‘Wie dacht dat China de fabriek van de wereld blijft, met onderzoek en ontwikkeling in Europa, heeft zich schromelijk vergist’

Terwijl men in Europa nog het adagio ‘jobs, jobs, jobs’ verkondigt, is het in China ‘innovatie, innovatie, innovatie’. En vooral hightech.

Professor Rudy Aernoudt (UGent) trok met Belgische bedrijfsleiders naar China en naar Chinese bedrijven om het land beter te leren kennen. De komende vier weken deelt hij telkens op maandag zijn bevindingen in een column voor Trends.

De tijd waarin China massaproducten produceert terwijl Europa het onderzoek en de ontwikkeling voor zijn rekening neemt, is al lang voorbij. Elk bedrijf dat we bezochten in China, benadrukt hoeveel procent van zijn mensen verantwoordelijk is voor O&O, en dat gaat soms over meer dan de helft. Een paar frappante voorbeelden.

Pony.ai bestaat al tien jaar en brengt zelfrijdende wagens op de markt. De testrit was verbazingwekkend. Na vijf minuten voel je je compleet op je gemak en vergeet je dat er niemand aan het stuur zit. In de grootste vier steden van China, Peking, Sjanghai, Shenzhen en Guangdong, is de wetgeving aangepast en kunnen zelfrijdende auto’s zonder probleem op de baan. Meer dan 400 taxi’s zijn al zelfrijdend. Pony.ai ontwikkelt de artificiële intelligentie, de auto’s zijn hybride of volledig elektrische Toyota’s. Andere automerken volgen. De financiering gebeurt hoofdzakelijk via risicokapitaal uit Amerikaanse en Chinese fondsen, en onlangs stapten ook de Verenigde Arabische Emiraten in met 100 miljoen dollar.

Ook buiten China heeft Pony.ai proefprojecten opgezet, zoals in de Verenigde Arabische Emiraten. Ook in Luxemburg experimenteert het bedrijf dankzij Europese subsidies. Met een geschatte waarde van 6 miljard euro trekt Pony.ai nog voor het einde van het jaar naar Nasdaq. Als je het mij vraagt, een beursgang die weleens een goede belegging kan opleveren.

Wie Lenovo zegt, denkt aan computers. Zo is het bedrijf ook gestart, gericht op de Chinese markt. Elf businessangels investeerden samen 250.000 euro en bouwden het grootste computerbedrijf van China. Ook daar is de researchafdeling gigantisch, gaande van AI-gestuurde domotica tot computersturing voor wagens. Een van de projecten is het bouwen van computers zonder ventilatoren voor afkoeling. De afkoeling gebeurt door een koudwatercircuit, waardoor de computer uiterst dun kan zijn. De afgevoerde warmte van een datacenter kan worden gebruikt voor een warmtenet.

Het Belgische Bekaert heeft zeventien sites in zeven steden in China. Maar belangrijker: het grootste laboratorium van Bekaert bevindt zich in China. Elektrische auto’s zijn zwaarder en daardoor moeten de banden sterker en toch lichter worden, want de batterij weegt al veel. Dat is een mooie uitdaging voor het lab, waar negentig mensen werken.

In elke stad zijn acceleratoren aanwezig. In de Unido-accelerator in Hangzhou, bijvoorbeeld, worden heel wat innovaties getoond. Allen zijn ze gebaseerd op samenwerking met andere landen.

Enkele voorbeelden: Rilakdekor fabriceert verf met natuurlijke mineralen, gebaseerd op ruimtevaartverftechnologie uit Letland. De verf is niet schadelijk voor het milieu en werd gebruikt voor 80 procent van de nieuwe luchthaven in Peking. Huhtamaki, het honderd jaar oude Finse verpakkingsbedrijf, lanceerde samen met een Chinese start-up een volledig recycleerbare papieren beker. De Orbist-groep, een Oostenrijkse pionier in warmtepompen, lanceerde met een lokale kmo de zero-vibratiegenerator voor elektrische wagens, waardoor meer plaats vrijkomt voor passagiers en de lithiumbatterij. De nieuwe energiebron, aFuel, leidt tot negatieve koolstofemissies.

Wie dacht dat China zich zou tevredenstellen met de rol van de fabriek van de wereld, terwijl onderzoek en ontwikkeling in Europa blijft, heeft zich schromelijk vergist. O&O gaat waar de productie zit. Bovendien wil China af van het imago van lage kwaliteit en massaproductie en zich richten op kwaliteit en maatwerk. Importtarieven kunnen misschien tijdelijk soelaas brengen, maar ze riskeren op termijn onze Europese industrie niet aan te zetten tot de hoogste productiviteit. Daar draait het om, en daarvoor is innovatie cruciaal.