewereld vandaag is soms meer ingetogen.

‘Jonge twintigers dragen een das juist omdat het níét verplicht is’Christophe Goineau

“Bij Hermès staat creatieve vrijheid voorop. Typisch voor vandaag is de technologische innovatie, zoals nieuwe druktechnieken of vezelmengingen. Al dient bij Hermès vernieuwing altijd een doel. We moeten niet innoveren om te innoveren, maar om een idee te ondersteunen. Zo hebben we enkele jaren geleden twee tekeningen gemixt: een meer grafisch patroon met een ander ontwerp met stijgbeugels en paarden. Door die twee prints samen te brengen, ontstond een abstract geheel. Dankzij de kleuren werd het een krachtige print. We noemen het stuk Crazy Printer, alsof de ambachtsman gek was geworden.”

Typisch Hermès

“Voor onze carrés en dassen werken we samen met externe kunstenaars en illustratoren. Vaak komen designers zelf aankloppen met een voorstel. Ik bekijk alles wat binnenkomt en ik antwoord altijd. Ik wil niet riskeren dat ik een uitzonderlijk talent misloop. Ik zoek zelf ook actief naar talent, via Instagram bijvoorbeeld, of via afstudeerexpo’s aan kunstscholen of de tekenbeurs Drawing Now. En dan is er een derde, de meest organische en typisch Hermès-manier om talent te ontdekken: puur toeval. Iemand die me zegt: ‘Mijn broer is een getalenteerd tekenaar, je zou hem eens moeten ontmoeten.’ Dat soort toevallige gesprekken heeft al geleid tot sommige van onze beste samenwerkingen.”

“We kopen nooit zomaar een bestaande tekening. De kunstenaar komt met een idee en zo begint het gesprek. Het eindresultaat moet voelen alsof de kunstenaar en Hermès op gelijk niveau staan. Als het goed zit, herken je in het werk zowel de hand van de kunstenaar als het DNA van het huis. Een tekening moet groeien. Ik vind het heerlijk om verbonden te zijn met zoveel kunstenaars. Ze brengen voortdurend frisse ideeën aan. Ik vind het een mooie gedachte dat deze tekening ooit het erfgoed van het huis zal verrijken. Als mensen het ontwerp over twintig jaar nog altijd relevant vinden, is dat voor mij de ultieme beloning.”

“Succes zit in de details en de juiste balans. Je moet stoppen voor het te veel wordt, en doorgaan tot het net genoeg is. Het zijn net de onzichtbare details die het verschil maken. Eén detail op zich zie je misschien niet, maar een verzameling van sterke details, voel je als je het draagt. Ik vergelijk ons werk vaak met Japanse kalligrafen die hun hele leven spenderen aan het perfectioneren van een lijn. Ze weten dat het misschien nooit perfect zal zijn, maar ze proberen het wel. Dat zit ook in onze ateliers: een stiksel telkens opnieuw verbeteren, de perfecte lijn zoeken. Het is een levenslang streven. Je probeert iets te benaderen dat je in gedachten hebt.”

“Ik zou nooit willen dat de kwaliteit van een product de klant teleurstelt. Pas op, ik streef er niet naar iedereen tevreden te stellen. Als iedereen iets mooi vindt, is het misschien juist te braaf. Ik wil iets maken met karakter, met energie. Ik geloof dat Hermès uiteindelijk emotie aanbiedt. Een tijd geleden deden we een bevraging bij klanten wat ze met hun oude dassen doen. De meeste gooiden die weg, behalve die van Hermès. Dat zijn stuks die je bewaart, ook al draag je ze niet meer. Ze herinneren je aan een fantastisch feest, aan mensen en speciale momenten. Het is een object met een sterke sentimentele waarde.”

“Ik zie regelmatig klanten op straat met een van onze ontwerpen, maar ik ben te verlegen om op hen af te stappen. Ik voel me wel altijd heel trots als ik onze carrés en dassen tot leven zie komen. Het is al gebeurd dat ik iemand met een fantastische sjaal zag en dat ik die persoon ben gevolgd om de kleuren beter te bestuderen.”

De kracht van kleur

“Het belangrijkste aan een carré of das van Hermès is de kleur. De kracht van felle, diepe kleuren is ongelofelijk, en het is heel Hermès. Dat komt doordat onze dassen geprint zijn en niet geweven. Hermès maakt al sinds 1937 zijden carrés. We weten hoe we kleuren en prints kunnen combineren. Als ik soms de winkel inloop, verbaas ik me zelf over de bom aan kleur in onze rekken. Dat zie je nergens anders. We houden van kleur. En ook van humor. In onze collectie zit een carré met een paard dat zijn tong uitsteekt. Die kwinkslag maakt het stuk ‘Hermès’. Het leven is te kort om geen plezier te maken.”

Terugkeer van de das

De das is vandaag optioneel op kantoor en in restaurants. Mensen kleden zich informeler. Met een straatbeeld vol sneakers en joggingbroeken, lijkt er soms geen plaats meer voor de das. “Het klopt dat de verplichte businessdas stilaan verdwijnt. Maar sinds enkele seizoenen zien we een opvallende terugkeer van tailoring, een herwonnen verlangen naar verfijning. Gen Z trekt weer vaker een das aan, zeker in vergelijking met de oudere generatie. Die jonge gasten willen zich vooral niet kleden zoals hun ouders. Mijn generatie draagt bijna geen das meer, omdat we dat vroeger verplicht moesten doen. Maar jonge twintigers dragen hem juist omdat het níét verplicht is, ze maken er hun eigen accessoire van, dat ze dragen uit plezier, uit verlangen. Ik herinner me nog dat mijn vader me allerlei regels had opgelegd: combineer geen bolletjes met ruitjes, draag geen streepjes met streepjes. De jonge generatie maakt zich los van die regels en doet wat ze wil. En net dat maakt hun stylings zo fris en een manier om hun stijl uit te drukken. Ik zie ook een grote opkomst van dassen voor vrouwen. Het is een makkelijk accessoire om je look meteen te transformeren.”

“Als u mij vijf jaar geleden gevraagd had naar de toekomst van de das, was ik minder optimistisch geweest. Maar nu zie ik echt een herwaardering. Ik draag zelf ook niet elke dag een das. Als tiener moest ik er elk dag een dragen, waardoor ik er een tijdje geen plezier meer in had. Wat ik het meeste draag, is onze carré 100 in zijde en kasjmier, een materiaal dat amper kreukt. Groot genoeg om warm te zijn, niet te glanzend, en praktisch, want het blijft zitten. Bij pure zijde glijdt de carré vaak weg. Je hoeft geen ingewikkelde knoop te maken, gewoon om de nek wikkelen en klaar. Het geeft een gevoel van bescherming, bijna zoals een doudou (knuffel, nvdr.).”

door Kristin Stoffels

Christophe Goineau

. In-house opgeleid bij Hermès
. Eerst aangesteld als hoofd collectie en stijl voor herenzijde, waar hij de collecties dassen en accessoires ontwikkelde
. Sinds 2011 is hij creative director Men’s silk

Meer lezen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise