“Waarom ik duurzaam beleg? Omdat elke euro impact heeft”


Partner Content verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.
Zeventien jaar nadat Bruno Iserbyt begon te beleggen, zijn al zijn fondsen duurzaam. “Natuurlijk streef ik rendement na, maar minstens zoveel in termen van impact als van financiële winst. Statisch is er geen verschil tussen duurzame en niet-duurzame financiële producten. Wie een lange horizon heeft, wint altijd.”
De oorsprong van Bruno’s aanpak ligt in de financiële crisis van 2008. “Destijds werkte ik in de financiële sector en vroeg ik me af: ‘Wat is eigenlijk de finaliteit van (mijn) geld?’ Die crisis maakte het duidelijk dat je in feite stemt met je geld. Elke euro die je uitgeeft, is een keuze voor een bepaald systeem of helpt iets in stand te houden. Zo wortelde het idee dat investeren verder gaat dan enkel financieel rendement – het is ook een ethische keuze.”
Boet je met je ethische keuze in aan rendement?
“Ik heb me daar als consument wel wat in verdiept. Als je kijkt naar puur financieel rendement, zijn er veel studies die aantonen dat er op lange termijn geen of weinig verschil is tussen duurzame en niet-duurzame beleggingen. Het rendement is afhankelijk van de periode waarin je kijkt. Zo presteerden olie- en gasbedrijven bijvoorbeeld beter na de inval van Poetin in Oekraïne, waardoor duurzame fondsen in 2022 minder goed scoorden. Maar dat gaat over één jaar. Als je kijkt naar een periode van zeven jaar of langer, blijkt er statistisch gezien geen significant verschil te zijn.”
Laat je je in je keuzes voor je beleggingen leiden door duurzaamheidslabels?
“Er is geen officiële definitie van wat een duurzaam fonds is. Sommige als duurzaam bestempelde fondsen bevatten bijvoorbeeld aandelen van grote technologiebedrijven zoals Meta, Nvidia, Amazon en Google. Fondsen die geen aandelen bevatten van die zogenaamde ‘magnificent seven’ hebben het de voorbije jaren een stuk minder gedaan, want die aandelen kenden een ongelofelijke boom. De vraag is: wil je investeren in bedrijven die bijvoorbeeld samenwerken met politieke figuren waar je misschien niet achter staat? Vijf jaar geleden was die vraag voor velen wellicht minder pertinent dan nu.”

“Om maar te zeggen: duurzaamheidslabels zijn een handige richtlijn, maar ze veranderen ook. Zo had ik tien jaar geleden een als duurzaam bestempeld fonds waarin Google zat, omdat het bedrijf toen veel investeerde in hernieuwbare energie. Maar vorig jaar besloot Google die investeringen stop te zetten omdat hun klimaatdoelen niet haalbaar bleken als ze volop inzetten op artificiële intelligentie (AI). Aangezien het beleid van de bedrijven die opgenomen zijn in de fondsen kunnen veranderen, is het zaak dat de labels heel duidelijk hun criteria – waar je mee akkoord kan gaan of niet – bekendmaken. Meteen is duidelijk wat het voordeel is van een duurzaamheidslabel (het biedt een shortcut die bewuste beleggers ontzorgt), maar als je verder wilt gaan, moet je zelf onderzoek doen en onder de motorkap kijken. Dat vraagt veel meer huiswerk.”
Toen je in 2008 begon te beleggen, hield je toen al rekening met kwalificaties van duurzaamheidslabels?
“Niet met de intensiteit van nu. Dat kon ook moeilijk, want ook al waren er toen al enkele duurzaamheidslabels, ze waren nog kleinschalig. Banken bouwden in de jaren nadien hun focus op duurzaamheid – toen vaak gefocust op arbeidsomstandigheden – zelfs af. Inmiddels is er meer structuur gekomen met labels zoals Towards Sustainability, het enige Belgische label voor duurzame financiële producten.”
Zijn al je beleggingsfondsen intussen duurzaam?
“Al mijn beleggingen zijn volledig duurzaam, maar pensioensparen en aanvullend pensioen vormen een uitdaging, omdat die fondsen ook aan allerlei andere regelgeving moeten voldoen. Hoe meer criteria er zijn, hoe beperkter de keuze wordt. Wat ik ook doe is onderzoeken in welke bedrijven die fondsen beleggen om dan in individuele aandelen van die ondernemingen te investeren. Met andere woorden: ik gebruik het label ook als een soort naslagwerk omdat ik weet dat hun fondsen voldoen aan een aantal criteria waar ik achter sta.”
Beleg je ook in duurzame ETF’s?
“Eigenlijk niet. Hoewel ETF’s razend populair zijn, passen ze niet in mijn strategie. Hun lage kosten zijn een groot voordeel, maar ze missen actief aandeelhouderschap. Duurzame fondsen gebruiken hun stemrecht bij aandeelhoudersvergaderingen om bedrijven tot verandering te bewegen. Dat werpt zijn vruchten echt wel af en is in essentie wat een duurzame belegger voor ogen heeft – het is een weg die we afleggen. Dit actieve aandeelhouderschap is een belangrijk onderdeel van duurzaam beleggen en dat kan niet met een ETF, omdat die simpelweg een index volgt zonder invloed uit te oefenen want je belegt niet in de bedrijven zelf.”
Een duurzaamheidslabel ontzorgt heel wat bewuste beleggers, maar jij gaat een stap verder. Jij kijkt voortdurend onder de motorkap.
“Voor mij is duurzaam beleggen inderdaad een werkwoord, want ik wil mijn geld een zo goed mogelijke maatschappelijke richting uitsturen. Dat maakt dat ik de actualiteit op de voet volg en ik mijn kennis op allelei manieren blijf bijspijkeren.”
Door wie of wat laat jij je adviseren?
“Ik heb het niet zo voor finfluencers omdat het bij hen quasi altijd om rendement gaat. Rendement is natuurlijk een moeilijk gegeven: op welke termijn kijk je? Wat zijn de kosten? Voert de regering een meerwaardetaks in?… Ik lig er niet wakker van of ik al dan niet een halve procent rendement heb laten liggen. Voor mij telt het totaalplaatje van winst en impact. Wie een voldoende lange beleggingshorizon heeft, die wint altijd. Of dat dan de maximale winst is? Ochgot.”
“Wie bewust wil beleggen en niet zelf ‘onder de motorkap’ van financiële producten wil duiken, wijs ik telkens weer op het Towards Sustainability label”
Bruno Iserbyt
“Waar ik wel een deel van de mosterd haal, is bij ngo’s die alle ESG-aspecten van fondsen monitoren, zoals de World Benchmarking Alliance onder de vleugels van de VN. Grote voordeel daarvan is dat niet alleen ondernemingen in Europa of de VS – waarover vrij gemakkelijk informatie te vinden is – screenen, maar ook in Afrika en Azië.”
Probeer je ook mensen uit je omgeving te overtuigen duurzaam te beleggen?
“De financiële geletterdheid is niet bij iedereen even groot. Sommigen denken al snel – ten onrechte – dat al die duurzame beleggingen naar greenwashing ruiken. Maar ook wie naar een betere wereld streeft, moet beseffen dat de impact van te winkelen bij de bioboer om de hoek beperkt is, want die staat niet op de beurs, hé. En net daar kun je echt wel een verschil maken door de juiste keuzes te maken en grote ondernemingen kunt aansporen om inspanningen te leveren op vlak van ecologie, sociale impact en goed bestuur (ESG).”
Welke tips heb je voor wie wil beginnen met duurzaam beleggen?
“De bank is een goed startpunt. Banken zijn verplicht om te vragen naar je duurzaamheidsvoorkeuren. Dé tip is volgens mij om de website van Towards Sustainability te consulteren om te bepalen wat je belangrijk vindt (groene energie, CO2-uitstoot, biodiversiteit, sociale condities…) en wat binnen je risicoprofiel past. Het is ook zinvol om aan je bankier te vragen wat een fonds precies duurzaam maakt. Als het enige antwoord is dat er niet in controversiële wapens wordt geïnvesteerd – iets wat in België wettelijk verboden is – dan is dat een rode vlag.”
“In gesprekken met vrienden en kennissen merk ik dat veel mensen de kracht van collectieve actie onderschatten. Onderzoek in Engeland toont aan dat overstappen naar een duurzaam beleggingsfonds 26 keer meer impact heeft dan vegetarisch eten. Waar en hoe we ons geld investeren, heeft daadwerkelijk invloed. Daarom is het belangrijk om dit gesprek te blijven voeren.”
Klik hier voor meer info over het “Towards Sustainability” initiatief.
Lees hier het vorige artikel.