Marc De Vos
Waarom ChatGPT niet Chinees is
ChatGPT is een echte doorbraakinnovatie waarbij de Chinese nichepublicaties en minipatenten in het niets verzinken, zegt Marc De Vos.
De Russische inval in Oekraïne op 24 februari en de lancering van de chatbot ChatGPT door het bedrijf Open AI op 30 november waren wellicht de twee belangrijkste feiten van 2022. Dat hebben veel commentatoren bij de jaarwisseling naar 2023 opgemerkt. Een zaak is onopgemerkt gebleven: beide gebeurtenissen gaan fundamenteel over de machtsverhouding tussen het vrije Westen en autocratische regimes. En in beide gevallen verslaat de vrijheid de autocratie, voorlopig.
Ik verklaar mij nader. Artificiële intelligentie (AI) wordt al jaren aangekondigd als de nieuwe fase van technologische innovatie, voorbestemd om met de mensheid te versmelten en de individuele mens te overtreffen als geen andere technologie in onze geschiedenis. En al jarenlang geldt China als de gedoodverfde wereldleider van een nakende AI-revolutie.
De ontwikkeling van AI hangt af van twee zaken: computerdata en computeringenieurs. China, zo luidt de analyse, is daarin onklopbaar. Het heeft een nationale strategie voor AI en big data, met dank aan de meerjarenplannen van de Chinese Communistische Partij. Het heeft een datapool van 1,4 miljard mensen. Het heeft technologiereuzen zoals Alibaba, Tencent en Baidu. Het heeft een regering die AI-kampioenen wil en voor wie privacy niet telt. Leg dat samen en China moet wel ongenaakbaar zijn tegenover het kleine, verdeelde, chaotische en overgereguleerde Westen.
Inderdaad, China is intussen wereldleider in onderzoekspublicaties en patenten over AI. Dan kwam ChatGPT. Een echte doorbraakinnovatie waarbij de Chinese nichepublicaties en minipatenten in het niets verzinken. Niet de vrucht van planeconomie, maar van topondernemers uit Silicon Valley. Niet de collusie tussen een sturende staat en een megabedrijf, maar een open en grenzeloos platform dat zelfs deels zonder winstoogmerk werkt, vooralsnog.
Het zal niet lang duren vooraleer ook de Chinese internetgiganten hun ‘generatieve AI’ zullen lanceren. Maar ik wed erop dat de democratische markteconomieën daarin China kunnen voorblijven. Net zoals het metaverse – overigens ook gelanceerd door westerse creatieve destructie bij het vroegere Facebook – zijn AI-chatbots doorbraken met kinderziektes. Er circuleren al veel anekdotes over hoe de pseudo-intelligentie van ChatGPT durft door te slaan. AI doet het internet evolueren van een informatiepool naar een kennis- en opiniemachine. Dat impliceert maatschappelijke risico’s die een communistisch regime niet aankan.
Open samenlevingen met vrije burgers, private bedrijven en democratische overheden kunnen de ‘trial & error’ van innovatie omarmen als de leercurve van marktconcurrentie, voortschrijdend politiek inzicht en geleidelijke technologische vooruitgang. China kan alleen technologie dulden die onder staatscontrole de agenda van de Partij dient. Fintech, gaming en digitaal onderwijs zijn er om die reden al een kopje kleiner gemaakt. Artificiële intelligentie die door interactie met miljoenen gebruikers moet groeien als autonome bron van informatie, kennis en duiding, is er gewoon ondenkbaar. Gecensureerde AI wel, maar juist door de censuur zal Chinese AI per definitie onderontwikkeld zijn in vergelijking met het westerse alternatief.
Commerciële AI is de eerste technologie van het post-globaliseringstijdperk. Ze zal tot wasdom komen, niet alleen achter patenten, maar ook achter afgeschermde geopolitieke grenzen. Ik voorspel niet dat China de AI-race bij voorbaat verliest. Het enorme land heeft ook voordelen, grote investeringsbudgetten inbegrepen. Maar het kopiëren, verfijnen en opschalen van westerse technologie zal hier niet werken. Als de vrije wereld een gezonde en veilige marktbiotoop voor AI-innovatie kan faciliteren, dan heeft het daarin een potentieel doorslaggevend competitief voordeel.
Lees ook de opinie van Tone De Cooman:
AI in een stroomversnelling: wat brengt de toekomst?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier