De prijs van whisky: ‘Luxeverpakkingen zullen de industrie niet redden. We moeten terug naar de basis’

Bowmore bracht dit jaar de ARC 54 uit, een 54-jarige single malt ter waarde van een mooie sportwagen. Trends Style mocht hem proeven (spoiler: hij is fenomenaal), maar we vragen ons wel af hoeveel duurder whisky nog kan worden.

Bowmore, gelegen op het Schotse eilandje Islay, kreeg zijn licentie in 1779 en is daarmee een van Schotlands oudste stokerijen. Met de Black Bowmore, gestookt in 1964 en gebotteld in 1993, staken ze het vuur aan de lont van de luxewhisky. Als een andere producent het als eerste had aangedurfd honderd pond te vragen voor een fles single malt, hadden liefhebbers misschien de hele categorie de rug toegekeerd. “Ik herinner me dat die prijs flink wat stof deed opwaaien”, grinnikt Peter McLellan, uitbater van Lucci’s Whisky Bar in het Bowmore Hotel op Islay. Lucci’s is een begrip in de whiskywereld, met een stock van meer dan 700 zeldzame referenties. “Als ik vandaag een dram (een shot van 4,5 centiliter, nvdr.) van Black Bowmore kon schenken, vroeg ik er 4.000 euro voor” zegt McLellan.

Collector’s items

Om maar te zeggen: deze single malt is in 32 jaar enorm in waarde gestegen, en trok in zijn kielzog de hele whiskyindustrie uit het moeras. Bert Bruyneel, een onafhankelijke Belgische bottelaar (onder het label Asta Morris), had het voorrecht de Black Bowmore te proeven. Bert dronk zijn eerste whisky, “een Jack Daniel’s Single Barrel”, in 1994, verdiepte zich in de wereld van whiskey en surfte zo mee op een aanzwellende whiskymanie. “Rond de eeuwwisseling kwamen wel vaker flessen uit die zeer lekker en zeer exclusief waren, met een oplage van 500 stuks voor de hele wereld”, vertelt hij. “Liefhebbers als ik openden die flessen, dronken ervan, en begonnen erover te praten en te schrijven. Zo werden dat collector’s items: omdat de inhoud goed was. In de laatste 25 tot 30 jaar is hun waarde als een komeet omhooggeschoten.”

Bert geeft het voorbeeld van de 22-jarige Port Ellen, een stokerij op Islay, die veertig jaar gesloten was en in 2024 opnieuw de deuren opende. “Die Port Ellen vond ik voor 2.450 frank in een winkeltje in Koekelberg”, aldus Bert. “Ik nam er 24 mee, en heb door de jaren heen alles opgedronken – het moest maar zo lekker niet zijn (grinnikt). Bij de beste borrels die ik ooit gekend heb.” Vraagprijs anno nu? “22.000 euro per fles. Het is toch beter er een mopje over te maken, dan voel je je minder slecht.”

Whisky als belegging

Stokerijen als Bowmore zagen de astronomische prijsstijging van hun product met lede ogen aan. Niet zij maar wel hun klanten profiteerden, en met hen de tweedehandswebsites en veilingen. “De marketeers achter de whiskyconglomeraten (Bowmore is bijvoorbeeld in handen van het Japanse Suntory, nvdr.) namen het heft in eigen handen”, gaat Bert verder. “Ze brachten steeds meer collector’s items op de markt, in een grotere oplage met minder goede whisky aan een véél hogere prijs.”

‘ Luxeverpakkingen zullen de industrie niet redden. We moeten terug naar de basis: kwaliteit voor iedereen’

Zo evolueerde whisky van een consumptie- naar een investeringsproduct. Die evolutie bereikte begin april van dit jaar zijn zenit, met een samenwerking tussen Bowmore en het automerk Aston Martin. De ARC 54 is een whisky van meer dan een halve eeuw oud en wordt gepresenteerd in een handgeblazen karaf, geïnspireerd op de aerodynamische lijnen van de Aston Martin Valkyrie. De prijs: 83.000 euro.

Tijdens een evenement in het nieuwe Raffles-hotel, dat zijn intrek nam in het Original War Office langs de Londense Whitehall-boulevard, krijgen we een glaasje ARC 54 gepresenteerd. Deze exclusieve single malt zag het licht in november 1968 en bracht 54 jaar door op sherry- en bourbonvaten. Vervolgens combineerde Bowmore de vaten voor nog eens vijftien maanden, met een goddelijke spirit als resultaat. Whisky die recht van het vat komt, zonder verwatering, zit normaal rond de 60 graden alcohol. Hier vijlde de tijd echter de scherpe randjes weg en komen we uit op amper 44,3 graden alcohol. De oude nectar verdampt op onze tong, met een fluwelen textuur en een smaak die barst van het fruit (groene appel, bergamot, karamel). In de lange finish: een zuchtje van turf. Het duurt even voor we weer met beide voeten op het kamerbreed tapijt van het Raffles-hotel landen.

Kunstwerk

“Ik snap dat whisky duur kan zijn”, aldus Dave Broom, wereldautoriteit op het gebied van de drank en auteur van naslagwerken als A Sense of Place en The World Atlas of Whisky. “Zeker als de spirit meer dan een halve eeuw gekoesterd werd in de opslagplaatsen van een stokerij, een proces dat vakmanschap vereist en veel geld kost. Luxewhisky is zijn prijs ook waard, als iemand bereid is het geld ervoor op tafel te leggen. Dus daar zie ik geen probleem. Wél moeilijk vind ik dat de whisky op zich blijkbaar niet langer volstaat om de prijs te rechtvaardigen. Het is een bijproduct van de verpakking geworden.”

Dave geeft het voorbeeld van Speyside-stokerij Glenrothes, die onlangs een 51-jarige singe malt op de markt bracht in een karaf die je met een bijgeleverd hamertje kapot moet slaan. Je stuurt de scherven op en vervolgens wordt de karaf hersteld op de 15de-eeuwse Japanse kintsugi-manier, met een naad waarin goud is verwerkt. Daarin komt je single malt, ten bedrage van 43.000 euro. “De ironie is dat de kintsugi-filosofie verwijst naar vergankelijkheid”, verzucht Dave. “Net wat zo’n collector’s item niet is: vergankelijk. Want deze fles blijft onaangeroerd. Het moment dat je de karaf opent, verliest ze haar waarde. En hoe vaak stokerijen en veilingsites ook benadrukken dat deze whisky ‘om te delen’ is, dat klopt gewoon niet. Zo’n fles dient om naar te kijken. En de whisky? Bijzaak. Een stukje van een kunstwerk dat enkel iets waard kan zijn als het permanent gesloten blijft. Maar luxeverpakkingen zullen de industrie niet redden. We moeten terug naar de basis: kwaliteit voor iedereen, weg van het elitaire en terug naar het democratische.”

Trump

Op het moment dat we van de Bowmore ARC 54 nippen, houdt de Amerikaanse president Donald Trump een pancarte in de lucht, met daarop zijn beruchte tarieven. Slecht nieuws voor de Schotse whiskyindustrie: zij krijgen 10 procent aan de broek. De beslissing komt er op een moment dat de whiskyindustrie het zo al niet goed doet.

“Ik wil het niet over een vrije val hebben”, zegt Bert. “Maar de verkoop is sinds twee jaar niet meer wat hij moet zijn. Mensen letten meer op hun geld, en dan is een luxeproduct als whisky het eerste wat ze laten. Bovendien zie ik dat de media alcohol afschilderen als de baarlijke duivel. Wat dertig jaar geleden gebeurde met sigaretten, gebeurt nu met alcohol. Op de lange termijn vormt dat een probleem voor de whiskyindustrie.”

door Dieter Moeyaert

Meer lezen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise