Partner content
De focus van een duurzaamheidsbeleid ligt vaak op het reduceren van de CO2-voetafdruk. Maar verduurzaming gaat veel verder dan dat: de impact van bedrijven op de natuur en de afnemende biodiversiteit zijn factoren die nog te weinig aandacht krijgen. Hoewel daar onder impuls van de financiële wereld stilaan verandering in komt.
“Biodiversiteit wordt een factor van strategisch belang voor bedrijven én banken”, stelt Anna Chilton, Sustainability Lead bij ING Global. Natuurlijke grondstoffen zijn een belangrijke pijler van onze economie. Bij de landbouw en voedingsbedrijven is dat vanzelfsprekend, in maakbedrijven zitten ze soms al verwerkt in halffabrikaten en projectontwikkelaars zijn bepalend voor de open ruimte.
“Naarmate grondstoffen schaarser worden, kan dit druk uitoefenen op de rentabiliteit”, aldus Anna Chilton. “Bedrijven kunnen door hun activiteiten en hun toeleveringsketen ook zelf impact hebben op natuurlijke bronnen, waardoor grondstoffen minder beschikbaar zijn. We zien dus een duidelijk verband tussen milieuomstandigheden, zoals klimaat, water, biodiversiteit en vervuiling, en bedrijfscontinuïteit.”
Financiële sector maakt bedrijven bewust van de risico’s
De financiële sector besteedt al een tijd aandacht aan de risico’s die verband houden met klimaatverandering, natuur en ecosystemen. Anna Chilton: “We kijken bij de beoordeling van investeringen en kredietaanvragen naar klimaat- en natuurgerelateerde factoren. We gaan na welke activiteiten kwetsbaar zijn, zoals sectoren die veel water gebruiken in een regio met waterschaarste. Of de productie van palmolie, die gelinkt wordt aan ontbossing.”
Adviseurs van ING gaan daarover in dialoog met hun klanten. “We willen bedrijven bewust maken van de zakelijke en ESG-risico’s – ook degene die met natuur en biodiversiteit te maken hebben. En uiteraard zijn we er om de duurzame transitie mogelijk te maken met een gepaste financieringsoplossing.”
Maak van regelgeving een concurrentieel voordeel
Nieuwe Europese regelgeving zet extra druk rond deze thema’s. De ontbossingsverordening (EUDR) verplicht bedrijven vanaf 2026 om te bewijzen dat er geen ontbossing plaatsvindt in hun waardeketen. “Kmo’s hebben soms moeite om milieukwesties aan te pakken omdat ze beperktere middelen hebben. Maar via grote bedrijven aan wie ze leveren of via consumenten zullen die thema’s toch aandacht vragen”, geeft de experte van ING aan.
“Het is vergelijkbaar met de verplichte ESG-rapportering. Ook daar sijpelt de vraag naar data door tot bij kleinere bedrijven. Kmo’s die zich nu al voorbereiden, data verzamelen en relevante informatie rapporteren, hebben straks een concurrentieel voordeel.”
Goed geïnformeerd zijn over je impact op natuur of biodiversiteit, heeft nog een ander voordeel: problemen rond grondstoffen komen sneller aan het licht. “Voor een kmo kan dat het verschil maken tussen groeien of overleven. Daarom zou je als bedrijf je activiteiten in kaart kunnen brengen. Welke natuurlijke bronnen zijn cruciaal? Waar zitten de risico’s in je toevoerketen? Stel vervolgens een plan op met enkele prioritaire acties om je impact te beperken. Een duidelijke visie en een paar concrete acties maken al een groot verschil”, weet Anna Chilton. “En heel belangrijk: in de duurzame transitie gaat iedereen stap voor stap vooruit. Al doende leren we.”
Duurzaam ondernemen. Een zaak van ons allemaal.
ING ondersteunt ondernemingen bij het realiseren van duurzame, sociale en economische oplossingen. Vraag je je af hoe je klimaatverandering, sociale trends en economische ontwikkelingen voor kunt blijven? Op ing.be/duurzame-business lees je er meer over.
De samenleving evolueert naar een economie met een lage CO₂-uitstoot, een uitdaging die zowel ING als haar klanten raakt. Samen investeren we in een duurzame toekomst voor jouw onderneming. ING financiert al tal van duurzame initiatieven, maar erkent dat er nog werk aan de winkel is. Bekijk hier de voortgang die ING maakt.
